1. Omrekenen week/jaar/maand

Omrekenen week/jaar/maand
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Omrekenen week/jaar/maand

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  1. Leerdoelen
  2. Uitleg omrekenen
  3. Oefenen omrekenen
  4. Leerdoelen check

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik weet wat de stappen zijn om om te rekenen van week naar maand en andersom.
Ik weet wat de stappen zijn om om te rekenen van kwartaal naar maand en andersom.
Ik kan van week naar maand omrekenen en andersom.
Ik kan van kwartaal naar maand omrekenen en andersom.

Slide 3 - Tekstslide

Bijbaantje?

Slide 4 - Tekstslide

Je verdient € 28 per week.
Hoeveel verdien je per maand?
Zet je berekening er ook bij.

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide


Paul krijgt € 260 kleedgeld per maand. Hoeveel is dat omgerekend naar week?
Schrijf je berekening op je wisbordje.

Slide 7 - Tekstslide

Fenne krijgt € 10 zakgeld per week. Hoeveel is dat omgerekend naar maand?
Schrijf je berekening op je wisbordje.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Mo krijgt €330 kinderbijslag per kwartaal. Hoeveel is dit per maand?
Schrijf je berekening op je wisbordje.

Slide 10 - Tekstslide

Frits krijgt € 15 zakgeld per week.
Hoeveel is dit per kwartaal?
Schrijf je berekening op je wisbordje.

Slide 11 - Tekstslide

Werkblad

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik weet wat de stappen zijn om om te rekenen van week naar maand en andersom.
Ik weet wat de stappen zijn om om te rekenen van kwartaal naar maand en andersom.
Ik kan van week naar maand omrekenen en andersom.
Ik kan van kwartaal naar maand omrekenen en andersom.

Slide 14 - Tekstslide