PED-B 23 2

• test
• MBO
• Studiejaar 2

PED- B 

Als het anders gaat

Kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte

en het begeleidingsplan

Lesinhoud 8-4

• Lesevaluaties bespreken
• Spellen uitvoeren in groepen: groep 3 en 4
• Oefenen voor de toets

Lesdoelen

• De student weet aan het einde van de les verschillende manieren te benoemen hoe je om kunt gaan met storend gedrag
  
• De student kan handvatten benoemen hoe ze in de kinderopvang om kan gaan met: ontwikkelingsachterstanden of leerproblemen, moeilijke omstandigheden thuis, rouwverwerking en ziekte in het gezin
• De student kan in een spelvorm op een actieve manier kennis overdragen aan medestudenten

Bespreken lesevaluatie

• Positieve feedback
• Opbouwende feedback
• Wat ga ik hiermee doen? 

Waar ga ik mee aan het werk

• Minder groepsopdrachten geven online
• De lesstof beter verdelen over alle lessen 
• Lesson up afwisselen met iets anders (tips?)
• Vaker vragen aan het einde van de les of er nog vragen zijn
• Meer tijd inbouwen voor huiswerk als de lesstof dat toelaat

vraag: 1 onduidelijk door verkorten/ 2 langdradig

Spellen spelen

Groep 3: Bente

Groep 4: Isabel

feedback en vragen voor groep 3

feedback en vragen voor groep 4

Oefenen voor de toets

Wat weet je over dromerig gedrag?

Wat weet je over angstig gedrag?

Wat wordt er verstaan onder een ontwikkelingsachterstand?

Welke kenmerken zou je bij jonge kinderen kunnen zien als hun motoriek zich langzamer of anders ontwikkelt? Noem er drie:

Noem de ontwikkelingsgebieden waarin je een achterstand kunt oplopen? Geef ook een tip per ontwikkelingsgebied hoe je het kind het beste kunt begeleiden.

Welke ontwikkelingsstoornissen ken je?

Welke leerstoornissen ken je?

Waar denk je aan bij opvallend gedrag?

ASS is een verzamelnaam voor verschillende vormen van autisme. Kinderen en jongeren met ASS hebben niet alleen maar problemen. Welke punten hieronder zijn de punten waarin mensen met ASS heel goed in kunnen zijn?

1. vangspelletjes
2. goed om kunnen gaan met computers
3. fantasiespel
4. feiten onthouden

Bedenk 2 positieve eigenschappen van een kind dat druk gedrag vertoont

Bedenk 2 tips voor het omgaan van druk gedrag bij peuters

Waar

Niet waar

De meeste jongens en meisjes in een bepaalde leeftijdscategorie zijn gemiddeld even druk en beweeglijk

Druk gedrag wordt pas 'opvallend' genoemd als het (vrijwel) altijd aanwezig is

Over een jongen van 11 die na twee uur hard werken in de klas onrustig wordt, hoef je je geen zorgen te maken

Over een meisje van 12 dat bijna nooit een kwartiertje rustig aan een rekenopdracht kan werken, hoef je je geen zorgen te maken

Jonge kinderen bewegen van nature veel en ze gaan bij het spelen van het een naar het ander

Bedenk wat mogelijke onderliggende oorzaken/ problemen kunnen zijn van onverschillig gedrag.
Noem er 3 en licht de relatie met onverschilligheid toe

Hoe ga je als toekomstig pedagogisch medewerkster om met kinderen die stelselmatig liegen?

Welke uitspraak is juist?

1. Angst bij jongeren of kinderen is meestal reëel
2. Een angststoornis bij kinderen gaat altijd vanzelf over als ze ouder worden
3. Een kind of jongere met een angststoornis is altijd ergens met gegronde reden bang voor
4. Een extreme angst voor een voorwerp of situatie noem je ook wel een fobie

Welke kinderen en jongeren worden begeleid door een orthopedagogisch behandelcentrum en in welke situaties bieden ze hulp bij problemen thuis?

Wat betekend ODD en wat is het belangrijkste kenmerk van ODD?

Iemand met autisme heeft vaak problemen met drie dingen. Welke dingen zijn dat?

Een onveilige en stressvolle omgeving kan de kans op problemen bij een kind vergroten. Welke antwoord is juist?

1. Gedragsproblemen, ontwikkelingsspurt, gezonde voeding
2. Stress, veel sporten, leerproblemen, mishandeling, dyslexie
3. Verslavingen, psychische problemen, relatieproblemen, financiële problemen
4. Ziekte, overlijden, gezonde leefstijl, wisselen van school

Welke hulpmiddelen gebruiken slechtzienden en blinden?

Welke kinderopvangvormen en soorten scholen binnen Nederland ken je?

Wat weet je van dyslexie?

Kinderen met een ontwikkelingsachterstand kunnen gewoon terecht in de kinderopvang. Noem een reden waarom dat positief kan bijdragen aan hun ontwikkeling.

Leg in je eigen woorden uit wat de begeleiding van een kind met een ontwikkelingsachterstand kan betekenen voor het werk van de leidster in de kinderopvang.

Voor welke groep is een kinderdagcentrum bedoeld en welke activiteiten vinden hier plaats?

Nog niet klaar?

De lessonup komt in de chat/ op teams te staan, zo kan je thuis ook nog oefenen!

Volgende week 15-4: Toets

Huiswerk

• Studeren voor de toets (5.5 "test jezelf " vragen uit je werkboek!!)

Wat moet je leren voor de toets?

• NU PW basisboek DCO: hoofdstuk 5 en alle vragen uit het werkboek van hoofdstuk 5
• NU profielboek pedagogiek: hoofdstuk 7

Deze boeken moet je bestuderen voor de toets