1: Tigo doet een proefje, hij doet koperoxide in zoutzuur.
Welke reactie vind er plaats, maak de vergelijking.
2: Mads doet ook een proefje, hij doet magnesiumcarbonaat in zoutzuur.
Welke reactie vind er plaats, maak de vergelijking.
3: Juna doet ook een proef, zij doet bariumhydroxide in azijnzuur. Welke reactie vind er plaats, maak de vergelijking.