Meine Familie

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Thema: Meine Familie
Neue Kontakte Kapitel 2

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan over mijn familie vertellen. 
  • Ik weet de vertaling van familieleden.

Slide 3 - Tekstslide

Welche deutschen Wörter zum 
Thema Familie kennst du? 

Slide 4 - Woordweb

Geschwister?

Slide 5 - Tekstslide

meine Familie
Das ist ...
  • mein Vater.
  • meine Mutter.
  • meine Schwester.
  • mein Bruder.
Das sind ...
  • meine Geschwister.
die Geschwister = broers en/of zussen!

Slide 6 - Tekstslide

Die Familie

Slide 7 - Tekstslide

Du
meine Schwester
meine Cousine
meine Uroma
mein Vater
mein Uropa
meine Mutter
meine Tante
mein Onkel
mein Cousin
meine Oma
mein Großonkel
meine Großtante
meine Tante

Slide 8 - Sleepvraag

Die Schwester von meinem Vater ist meine ... .
A
Onkel
B
Cousine
C
Nichte
D
Tante

Slide 9 - Quizvraag

Wer ist das:
Die Tochter von meinem Onkel
A
mein Cousin
B
meine Nichte
C
meine Cousine
D
mein Neffe

Slide 10 - Quizvraag

Übersetze:
de neef (zoon van je broer/zus):

A
der Neffe
B
der Cousin

Slide 11 - Quizvraag

Übersetze:
de neef (zoon van je tante/oom):

A
der Neffe
B
der Cousin

Slide 12 - Quizvraag

Schreibe die Wörter in dein Heft. Schreibe auch die Niederländische Übersetzung (vertaling) dazu. 

Slide 13 - Tekstslide

Aufgabe 5 min. :

Schreibe 5 Sätze in dein Heft auf. 

Slide 14 - Tekstslide

Wie heißen deine Eltern?
  • Sie heißen Peter und Silke.
  • Mein Vater heißt Peter und meine Mutter heißt Silke.
ß= Aussprache wie ss
Let op werkwoord-vervoeging!

Sprechen

Slide 15 - Tekstslide

Sind deine Eltern verheiratet? (getrouwd)
  • Nein, sie sind geschieden.
  • Ja, sie sind verheiratet.
Sprechen

Slide 16 - Tekstslide

Hast du Geschwister? (broers en zussen)
  • Ja, ich habe eine Schwester und einen Bruder.
  • Ja, ich habe 2 Schwestern und 3 Brüder.
  • Nein, ich habe keine Geschwister.
Wisst ihr es noch? Wann sagt man "ein" und "eine"?
Sprechen

Slide 17 - Tekstslide

Hast du Geschwister?

Wie heißen deine Eltern?

Sind deine Eltern verheiratet?
Jetzt du! Erzähle!

Slide 18 - Tekstslide

Meine Familie
Ich habe sehr viele Verwandte, die ich auch fast alle kenne. Meine Familie ist groß, weil meine Eltern beide viele Geschwister haben. Meine Mutter hat vier Schwestern. Sie ist die jüngste. Die Kinder meiner Tanten sind meine Cousinen und Cousins. Sie leben nicht alle in meiner Umgebung, manche wohnen sehr weit weg. Aber zu Familienfeiern kommen meistens alle angereist.
Wie viele Geschwister hat die Mutter?
Lesen

Slide 19 - Tekstslide

Meine Familie
Ich habe sehr viele Verwandte, die ich auch fast alle kenne. Meine Familie ist groß, weil meine Eltern beide viele Geschwister haben. Meine Mutter hat vier Schwestern. Sie ist die jüngste. Die Kinder meiner Tanten sind meine Cousinen und Cousins. Sie leben nicht alle in meiner Umgebung, manche wohnen sehr weit weg. Aber zu Familienfeiern kommen meistens alle angereist.
Wie viele Geschwister hat die Mutter?
Lesen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Wat weet je nu over Tim?

Slide 22 - Open vraag

Antonia is
A
de moeder
B
de tante
C
de zus
D
de stiefmoeder

Slide 23 - Quizvraag

Wat weet je nu over de halfzusjes?

Slide 24 - Open vraag

5

Slide 25 - Video

Aufgabe
Stel 2 personen uit je familie voor: 
  1. Schrijf wie deze persoon is (bijv. mijn broer/zus, vader/moeder, ...)
  2. Schrijf hoe de persoon heet en hoe oud hij/zij is.
  3. Schrijf wat zij/hij graag doet (hobby, sport).

Slide 26 - Tekstslide

Familie vorstellen
Stel deze familie voor in 10 zinnen. 
Bedenk zelf de leeftijden van personen.
Verzin ook een hobby bij de kinderen. 
Das ist die Familie......

Slide 27 - Tekstslide

00:15
Hoe oud is Annika?
A
twaalf
B
elf
C
dertien
D
veertien

Slide 28 - Quizvraag

00:25
Wat zou Eltern kunnen betekenen?

Slide 29 - Open vraag

00:43
Welk beroep heeft de moeder van Annika?
A
lerares
B
politieagente
C
cassière
D
bloemiste

Slide 30 - Quizvraag

00:55
Welke sport doet de broer van Annika?
A
voetbal
B
volleybal
C
tennis
D
hockey

Slide 31 - Quizvraag

01:14
Hoe heten de opa en oma van Annika?
A
Hans und Sabine
B
Johann und Sabine
C
Katharina und Klaus
D
Johann und Katharina

Slide 32 - Quizvraag

Heb je de leerdoelen gehaald?

😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

Was findest du noch schwierig?

Slide 34 - Open vraag

und einen guten Rutsch ins neue Jahr!

Slide 35 - Tekstslide

Tschüss!

Slide 36 - Tekstslide