Periode 2, les 5 lesvoorbereidingsformulier

Nederlands
Periode 2 | les 5 
lesvoorbereidingsformulier
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Periode 2 | les 5 
lesvoorbereidingsformulier

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Beroepshouding
  • Boek mee
  • Telefoon in tas
  • Lezen = lezen
  • Uitleg = opletten
  • Werken = werken 
  • Eten = niet in het lokaal

Slide 3 - Tekstslide

In deze les
  • Lesdoelen
  • 15 minuten lezen 
  • Lesvoorbereidingsformulier opdracht via LessonUp
  • Opdracht Motile

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
  • heb je je woordenschat en taalvaardigheden verbeterd en gewerkt aan je concentratie. 
  • snap je hoe een lesvoorbereidingsformulier ingevuld moet worden. 
  • heb je een lesvoorbereidingsformulier verbeterd in Motile.
  • kan je bedenken wat jij moet verbeteren aan jouw lesvoorbereidingsformulieren. 

Slide 5 - Tekstslide

Lezen
15 minuten lezen in een 
boek, tijdschrift of strip. 
timer
15:00

Slide 6 - Tekstslide

Hoe heb je gelezen?
Ik heb 15 minuten gelezen.
Ik heb tussen de 12 en 14 minuten gelezen.
Ik heb rond de 10 minuten gelezen.
Ik heb minder dan 8 minuten gelezen.

Slide 7 - Poll

Lesvoorbereidingsformulieren
beoordelen

Slide 8 - Tekstslide

Materialen
  • 8 lesvoorbereidingsformulieren hangen in het lokaal
  • 1 blad voor aantekeningen
  • Pen of potlood

  • Werk alleen of in tweetallen 

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
  • Bekijk en beoordeel de lesvoorbereidingsformulieren.
  • Schrijf in steekwoorden je oordeel of tips op.  
  • Ga zitten als je klaar bent. 

Slide 10 - Tekstslide

1
+ positief
- verbeterpunt

Slide 11 - Woordweb

2
+ positief
- verbeterpunt

Slide 12 - Woordweb

LVF 3

Slide 13 - Tekstslide

LVF 3

Slide 14 - Tekstslide

LVF 3

Slide 15 - Tekstslide

LVF 3

Slide 16 - Tekstslide

Wat valt het meeste (positief) op aan LVF 3 in vergelijking met de andere formulieren?
A
Veel tekst en uitgebreide beschrijvingen
B
Prettige leesbaarheid: eenduidig lettertype en grootte, opsommingstekens
C
Een foto erbij i.p.v. een plattegrond

Slide 17 - Quizvraag

LVF 4

Slide 18 - Tekstslide

LVF 4

Slide 19 - Tekstslide

Kern/Activiteit/Sport/Spel
Beschrijf hier zo uitgebreid mogelijk jouw activiteit:

Ik ga het spel kanjam spelen.
Dit betekend dat je 1 veldje hebt met 2 teams dus 4 personen per veldje. We zijn met 12 dus ik maak 3 veldjes van 4 personen. Ik leg uit hoe de punten telling werkt. Je kan een punt verdienen door de frisbee te gooien en je teamgenoot tikt hem tegen te kanjam aan, dan heb je 1 punt. Gooit hij hem gelijk tegen de kanjam aan heb je 2 punten. Gooi je hem door de brievenbus heb je gelijk gewonnen. en de regels vertel ik .
Ik zal ook vertellen dat ze op moeten letten op de veiligheid.

Slide 20 - Tekstslide

Waar had deze persoon de regels en de voorwaarden voor de veiligheid neer moeten zetten?
A
Kern/activiteit/ sport/spel
B
Hoe regel ik het?
C
Welke aanwijzingen geef ik?

Slide 21 - Quizvraag

LVF 5

Slide 22 - Tekstslide

LVF 5

Slide 23 - Tekstslide

LVF 6

Slide 24 - Tekstslide

LVF 6

Slide 25 - Tekstslide

Wat is een groot verschil tussen LVF 5 en LVF 6?
A
Bij 5 staan alle originele oranje teksten, bij 6 zijn ze weggehaald.
B
6 is overzichtelijker dan 5
C
6 heeft geen doel, 5 wel
D
5 heeft geen legenda, 6 wel

Slide 26 - Quizvraag

Welke tips kan je aan deze schrijvers geven?

Slide 27 - Open vraag

LVF 7
In hoeverre begrijp je
als lezer nu de activiteit?
A
Ik weet precies hoe deze activiteit gedaan moet worden.
B
Ik heb geen flauw idee.
C
Ik weet dat ik niet voor een kast mag blijven staan, niet mag duwen en tackelen. Wat ik wel moet doen? Geen idee.

Slide 28 - Quizvraag

8
+ positief
- verbeterpunt

Slide 29 - Woordweb

Tips voor een goed LVF
  • Zorg voor hetzelfde lettertype in je hele formulier.
  • Gebruik kleur op een efficiënte manier.
  • Doe een spellingscheck.
  • ChatGPT is je vriend, maar misbruik hem niet: leer ervan. 
  • Haal de originele teksten weg die niet nodig zijn. 
  • Maak een legenda met plaatjes. 
  • Schrijf op instructieve wijze. 
  • Leg uit en schrijf een heldere beginsituatie. 

Slide 30 - Tekstslide

Met welke tip ga jij aan de slag in jouw eigen formulieren?
Eenduidig lettertype
Spellingscheck
Kleur efficiënt inzetten
Legenda met plaatjes
Op instructieve wijze schrijven
ChatGPT hulp, niet overnemen

Slide 31 - Poll

In deze les
  • Lesdoelen
  • 15 minuten lezen 
  • Lesvoorbereidingsformulier opdracht
  • Opdracht Motile

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Klaar?
  • Ga bezig met een module waar je naam bij staat.
  • Ga bezig met een ander vak.
  • Verlaat het lokaal. 

Slide 37 - Tekstslide