Specifieke begeleidingsbehoeften toets





PED- B 
Als het anders gaat





Kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte
en het begeleidingsplan
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les





PED- B 
Als het anders gaat





Kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte
en het begeleidingsplan

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je over dromerig gedrag?

Slide 2 - Open vraag

Wat weet je over angstig gedrag?

Slide 3 - Open vraag

Wat wordt er verstaan onder een ontwikkelingsachterstand?

Slide 4 - Open vraag

Welke kenmerken zou je bij jonge kinderen kunnen zien als hun motoriek zich langzamer of anders ontwikkelt? Noem er drie:

Slide 5 - Open vraag

Noem de ontwikkelingsgebieden waarin je een achterstand kunt oplopen? Geef ook een tip per ontwikkelingsgebied hoe je het kind het beste kunt begeleiden.

Slide 6 - Open vraag

Welke ontwikkelingsstoornissen ken je?

Slide 7 - Open vraag

Welke leerstoornissen ken je?

Slide 8 - Open vraag

Waar denk je aan bij opvallend gedrag?

Slide 9 - Woordweb

ASS is een verzamelnaam voor verschillende vormen van autisme. Kinderen en jongeren met ASS hebben niet alleen maar problemen. Welke punten hieronder zijn de punten waarin mensen met ASS heel goed in kunnen zijn?
A
vangspelletjes
B
goed om kunnen gaan met computers
C
fantasiespel
D
feiten onthouden

Slide 10 - Quizvraag

Bedenk 2 positieve eigenschappen van een kind dat druk gedrag vertoont

Slide 11 - Open vraag

Bedenk 2 tips voor het omgaan van druk gedrag bij peuters

Slide 12 - Open vraag

Waar
Niet waar
De meeste jongens en meisjes in een bepaalde leeftijdscategorie zijn gemiddeld even druk en beweeglijk
Druk gedrag wordt pas 'opvallend' genoemd als het (vrijwel) altijd aanwezig is
Over een jongen van 11 die na twee uur hard werken in de klas onrustig wordt, hoef je je geen zorgen te maken
Over een meisje van 12 dat bijna nooit een kwartiertje rustig aan een rekenopdracht kan werken, hoef je je geen zorgen te maken
Jonge kinderen bewegen van nature veel en ze gaan bij het spelen van het een naar het ander

Slide 13 - Sleepvraag

Bedenk wat mogelijke onderliggende oorzaken/ problemen kunnen zijn van onverschillig gedrag.
Noem er 3 en licht de relatie met onverschilligheid toe

Slide 14 - Woordweb

Hoe ga je als toekomstig pedagogisch medewerkster om met kinderen die stelselmatig liegen?

Slide 15 - Open vraag

Welke uitspraak is juist?
A
Angst bij jongeren of kinderen is meestal reëel
B
Een angststoornis bij kinderen gaat altijd vanzelf over als ze ouder worden
C
Een kind of jongere met een angststoornis is altijd ergens met gegronde reden bang voor
D
Een extreme angst voor een voorwerp of situatie noem je ook wel een fobie

Slide 16 - Quizvraag

Welke kinderen en jongeren worden begeleid door een orthopedagogisch behandelcentrum en in welke situaties bieden ze hulp bij problemen thuis?

Slide 17 - Open vraag

Wat betekend ODD en wat is het belangrijkste kenmerk van ODD?

Slide 18 - Open vraag

Iemand met autisme heeft vaak problemen met drie dingen. Welke dingen zijn dat?

Slide 19 - Open vraag

Een onveilige en stressvolle omgeving kan de kans op problemen bij een kind vergroten. Welke antwoord is juist?
A
Gedragsproblemen, ontwikkelingsspurt, gezonde voeding
B
Stress, veel sporten, leerproblemen, mishandeling, dyslexie
C
Verslavingen, psychische problemen, relatieproblemen, financiële problemen
D
Ziekte, overlijden, gezonde leefstijl, wisselen van school

Slide 20 - Quizvraag

Welke hulpmiddelen gebruiken slechtzienden en blinden?

Slide 21 - Open vraag

Welke kinderopvangvormen en soorten scholen binnen Nederland ken je?

Slide 22 - Open vraag

Wat weet je van dyslexie?

Slide 23 - Woordweb

Kinderen met een ontwikkelingsachterstand kunnen gewoon terecht in de kinderopvang. Noem een reden waarom dat positief kan bijdragen aan hun ontwikkeling.

Slide 24 - Open vraag

Leg in je eigen woorden uit wat de begeleiding van een kind met een ontwikkelingsachterstand kan betekenen voor het werk van de leidster in de kinderopvang.

Slide 25 - Open vraag

Voor welke groep is een kinderdagcentrum bedoeld en welke activiteiten vinden hier plaats?

Slide 26 - Open vraag

.

Slide 27 - Tekstslide

Theorie voor examen afstemmen en begeleiden:
Leren voor de toets (week 16)
- hfst 7 Profielboek Gespecialiseerd pedagogisch Medewerker Pedagogiek. Blz 256- 313
-hfst 5 Basisboek Didactiek, Communicatie en Organisatie.  
Blz 138-181

Slide 28 - Tekstslide