maatschappijleer kb3-4 mediawijs methode m

begrippen quiz 
mediawijsheid.
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

begrippen quiz 
mediawijsheid.

Slide 1 - Tekstslide

Dit is een quiz als voorbereiding op de toets
Lees de vragen goed door en klik het juiste antwoord aan. 
Er zijn ..... vragen. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is GEEN voorbeeld van communicatie?
A
StukTV zet een nieuwe video online
B
Op weg naar school zie je dat de supermarkt nieuwe aanbiedingen heeft.
C
Vader geeft moeder een boodschappenlijstje mee.
D
Je hebt het koud en zet de verwarming aan.

Slide 3 - Quizvraag

Media die met hun boodschap zoveel mogelijk mensen proberen te bereiken, noemen we
A
merken
B
massamedia
C
content
D
producenten

Slide 4 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Ieder medium heeft als functie amusement.
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Juist of onjuist?
De combinatie van informatie en reclame heeft infotainment
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Welke voorbeelden omschrijven het medialandschap van Nederland het beste?
A
BNNVARA, AVROTROS, 3FM, WNL, Radio2, Omroep Max
B
Discovery Channel, National Geography, TLC, animal planet
C
BNNVARA, RTL, Radio 538, Enzo knol, Donald Duck, Linda de mol

Slide 7 - Quizvraag

Wie krijgt zijn salaris door de overheid betaald?
A
Tim Hoffman (BNNCVara)
B
Humberto Tan (RTL)
C
Chantal Janzen (RTL)
D
Zangeres Anouk

Slide 8 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Mediabedrijven richten zich op doelgroepen?
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer mediaebedrijven het Christelijke geloof belangrijk vinden, heeft te maken met:
A
De identiteit van het medium
B
De doelgroep van het medium
C
de crossmedialiteit van het media
D
de privacy van het medium

Slide 10 - Quizvraag

wanneer steeds meer kranten met elkaar fuseren is dat slecht voor de
A
crossmedialiteit
B
doelgroepen
C
belastingdienst
D
mediapluriformiteit

Slide 11 - Quizvraag

Bedrijven kunnen met persoonlijke informatie
A
alle gegeven antwoorden zijn goed
B
persoonlijke aanbiedingen sturen
C
advertenties beter afstemmen
D
makkelijker geld verdienen

Slide 12 - Quizvraag

Waarom is het belangrijk dat jij zelf bepaalt wat er met jouw persoonlijke informatie gebeurd
A
Omdat ik zelf goed nadenk wat ik met anderen deel
B
Omdat ik zelf bepaal welke websites ik bezoek
C
het is helemaal niet belangrijk
D
omdat media deze informatie verkopen aan adverteerders

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een nadeel van een Filterbubbel
A
Je kunt nooit zoeken waar je echt naar op zoek bent
B
Er zitten geen nadelen aan een filter bubbel
C
je blijft alleen informatie zien die bij je past
D
Je bent al je privacy kwijt

Slide 14 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Naaktfoto s van een klasgenoot sturen is hetzelfde als verspreiden van kinderporno
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Een voorbeeld van medialisering is?
A
Je wordt gebeld door je ouders dat je naar huis moet komen.
B
Je besteld eten via thuisbezorgd.nl
C
op de playstation speel je de nieuwste fifa
D
alle administratie van bedrijven wordt via de computer gedaan

Slide 16 - Quizvraag

Een belangrijke manier om te weten of een bron betrouwbaar is
A
wat zeggen je ouders of leraar
B
krijgt het veel likes op sociale media
C
staat het op internet
D
kom ik het ook ergens anders tegen

Slide 17 - Quizvraag

Een belangrijk kenmerk van populaire journalistiek is
A
het heeft als doel om geld te verdienen
B
het brengt voornamelijk politiek, economisch en buitenlands nieuws
C
het bevat veel teskt, grote koppen en weinig foto s
D
het is geschreven voor een breed publiek

Slide 18 - Quizvraag

Wat gebeurd er wanneer journalisten bedrijven en overheden niet zouden controleren
A
journalisten krijgen minder betaald
B
niks, er zal niets anders zijn
C
fouten van bedrijven en overheden komen dan niet meer in het nieuws.
D
kranten hebben niets meer om over te schrijven.

Slide 19 - Quizvraag

Welke nieuwsberichten er in een krant geplaatst worden, wordt bepaald door een
A
interviewer
B
de redactie
C
de verslaggever
D
het persbureau

Slide 20 - Quizvraag

Het onbewust keuzes maken over welke informatie je tot je neemt, noemen we
A
selectieve waarneming
B
rolpatronen
C
vooroordelen
D
stereotypen

Slide 21 - Quizvraag

In veel series is er sprake van een typisch gezinnetje: man vrouw en 2 kinderen. Dit noemen we
A
selectieve waarneming
B
stereotypen
C
vooroordelen
D
rolpatronen

Slide 22 - Quizvraag

Een onderwerp onder de aandacht te brengen bij burgers of bij de politiek.
A
Agendafunctie
B
Waakhondfunctie
C
Algoritme
D
Amusementsfunctie

Slide 23 - Quizvraag

Wat betekent commercieel?
A
Enkel voor non-profit organisaties
B
Gericht op winst maken
C
Onbelangrijk voor bedrijven
D
Lekker handelen

Slide 24 - Quizvraag

Commerciële omroep (C)
Publieke omroep (P)
2. Ze krijgen alleen geld uit reclame.
8. Voorbeelden zijn SBS6 en RTL4. 
6. Ze mogen uitzenden wat ze willen.  
1. Ze zenden uit op NPO 1, 2 en 3.  
3. Voorbeelden zijn BNNVARA en AVROTROS
4. Programma’s worden niet onderbroken voor reclame.
5. Ze krijgen geld van de overheid.  
9.  Voorbeelden zijn Radio538, SLAM!  
7. Ze zijn streng gebonden aan de Mediawet

Slide 25 - Sleepvraag

Mediawijs
Niet mediawijs

betrouwbaarheid bron checken
bron niet checken
Zorgvuldig omgaan met delen privé-gegevens
Iedereen die het vraagt privé-gegevens geven
Als ik iets lees op social media, kijk ik altijd wie het geschreven heeft
Ik haal informatie uit verschillende bronnen
Ik geloof eigenlijk alles wat ik lees
Ik haal informatie vooral van 1 persoon of site of app

Slide 26 - Sleepvraag

Welke dingen zijn voorbeelden van massamedia?
Massamedia
Geen massamedia
Reclamefolder
Krant
Radio
Schilderij
iPad
Brief
Kerstkaart
Tijdschrift

Slide 27 - Sleepvraag

Inkomsten
Programmering
Reclame
Publieke omroepen
Commerciële zenders
alleen uit reclame
van de overheid
aan regels gebonden
vrij
wel
niet tijdens programma's

Slide 28 - Sleepvraag