Nederlands Woordenschat 1.4

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Welkom bij Nederlands

Noem de stappen die je neemt om online de betekenis van een woord op te zoeken.

Lesdoel

Aan het eind van de les kun je:
Figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen

Waar denk jij aan bij figuurlijk taalgebruik?

Wat wordt bedoeld met de uitdrukking
'ergens een slaatje uit slaan'?

Brent staat met zijn mond vol tanden.

A: Chris stelt een vraag aan het eind van zijn presentatie, maar hij weet niet wat hij daarop moet antwoorden.

B: De behandeling bij de tandarts is afgerond. Nadat al zijn tanden en kiezen zijn getrokken, heeft hij nu weer een gaaf gebit.

Bart en Nicole zetten de bloemetjes buiten.

A: Bart en Nicole geven aankomend weekend alweer een wild feestje.

B: Bart en Nicole zetten de plantjes die ze bij het tuincentrum hebben gekocht, in de tuin.

- Ga naar NU Nederlands
- Woordenschat 1.4 Figuurlijk taalgebruik

- Maak opdracht 1 t/m 4
- Klaar?
Maak dan opdrachten van 1.1 t/m 1.3 die nog niet af zijn en ga daarna lezen in je eigen leesboek

Welk figuurlijk taalgebruik gebruik jij weleens?

Wat vond je van deze les?

😒🙁😐🙂😃