In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Doelen
-De belangrijkste steden en stedelijke gebieden van Nederland
-Verband tussen de stad en haar verzorgingsgebied
-De ontwikkeling van stad tot stedelijk gebied
Slide 2 - Tekstslide
Lezen 2.5
''Van stad naar agglomeratie''
Slide 3 - Tekstslide
Amsterdam
Rotterdam
Utrecht
Den Haag
Bestuurscentrum
Vergadercentrum
Financieel centrum
Havengebied
Distributiecentrum
Zakencentrum
Industriegebied
Regering
Slide 4 - Sleepvraag
Wat zijn twee redenen voor de verstedelijking na 1880?
Slide 5 - Open vraag
Wat zijn de oorzaken voor de verstedelijking na 1880?
-> opkomst van industrie in de steden > werk in de stad
-> mechanisering landbouw > minder werk op platteland
-> relatieve armoede op het platteland
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een gevolg van een hoog verstedelijkingstempo in Nederland?
A
vorming van agglomeratie
B
vorming van krottenwijken
C
verlaging van de verstedelijkingsgraad
D
daling van de natuurlijke groei van de stad
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Kaart
Slide 9 - Tekstslide
SUBURBANISATIE
Slide 10 - Tekstslide
Suburbanisatie... dat is alleen iets voor mensen, niet voor bedrijven!
A
goed
B
fout
Slide 11 - Quizvraag
Suburbanisatie van mensen
Suburbanisatie van bedrijven
zoeken een betere woonomgeving
Beter bereikbaar buiten de stad
Door de toename van de mobiliteit
Door de gestegen welvaart
goedkoper
meer ruimte
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Video
Dit gebied biedt een beetje lucht en ruimte in dat drukke stedelijk gebied...
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Video
Slide 16 - Tekstslide
Het Groene Hart
De randstad is een stedelijk gebied dat bestaat uit vier steden...
Het groene hart wordt bedreigd door dichtslibbing
Slide 17 - Tekstslide
Vinex-wijken: nieuwbouw wijken tegen grote steden; aangewezen/gepland vanuit de overheid.
--> Het tegengaan van aantasting van open ruimte/natuur
Slide 18 - Tekstslide
Lees ''De stad en zijn omgeving'' Mensen die buiten de stad wonen zijn afhankelijk van de stad voor....?
Slide 19 - Woordweb
Verzorgingsgebied
Slide 20 - Tekstslide
Wat is het verband tussen het verzorgingsgebied en de grootte van de stad? Maak een ''hoe...hoe...'' zin
Slide 21 - Open vraag
Hoe groter de stad, hoe groter het verzorgingsgebied.
Want... Er zal een hoger voorzieningenniveau zijn waar veel mensen gebruik van maken
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Waarom is het verzorgingsgebied van Leeuwarden groter dan dat van Haarlem?
Slide 25 - Open vraag
Uitleg
Doordat Leeuwarden dunner bevolkt is en doordat het gebied minder grote steden heeft, komen de mensen uit een groot gebied, van heel ver, in Leeuwarden bijvoorbeeld winkelen of werken of naar het ziekenhuis etc.
Slide 26 - Tekstslide
Ontwikkeling stad naar stedelijk gebied verloopt in 3 fasen:
Verstedelijking
Suburbanisatie
Vervlechting
Slide 27 - Tekstslide
Huiswerk
-Lees paragraaf 2.5.
-Maken via Online-methode: 2V: Opdrachten: 1, 2, 3a+b, 4, 6
2HV: Opdrachten: 1, 2, 3, 4, 6
Slide 28 - Tekstslide
Opdracht:
Maak een tabel met vier kolommen en 9 rijen aan in Word
beantwoord de volgende vragen voor jezelf/je familie in de eerste kolom. Noteer de plaatsnaam.
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Opdracht
Kijk nog eens naar je antwoorden.
Noteer voor jezelf:
1. Een voorziening waarvoor je niet bereidt bent ver te reizen.
2. Een voorziening waarvoor je wel bereidt bent ver te reizen.
3. Kan je hier een verklaring voor geven?
Slide 31 - Tekstslide
Opdracht
Noteer boven de andere kolommen de begrippen:
reikwijdte
drempelwaarde
verzorgingsgebied
Noteer per voorziening of de reikwijdte groot/klein is, de drempelwaarde hoog/laag is en het verzorgingsgebied groot/klein is.