21/22 H2.1 Kopen is kiezen (1)

 
Hoofdstuk 2 Paragraaf 1
 De markt van vraag en aanbod
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

 
Hoofdstuk 2 Paragraaf 1
 De markt van vraag en aanbod

Slide 1 - Tekstslide

Je moet een vraaglijn kunnen aflezen. Waarvoor staat de Q?

Slide 2 - Open vraag

Waar denk jij aan bij 'vraag en aanbod'?

Slide 3 - Woordweb

Concrete markt

Deze kun je bezoeken (weekmarkt, winkel)

Abstracte markt

Het geheel van alle vraag en aanbod naar een bepaald product (telefoonmarkt)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een vraaglijn? (1)
De lijn die het verband aangeeft tussen de prijs (P) en de gevraagde hoeveelheid (Q). Deze lijn vertoont  een dalend verloop;  bij hogere prijzen wordt minder gevraagd dan bij lagere prijzen.


Slide 7 - Tekstslide

Wat is een vraaglijn? (2)
Voorbeeld: Qv = – 2P + 800

Aan het minteken in de formule zie je dat de gevraagde hoeveelheid daalt als de prijs stijgt.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Je moet een vraaglijn kunnen aflezen. Waarvoor staat de P?

Slide 10 - Open vraag

De vraaglijn geeft het verband weer tussen de prijs van een goed en de gevraagde hoeveelheid van dat goed.
A
Dit is voor elk goed hetzelfde.
B
Dit is voor elk goed anders.

Slide 11 - Quizvraag

Je moet een vraaglijn kunnen aflezen. Waarvoor staat de Qv?

Slide 12 - Open vraag

Waarom heeft de vraaglijn een dalend verloop?
A
Hoe hoger de prijs, hoe meer er gevraagd wordt
B
Hoe hoger de prijs, hoe minder vraag
C
Omdat de aanbodlijn stijgt
D
Omdat er altijd sprake is van evenwicht

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Als de vraag naar goud toeneemt...
A
Verschuift de vraaglijn naar rechts.
B
Verschuift de vraaglijn naar links

Slide 18 - Quizvraag

De vraaglijn van een product verschuift in een jaar evenwijdig naar links. Een mogelijke oorzaak van deze verschuiving is.....
A
een afname van het aantal vragers.
B
een inkomensstijging bij de consumenten.
C
een toename van het aantal vragers.
D
een prijsverlaging van het product zelf

Slide 19 - Quizvraag

Stel de functie van de vraaglijn naar cola is:
Qv = –15p + 45. Gegeven prijs is € 2,50.
Hoeveel blikjes cola worden er verkocht?
A
82.5
B
8
C
9,375
D
7,5

Slide 20 - Quizvraag

Gegeven:
Qv=-15p+45             en        p=2,50

Dan ga je de p invullen in de formule

Qv= -15x2,50+45
Qv= -37,50+45
Qv= 7,5

Slide 21 - Tekstslide

Hoeveelheid geld die iemand in een bepaalde periode ontvangt.
Lijn die bij iedere prijs aangeeft hoeveel stuks de consument bij die prijs willen kopen

hoeveelheid goederen en diensten die met het inkomen gekocht kunnen worden

aantal stuks dat de consumenten bij een bepaalde prijs willen kopen
gevraagde hoeveelheid
vraaglijn
koopkracht
inkomen

Slide 22 - Sleepvraag


Wat heb je 
deze les geleerd?
LAATSTE VRAAG

Slide 23 - Open vraag

Huiswerk volgende week
Doorlezen: paragraaf 2.1
Maken: de opdrachten van paragraaf 2.1
Succes!!

Slide 24 - Tekstslide