Zakelijke email nieuwe les 1

Woensdag
30 oktober
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woensdag
30 oktober

Slide 1 - Tekstslide

30-10-2024
  • Jeugdjournaal
  • Lesdoel
  • Zakelijke e-mail
  • Huiswerk
  • (Spel)

Slide 2 - Tekstslide

Jeugdjournaal
  • Samenvatten
  • Waarom?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Lesdoel
Ik kan minimaal 3 'conventies' van een zakelijke e-mail opnoemen.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een zakelijke e-mail en wat zijn conventies?

Slide 6 - Tekstslide

Conventies

Slide 7 - Tekstslide

Persoonlijke e-mail

  • informele e-mail
  • opbouw: aanhef, inhoud, slotgroet
  • informeel taalgebruik (beste, hoi, jij, groetjes, doei)
Zakelijke e-mail

  • formele e-mail
  • strenge opbouw: aanhef, inhoud, afsluiting, slotgroet
  • formeel taalgebruik (geachte, u, met vriendelijke groet, hoogachtend)

Slide 8 - Tekstslide

Regels voor de zakelijke e-mail
  • Onderwerp kort en bondig
  • Begin met een aanhef: Geachte heer/mevrouw, of Geachte heer Janssen, / Geachte mevrouw Janssen,
  • Eerste alinea is de inleiding: het 'waarom', niet beginnen met ik!
  • Middenstuk: alinea's. Je geeft meer informatie over het 'waarom'. 
  • Einde: een nette slotzin. Je verwachting.
  • Slotgroet: Met vriendelijke groet,
  • Zet je voor- en achternaam onder de e-mail

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht individueel
Wat?
Je gaat zoveel mogelijk regels voor de e-mail opschrijven op het A4. Minimaal 3!
Hoe lang?
Je krijgt 1 minuut de tijd.
Hoe?
1 minuut in stilte.
Klaar?
Op mijn teken houd je het blad omhoog.
timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Quick check

Ik kan minimaal 3 regels van een zakelijke e-mail opnoemen.

Slide 11 - Tekstslide

Ik schrijf een zakelijke e-mail als ik een heel leuk weekend heb gehad en ik mijn oma daarover wil vertellen.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Ik schrijf een zakelijke e-mail naar de Cool Cat als ik een klacht heb over een broek die ik heb gekocht.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Wat zet je in de inleiding van een zakelijke e-mail?
A
wat je van de lezer verwacht
B
informatie/vragen
C
het doel van de e-mail

Slide 14 - Quizvraag

Wat zet je in de kern van een zakelijke e-mail?
A
wat je van de lezer verwacht
B
informatie/vragen
C
het doel van de e-mail

Slide 15 - Quizvraag

Wat zet je in het slot van een zakelijke e-mail?
A
wat je van de lezer verwacht
B
informatie/vragen
C
het doel van de e-mail

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de juiste volgorde van de inhoud van een zakelijke e-mail?

1. Wat je van de ander verwacht.
2. Je noemt en begroet de persoon naar wie je mailt.
3. Duidelijke vraag stellen.
4. Waarom je de e-mail schrijft.

A
2,4,3,1
B
1,2,3,4
C
4,1,2,3
D
3,4,2,1

Slide 17 - Quizvraag

Zet de opbouw van een zakelijke e-mail in de goeie volgorde:
A
kern -onderwerp - aanhef - inleiding -slot -afsluiting
B
inleiding - aanhef - kern - afsluiting - slot
C
onderwerp - aanhef - inleiding - kern - slot - afsluiting
D
aanhef - inleiding -kern - onderwerp - slot - afsluiting

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een goede aanhef voor een zakelijke e-mail?
A
Hoi
B
Beste Van Kallen,
C
Geachte meneer/mevrouw,
D
Groeten,

Slide 19 - Quizvraag

Een zakelijke e-mail sluit je af met...
A
Een beleefde groet en je naam.
B
Wat je van de lezer wil.
C
Wat je van de lezer wil en je naam.
D
Een nette groet.

Slide 20 - Quizvraag

Huiswerk
Wat?
Maak de opdracht over het schoolfeest met het thema Halloween op papier.
Wanneer?
Vrijdag 
Leren?
Afspraken en regels schrijven (PDF-document in methode en Classroom). Komt nog in Classroom!
Hoe?
Laag volume met buurman/buurvrouw mag.
Geen Chromebook.
Klaar?
Laat mij zien dat je de e-mail af hebt. Daarna mag je iets voor jezelf doen.

Slide 21 - Tekstslide