Les 3 - Grammar 1 Compounds with some-, any-, every-- and no - (17-09-2024)

Welcome!
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welcome!

Slide 1 - Tekstslide

  • Information about your first test!
  • Compound sentences (grammar)
  • exercises
Today!

Slide 2 - Tekstslide

Toetsmoment is op:
Vrijdag 4 oktober.

Slide 3 - Tekstslide

Today we are going to look at...
Compounds with:
  • some,- 
  • any,- 
  • every,- 
  • no-

Slide 4 - Tekstslide

Some/any: basisregels
Some en Any betekenen allebei: iets, een beetje, wat

Woorden die je met 'some' en 'any' maakt, zoals: someone, something, anyone, anything noem je samengestelde vormen (compounds). 

Slide 5 - Tekstslide

Some: basisregels
Some en samengestelde vormen gebruik je:
  • in bevestigende zinnen
  • in vragen waarvan je denkt dat het antwoord 'ja' is
  • in vragen waarmee je iets aanbiedt

Slide 6 - Tekstslide

Some: voorbeelden
Could I have something to drink? (waarschijnlijk ja)
Can I drive you somewhere? (aanbieding)
Something has got to change (bevestigende zin)

Slide 7 - Tekstslide

Any: basisregels
Any en samengestelde vormen gebruik je:
  • in de meeste vragen (?????)
  • in ontkennende zinnen

Slide 8 - Tekstslide

Any: voorbeelden
Does anyone know what happened? (vraag)
The protests aren't leading anywhere (ontkennend)

Slide 9 - Tekstslide

Any: let op!
Staat er 'hardly', 'never' of 'without' in de zin, dan gebruik je altijd any:

He never has any time
She passed the test without making any mistaken

Slide 10 - Tekstslide

Any & Every
Any & every vertaal je allebei met 'elk' of 'iedere'

Any betekent: iedere willekeurige
Every betekent: letterlijk alle

Slide 11 - Tekstslide

Any & Every: voorbeelden
You can order any snack on the menu (willekeurig)
I see her every day of the week (letterlijk elke dag)
We should help everywhere we can (overal)


Slide 12 - Tekstslide

No
In plaats van ''not any '' kun je ook no gebruiken.
No en samengestelde vormen gebruik je om iets met nadruk te zeggen.

Example:
No one is coming here ----> not any one is coming here

Slide 13 - Tekstslide

Let's practice some more
Make exercise 27 + 28 on page 54/55 in your book

timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

Homework!
Study Build up 1 t/m 3
+
Irregular Verbs on page 229

Slide 15 - Tekstslide