borstaandoeningen

Zorgvragers met aandoeningen aan de borsten
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Zorgvragers met aandoeningen aan de borsten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je aan het eind van de les?
  • Verschil tussen goedaardige- en kwaadaardige tumoren.​
  • Symptomen borstkanker.​
  • Etiologie (ontstaansoorzaken)​
  • Dmv welke onderzoeken wordt de diagnose borstkanker /mamma ca gesteld.​
  • TNM classificatie​
  • Wat bedoelen we met de schildwachtklierprocedure​
  • Behandeling mamma carcinoom.​
  • Verpleegkundige zorg.​







Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

     Anatomie van de borst
  • grootste gedeelte is bindweefsel: vetweefsel (grootte van borst), lymfevaten, bloedvaten
  • overig gedeelte is klierweefsel: 12 - 20 klierlobjes, hebben hun eigen afvoergangetjes/melkkanaal, monden uit in tepel
  • tussen klierlobjes bevinden zich bindweefselschotten voor de stevigheid
  • tepel: papilla mammae 
  •  tepelhof: areola mammae: komen talgkliertjes en zweetkliertjes op uit


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Borst bestaat uit:
  • Klierweefsel met 12-20 klierlobjes. Deze hebben elk hun eigen afvoergang, de melkkanalen en monden uit in de tepel.
  • Bindweefselschotten: stevigheid.
  • Vetweefsel: grootte.
  • Bloedvaten en zenuwen.
  • Tepel.
  • Tepelhof met talg-en zweetklieren.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FUNCTIE VAN DE BORST
BIJ JONGENS EN MEISJES IS EEN BORSTKLIER AANGELEGD, ONDER INVLOED VAN VROUWELIJKE HORMONEN MEER BORST
DE MENS IS EEN ZOOGDIER: VOEDING
DOOR HORMONEN IN ZWANGERSCHAP PRODUCEERT KLIERWEEFSEL MELK

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

BENIGNE (goedaardige) aandoeningen: 
  • Mastopathie
  • Cysten
  • Fibro adenomen
  • Lipomen
  • Papillomen
  • Borstontstekingen en abcessen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

MASTOPATHIE: 
  • Verzamelnaam: verschillende knobbeltjes, strengetjes of schijfjes die pijnlijk zijn
  • vlak voor de menstruatie pijnklachten het hevigst en nemen daarna weer af: stug, gespannen, onregelmatig, knobbelig.
  • Na de menopauze nemen de klachten af. 
  • Geen duidelijke oorzaak: overgevoeligheid door vrouwelijke hormonen, gebruik de pil, temperatuur omgeving.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CYSTE:
  • Een met vocht gevulde holte, in dit geval vanuit het borstklierweefsel. 
  • Ontstaat als het melkgangetje verstopt is geraakt. 
  • Voelt aan als een gladde bobbel die gemakkelijk bewogen kan worden. 
  • Veel bij vrouwen tijdens de menstruele periode en kunnen heel plotseling ontstaan, snel groter en pijnlijker worden.
  • Vormen de meest voorkomende goedaardige afwijking.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FIBRO ADENOMEN:
  • Knobbels: bestaan uit combinatie van klier- en bindweefsel.
  • Min of meer afgerond, rond, pijnloos en rubberachtig aanvoelend knobbeltje. 
  • Kunnen gemakkelijk in de borst heen en weer bewogen worden.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LIPOMEN EN PAPILLOMEN:
  • Lipomen (vetbultjes of vetgezwellen): goedaardige knobbels in borst.
  • Papillomen: goedaardige tumoren die zich bevinden in een afvoergang van de borst (intraductaal papilloom). 
  • Papillomen: soms productie geel of bloederig vocht of een ingetrokken tepel. Beide signalen zijn waarschuwingstekens voor borstkanker! De zorgvrager zal dan ook voor verder onderzoek naar het ziekenhuis gestuurd worden.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

BORSTONTSTEKINGEN EN ABCESSEN:
  • Tijdens borstvoeding:  borst niet goed leeg gedronken, ontstaat stuwing, bacteriën door tepelkloven, warm en ontstoken plekken in borst
  • Mogelijk abcesvorming: met pus gevulde holte
  • Antibiotica en soms open gemaakt, daarna spoeling en goed schoon houden

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gynaecomastie 
Goedaardige aandoening aan de borst bij de man.

Groei van de borstklier in de puberteit. (Verdwijnt vaak vanzelf)

Of groei van de borstklier a.g.v. hormoonbehandelingen bij prostaatcarcinoom.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SYMPTOMEN

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Onderzoeken
Zelfonderzoek (elke maand)
Anamnese
Mammografie
Echografie
MRI-onderzoek
Chirurgische biopsie
MARIA onderzoek (multistatic array processing for radiowave image acquisition)

Slide 15 - Tekstslide

maria onderzoek: (mbv radiostralen-pijnloze scantechniek)
            Mammacarcinoom
  • MALIGNE (kwaadaardige) tumor in de borst: borstkanker. 
  • 13 % van vrouwen krijgt borstkanker
  •  komt het meest voor tussen 60-75 jaar
  • grootste doodsoorzaak van vrouwen tussen de 30-59 jaar
  • klein groepje jonger dan 25 jaar
  • bij de jongste vrouwen is de diagnose erg moeilijk te stellen, moeilijk te behandelen en veel lange-termijn-gevolgen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ONTSTAAN: 
  • Ductaal betekent dat de kanker ontstaan is in de melkgang.  De melkgang is de gang die naar de tepel leidt.
  • Lobulair betekent dat de kanker ontstaan is in een of meer melkklieren. De melkklieren zijn een soort kwabjes (lobben) waaruit melk geproduceerd kan worden. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOORTEN BORSTKANKER:
  • In situ betekent dat de borstkanker zich beperkt tot de  plaats van ontstaan
  • Invasief betekent dat de borstkanker zich verder kan  verspreiden
  • Is belangrijk om te weten ivm behandeling

