De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren.
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 4,5
In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Kerndoel 51
De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren.
Slide 1 - Tekstslide
Kerndoel 52
De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer. De vensters van de canon van Nederland dienen als uitgangspunt ter illustratie van de tijdvakken.
Slide 2 - Tekstslide
Kerndoel 53
De leerlingen leren over de belangrijke historische personen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis en kunnen die voorbeeldmatig verbinden met de wereldgeschiedenis.
Slide 3 - Tekstslide
Welkom in de les
- Open op je iPad de lessonup app
- Log in met de code.
Slide 4 - Tekstslide
Dit ga je leren vandaag
Je leert wat de middeleeuwen zijn.
Je leert dat er in de middeleeuwen drie groepen mensen waren.
Je leert wat een landheer is.
Je leert hoe kastelen zijn ontstaan.
Slide 5 - Tekstslide
Even herhalen
Slide 6 - Tekstslide
Tijdbalk
De tijd van de jagers & boeren
Slide 7 - Tekstslide
Tijdbalk
De tijd van de Grieken & Romeinen
Slide 8 - Tekstslide
Tijdbalk
De tijd van de monniken & ridders
Slide 9 - Tekstslide
De middeleeuwen
De Romeinen zijn heel lang de baas geweest in Nederland en ook in Europa.
Na lange tijd verjagen andere volken de Romeinen.
Deze volken willen allemaal een stukje van het Romeinse Rijk.
Deze volken roven ook in ons land alles wat ze kunnen gebruiken.
Slide 10 - Tekstslide
De middeleeuwen
Daarom is het in ons land niet meer veilig.
Dat is het begin van de middeleeuwen.
De middeleeuwen beginnen in het jaar 500 en duren tot het jaar 1500. Dat is ongeveer 1500 jaar geleden.
Slide 11 - Tekstslide
Drie standen
Er leven in ons land in de middeleeuwen drie groep mensen.
Die groepen noem je standen.
De drie standen zijn:
1. de adel
2. de kerk
3. de boeren
Slide 12 - Tekstslide
De adel
De rijke boeren worden de adel genoemd.
Zij vechten tegen rovers en bouwen stevige huizen.
Zij willen ook wel voor andere mensen vechten, maar daar willen ze wel wat voor terug.
De mensen moeten daarom bijvoorbeeld hun land aan hen geven of zij moeten helpen op de akkers.
Slide 13 - Tekstslide
De kerk
In de middeleeuwen is het leven zwaar en de mensen leven maar kort.
De kerk belooft de mensen na de dood een goed leven.
Maar dan moeten ze wel doen wat de kerk zegt.
Daardoor krijgt de kerk veel rijkdom en macht.
Slide 14 - Tekstslide
De boeren en burgers
In de middeleeuwen zijn de arme boeren niet veilig voor de rovers.
Ze raken vaak een stuk land kwijt.
Daarom vragen ze de de kerk of de rijke boeren om hulp.
Ze moeten in ruil daarvoor hard werken.
En hebben vaak maar net genoeg te eten.
Slide 15 - Tekstslide
Welke stand doet wat?
bidden
A
de adel
B
de kerk
C
de boeren
Slide 16 - Quizvraag
Welke stand doet wat?
werken
A
de adel
B
de kerk
C
de boeren
Slide 17 - Quizvraag
Welke stand doet wat?
vechten
A
de adel
B
de kerk
C
de boeren
Slide 18 - Quizvraag
Van boer naar landheer
Een rijke boer krijgt in de middeleeuwen steeds meer land.
Er werken ook meer mensen voor hem.
Daardoor wordt hij van een rijke boer een landheer.
Hij wordt de baas van een groot gebied.
De landheer hoort bij de groep van de adel.
Slide 19 - Tekstslide
Kasteel
Een huis van de landheer is eerst gemaakt van hout.
Het ligt op een veilige plek, bijvoorbeeld op een heuvel.
Om het huis ligt een houten hek of gracht.
Zo kunnen de rovers niet binnenkomen.
Slide 20 - Tekstslide
Kasteel
Later bouwen de landheren meer huizen bij het huis.
Zo ontstaan de eerste (houten) kastelen.
Slide 21 - Tekstslide
Kasteel
Nog later kwamen er kastelen van steen.
Die konden niet makkelijk in brand vliegen en ze waren sterker dan hout.
Slide 22 - Tekstslide
Kasteel
Ze hadden dikke muren, kleine, smalle ramen, een slotgracht en een ophaalbrug.
Die kon omhoog gehaald worden wanneer er gevaar dreigde.
Dan kon niemand meer het kasteel binnen.
Slide 23 - Tekstslide
Kasteel
De arme boeren mochten schuilen bij de landheer in het kasteel als er gevaar dreigde.
Slide 24 - Tekstslide
Filmpje
Het ontstaan van kastelen.
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Video
Filmpje
Het kasteel.
Overal op voorbereid.
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Video
Wat is de goede volgorde van het ontstaan van een kasteel?
1
2
3
A
1, 2, 3
B
2, 3, 1
C
2, 1, 3
D
3, 1, 2
Slide 29 - Quizvraag
Evaluatie van de les
Slide 30 - Tekstslide
Schrijf drie dingen op die jij vandaag belangrijk vond van deze les.