AK BT2

Aardrijkskunde
Aardbevingen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Aardrijkskunde
Aardbevingen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Wat weet je al over aardbevingen?

Slide 3 - Woordweb

Welke vragen komen in je op na het zien van het filmpje?

Slide 4 - Woordweb

Onderzoek opzetten
- Kies per groepje 1 hoofdvraag van het bord.
- Bedenk met je groepje twee vragen om de hoofdvraag te beantwoorden.
- Vragen bedacht? Vul je hoofdvraag en de andere twee vragen in op LessonUp.

Slide 5 - Tekstslide

Onderzoek uitvoeren
- Alleen informatie halen uit de bronnen van het bord.
- Er moeten minimaal vier begrippen in het onderzoek zitten. Deze leg je ook uit!
- Gevonden informatie schrijf je op het blad. Tekeningen maken mag.

Slide 6 - Tekstslide

Samenwerken
Iedereen heeft input en je laat elkaar in ieders waarde. 
Je luistert naar elkaar en hebt aandacht voor elkaar. 
Je verdeelt het werk zodat iedereen verantwoording heeft in het project.

Slide 7 - Tekstslide

De Begrippen:

Breuklijnen, hypocentrum, epicentrum, zeebeving, tsunami
de schaal van Richter, Seismograaf
de aardkorst,
plaattektoniek en de drie verschillende vormen hiervan.

Slide 8 - Tekstslide

De bronnen
Op de volgende pagina's vind je de bronnen die je mag gebruiken.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Slide 12 - Link

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Presentatie

Slide 19 - Tekstslide

De begrippen
Breuklijnen: Bij een breuklijn schuiven aardschollen tegen elkaar, langs elkaar en van elkaar.
Hypocentrum: De plaats in de aarde waar de aardbeving ontstaat.
Epicentrum: De plek op de aardkorst waar een aardbeving het hevigst is.

Slide 20 - Tekstslide

De begrippen
Zeebeving: Een aardbeving waarvan het epicentrum op de zeebodem ligt.
Tsunami: Is een vloedgolf die het land overspoelt na een zeebeving.
De schaal van Richter: Geeft de kracht van de aardbeving aan.
Seismograaf: Een apparaat dat trillingen in de aarde meet

Slide 21 - Tekstslide

De begrippen
De aardkorst: is het buitenste laagje van de aarde
Plaattektoniek: Het bewegen van platen
De drie verschillende vormen hiervan: 
- convergentie: Waar platen naar elkaar toe bewegen.
- divergentie: Waar platen van elkaar af bewegen.
- transform: Waar platen langs elkaar bewegen.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide