Hulpmiddelen

Ouderenzorg
Leerdoelen:
  • Wat was ook alweer zorgtechnologie? Verschil domotica en zorgrobot.
  • We maken kennis met verschillende hulpmiddelen.
  • We maken kennis met ons zorgsysteem, 0e, 1e, 2e en 3 lijnszorg
  • We leren het verschil tussen intra en extramurale zorg
  • We leren het verschil tussen mantelzorg en vrijwilligerszorg
Hoe: Door het maken en spelen van een kwartetspel
Hoelang: 30 min.
Hulp: vraag een medeleerling en daarna de docent
Resultaat: Je weet welke hulpmiddelen er zijn en waar ze je bij kunnen helpen.
Eerder klaar: Ga kwartetten!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Ouderenzorg
Leerdoelen:
  • Wat was ook alweer zorgtechnologie? Verschil domotica en zorgrobot.
  • We maken kennis met verschillende hulpmiddelen.
  • We maken kennis met ons zorgsysteem, 0e, 1e, 2e en 3 lijnszorg
  • We leren het verschil tussen intra en extramurale zorg
  • We leren het verschil tussen mantelzorg en vrijwilligerszorg
Hoe: Door het maken en spelen van een kwartetspel
Hoelang: 30 min.
Hulp: vraag een medeleerling en daarna de docent
Resultaat: Je weet welke hulpmiddelen er zijn en waar ze je bij kunnen helpen.
Eerder klaar: Ga kwartetten!

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen domotica
en zorgrobots ook alweer?

Slide 2 - Woordweb

Wat is ADL?
A
Algemeen Dagelijkse Lichaamsverzorging
B
Algemeen Dagelijkse levensverrichtingen
C
Activiteiten Dagelijks Leven
D
Algemeen Dagelijkse Leefactiviteiten

Slide 3 - Quizvraag

Waar denk je aan
bij hulpmiddelen?

Slide 4 - Woordweb

Wat is het doel van hulpmiddelen ?
Hulpmiddelen voor ouderen zijn middelen die het dagelijkse leven gemakkelijker maken. De oudere meer zelfstandigheid bieden, valpartijen voorkomen, zelfvertrouwen geven. Meer zelfstandigheid is meer privacy. Meer kunnen en door meer zelfvertrouwen ook meer wíllen ondernemen. Kortgezegd, een hogere kwaliteit van leven en zelfredzaamheid.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is intramurale zorg?
(letterlijk: zorg binnen de muren) Het is gezondheidszorg die gedurende een onafgebroken verblijf van meer dan 24 uur geboden wordt in een zorginstelling, zoals een ziekenhuis, verpleeghuis, verzorgingshuis of een instelling voor mensen met een verstandelijke beperking. De geboden zorg kan bestaan uit begeleiding, verzorging en/of behandeling.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is extramurale zorg?
A
Zorg aan mensen die in een ziekenhuis of zorginstelling verblijven.
B
Alle zorg buiten de muren van een zorg instelling.
C
Zorg die gegeven wordt door een hulpverlener bij de mensen thuis.
D
Zorg op afspraak bij een zorgaanbieder.

Slide 7 - Quizvraag

Elektronisch zorgdossier 
Hierin worden medische patiëntengegevens in digitale vorm bewaard en beschikbaar gemaakt worden. Het doel van een EPD is meestal het huidige of toekomstige zorgproces rondom een patiënt te ondersteunen.
Hetgeen wat geschreven staat in het zorgdossier moet objectief zijn!

Slide 8 - Tekstslide

Welke zinnen zijn objectief en welke subjectief??
Mijn moeder heeft een zware hersenbloeding gehad en ze vergeet vaak dingen.
Mijn moeder heeft vroeger veel geschilderd.
Om 15.00u wordt er voor koffie gezorgd met een koek.
Mijn moeder zei na afloop: Ik wist niet dat ik zo goed kon schilderen".
Ik denk dat alle zorgvragers het een geweldige middag vonden.
De activiteitenruimte is prima toegankelijk, de ruimtes zijn gelukkig rolstoelvriendelijk en er zijn mooie aangepaste toiletruimtes.
Ik vond Mw. van Sneek vrolijker, dan gister.
Ik hoorde mw. van Sneek zeggen:" Ik ben blij dat ik me vandaag zo goed voel en geen pijn heb".

Slide 9 - Tekstslide

Verschillende soorten zorg
We gaan naar een video kijken waarin je uitleg krijgt over het verschil tussen de 0e, 1e, 2e en 3elijnszorg.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

wat is ambulante zorg?
Ambulant betekent geen vaste plaats, niet aan een vaste plaats gebonden. Ambulante zorg is zorg die gegeven wordt door een zorgverlener, die van adres naar adres gaat om zorg te verlenen bij zijn of haar cliënten. De zorgvrager blijft thuis, de zorgverlener verplaatst zich.

Slide 12 - Tekstslide

Wat is mantelzorg?
Bekijk de video:

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Mantelzorg en vrijwilligerszorg.
Wat is het verschil?
Vrijwilligers bieden persoonlijke zorg en ondersteuning aan mensen in kwetsbare situaties. Dit doen zij belangeloos en onbetaald, uit eigen beweging. Vrijwilligerszorg vindt vaak plaats op wisselende tijden, van een paar uur tot meerdere dagen per week of maand. Vrijwilligerszorg mag absoluut niet worden verward met mantelzorg. Bij mantelzorg is het namelijk zo dat er zorg verleend wordt aan een familielid, partner of andere naaste, zonder dat daar bewust en van tevoren voor gekozen is. Uit liefde en respect voor de betreffende naaste wordt de nodige zorg verleend, maar niet vanuit dezelfde vrijheid als bij vrijwilligerszorg.

Slide 15 - Tekstslide

Vrijwilligerszorg
Vrijwilligerszorg is de persoonlijke zorg en ondersteuning die vrijwillgers geven aan mensen in kwetsbare situaties. Je kunt jeopgeven om 1 x per week met een blinde dame te gaan wandelen. Het is een bewuste keuze om beperkte tijd vrij te maken. Je had vooraf geen emotionele band met de zorgvrager.

Slide 16 - Tekstslide

Mantelzorg
Wanneer je mantelzorger bent, heb je wel een emotionele band met de zorgvrager. Er is geen sprake van vrijwilligerswerk.
Soms moet je 24 uur per dag beschikbaar zijn en het leven staat soms volledig in het teken van mantelzorg.

Slide 17 - Tekstslide

Verleen jijzelf ook vrijwilligerszorg
of ken jij iemand? Zo ja.. wat doet hij/zij?

Slide 18 - Woordweb

Uitleg kwartetspel
  • Maak 3 groepen van 6 leerlingen
  • Elk kwartetspel heeft 8 thema,s : mobiliteit, medische hulpmiddelen, slapen, wonen, incontinentie, leefstijl/ preventie, eten/ drinken, badkamer/ toilet.
  • Elke leerling gaat aan de slag met ten minste 1 thema. 1 thema heeft 4 kaarten, zorg dat de overige kaarten verdeeld worden.
  • Lees de beschrijving en zoek het hulpmiddel dat beschreven staat. Plak het juiste hulpmiddel op je kaartje. De plaatjes knip je uit de catalogus van hulpmiddelenwereld.
  • Vul als laatste op de lijntjes het hulpmiddel in. Doe dit eerst met potlood!

Slide 19 - Tekstslide