Les 2: witte bloedcellen en bloedplaatjes

Les 2: witte bloedcellen en bloedplaatjes
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 2: witte bloedcellen en bloedplaatjes

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je kunt de functies van witte bloedcellen en bloedplaatjes benoemen
.
- Je kunt het bloedstollingproces uitleggen
.

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud
-Herhalingsopgaven
-Extra uitleg
-Opgave witte bloedcellen en bloedplaatjes
-Flimpjes

Slide 3 - Tekstslide

Waaruit bestaat bloed?

Slide 4 - Open vraag

Bloed bestaat voor 55% uit:
A
Rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplasma
D
bloedplaatjes

Slide 5 - Quizvraag

Welk bestanddeel wordt aangeven met nummer 2? En nummer 4?

Slide 6 - Open vraag

Witte bloedcellen
Je hebt vast wel eens een infectieziekte gehad. Gelukkig ben je daarna weer beter geworden. Daar had je de witte bloedcellen voor nodig. De functie van de witte bloedcellen is het lichaam verdedigen tegen ziektekiemen. 

Witte bloedcellen worden net als rode bloedcellen in het beenmerg gemaakt.
Er zijn veel verschillende soorten witte bloedcellen. 

Een van de soorten is de macrofaag (= vreetcel). Hij kan van vorm veranderen en door de kleine openingen van de bloedvaatjes naar buiten kruipen.  Hij eet de bacteriën en virussen die hij tegenkomt.

Andere soorten witte bloedcellen maken antistoffen tegen ziektekiemen. Door die antistoffen kleven bacteriën of virussen aan elkaar vast en kunnen ze het lichaam niet meer ziek maken.

Vervolgens eten de macrofagen ze op. Vaak gaan die macrofagen daarna dood. Dode macrofagen en ziektekiemen samen zijn witachtig van kleur en vormen de pus bij sommige wondjes.

Slide 7 - Tekstslide

Verder lezen
Lees nog eens over de samenstelling van het bloed via deze link:
https://maken.wikiwijs.nl/140682#!page-5087457

Slide 8 - Tekstslide

Rode bloedcellen
Witte bloed cellen
Bloedplaatjes
1. Hebben ze een celkern?
2.  Wat is hun functie?
3. Hoeveel zitten er gemiddeld in 1 mm3 bloed?
Vul de tabel in.
Sleep de stukjes tekst naar de juiste plaats.
Zuurtstoftransport
7000
Nee
Bloedstolling
5 miljoen
Ja
Ziekteverwekkers bestrijden
300 000

Slide 9 - Sleepvraag

Hoe komt het dat witte bloedcellen hun functie ook buiten de bloedvaten kunnen vervullen?

Slide 10 - Open vraag

Welke eigenschap hoort niet bij marcofagen?
A
Van vorm veranderen
B
Door bloedvaten heen kruipen
C
Antistoffen maken

Slide 11 - Quizvraag

Voor antistoffen geldt:
A
Ze laten zietekiemen aan elkaar kleven
B
Het zijn stoffen op de buitenkant van ziektekiemen
C
Ze eten ziektekiemen op

Slide 12 - Quizvraag

Bloedplaatjes en bloedstolling
De functie van de bloedplaatjes is dus bloedstolling. Bloedplaatjes worden net als de rode en witte bloedcellen in het beenmerg gemaakt.  De cellen waaruit ze ontstaan vallen echter vaak in duizenden kleine stukjes uit elkaar.  Elk stukje is een bloedplaatje. Een bloedplaatje is dus heel klein.

Als een bloedvat kapot gaat wordt vanuit de bloedplaatjes een netwerk van eiwitdraden (fibrine) gevormd. De rode bloedcellen blijven in datr netje hangen en vromen de korst waarmee de wond wordt afgesloten.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Welk bloedbestanddelen zorgen voor een kortste op de wond?
A
Rode bloedcellen
B
Bloedplaatjes
C
Witte bloedcellen

Slide 15 - Quizvraag

Wat gebeurt er wanneer het bloed gaat stollen?

Slide 16 - Open vraag

Welk soort bloedbestanddelen heeft dezelfde taak als jodium?

Slide 17 - Open vraag

Wat is Pus of etter?
A
Dode rode bloedcellen en ziekteverwekkers
B
Dode witte bloedcellen en dode rode bloedcellen
C
Dode witte bloedcellen en ziekteverwekkers
D
weefselvloeistof en lymfe

Slide 18 - Quizvraag

Witte bloedcellen kunnen zich door de wand van een bloedvat bewegen. Rode bloedcellen kunnen dit niet. Waarom kunnen witte bloedcellen dit wel?
A
Witte bloedcellen zijn kleiner
B
Witte bloedcellen hebben geen vaste vorm
C
Witte bloedcellen hebben geen celkern
D
Witte bloedcellen zorgen voor stolling

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Video

Wanneer iemand een blauwe plek heeft zijn bloedvaatjes beschadigd. Het bloed gaat dan stollen. Welke twee bestanddelen van bloed spelen een rol bij de bloedstolling?

Slide 21 - Open vraag

Schrijf 2 dingen op die je deze les geleerd hebt.

Slide 22 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video