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TNM G systeem: aanduiding stadium
letter T (tumor): hiermee wordt de primaire tumor bedoeld.
letter N (node= engels voor lymfeklier); geeft aan of en in hoeverre de tumor is uitgezaaid via de lymfevaten naar de lymfeklieren.
letter M (metastase): om aan te geven of er wel of geen uitzaaiingen zijn gevonden die zich via het bloed hebben verspreid wordt de letter M gebruikt.

letter G (graad): geeft de kwaadaardigheid of agressiviteit van de tumor aan

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling mamma carcinoom
  • CURATIEF: gericht op genezing: radiotherapie, chemotherapie, immunotherapie, hormonale therapie, operatie
  • PALLIATIEF: gericht op vertraging van het proces: radiotherapie, chemotherapie, hormonale therapie, geen operatie (meer nadelen)
  • BRCA1 en BRCA2: genen, geeft zeer verhoogde kans op borstkanker of eierstokkanker
  • genprofiel: zegt wat over de soort tumor, metastasen, behandeling

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verpleegkundige zorg
Psychosociale begeleiding (denk aan leeftijd, familie, kinderen)
Wat weet de patiënt precies van de behandeling?
Komt de patiënt voor iets anders en heeft ze 'toevallig' ook borstkanker?
Is er neo-adjuvante therapie uitgevoerd? (bijv. invloed op wondgenezing)
Patiënt begeleiden tijdens onderzoeken
Afstemming mamma-careverpleegkundige (patiënt wordt op de poli al gezien)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Specifieke zorg bij borstkanker
Angst voor het verliezen van de borst en uiterlijke vrouwelijke kenmerken. 

Angst voor de relatie met haar partner: 'Hij is een echte borsten-man.'
Angst omdat ze iemand in de nabijheid hebben verloren aan borstkanker en: ‘Nu ben ik aan de beurt’. Dit kan een reële doodsangst zijn.
Preventief borsten te laten verwijderen en meestal ook eierstokken, kinderwens: zeer ingrijpende operatie. 
Aandacht voor de thuissituatie van de zorgvrager: thuiszorg? Jonge kinderen? Alleenstaand?
Schuldgevoelens of boosheid over het ontstaan van de kanker. (leefstijl)
Kinderwensen, zwangerschap, net moeder geworden zijn en dan deze diagnose krijgen.
Wel juiste keuze gemaakt voor de behandeling? Soms tijdens OK nog verandering.
Veel emoties! Opeens is het 'echt'. 









Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties bij een borstoperatie
  • Na de operatie kunnen complicaties optreden zoals een nabloeding of een infectie. Specifiek voor de borstoperatie is:
  • Pijn of doof gevoel op de borstwand
  • Vochtophoping onder de wond
  • Zenuwpijn in de arm
  • Minder gevoel in de oksel en de arm
  • Vocht ophoping in de arm (lymfoedeem)
  • Minder bewegingsmogelijkheid van de arm

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lymfoedeemtherapie:
  • manuele lymfedrainage
  • zwachtelen/ therapeutisch elastische mouw
  • lymfetaping

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties van chemotherapie
Misselijkheid, door aantasting van cellen in de maagwand.
Haaruitval, doordat de haarcellen in het haarzakje snel delende cellen zijn en doodgaan als gevolg van chemotherapie
Vermoeidheid, doordat gezonde cellen in het lichaam worden aangetast, werkt het lichaam met minder capaciteit dan normaal
Concentratiestoornissen en stemmingswisselingen, doordat cytostatica ook het zenuwstelsel beïnvloeden
Verminderde weerstand, als gevolg van een verminderd aantal witte bloedcellen
Bloedarmoede, als gevolg van een verminderd aantal rode bloedcellen
Diarreeverschijnselen of juist verstopping
Afgebrokkelde nagels, nagels worden brozer en kunnen verkleuren
Hart-, long- of nierzwakte, dit komt zelden voor
Irritatie van het mondslijmvlies, als gevolg van aantasting van dit slijmvlies smaakverandering en hierdoor verminderde en of veranderde eetlust

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties van bestraling
Geïrriteerde huid
Vermoeidheid
Kortademigheid
Slikklachten

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties van hormoontherapie
Overgangsklachten
Misselijkheid
Vermoeidheid
Gewrichtsklachten
Osteoporose

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties bij een borstreconstructie/prothese
Nabloeding
Afsterven van weefsel (doorbloeding van het weefsel is niet goed en kan daardoor afsterven)
Infectie
Kapselvorming (lichaam reageert op vreemd materiaal, littekenweefsel trekt samen rond de prothese)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijn er nog vragen?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EDITION: 
ZIEKENHUISZORG 1
Thema 5: zorgvragers met aandoeningen aan de borsten
Hoofdstuk 16 en 17 

Leren & Maken

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies