1.3 & 1.4

1 / 52
volgende
Slide 1: Video
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

1.3 Gesteente wordt verplaatst

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je weet wat massabewegingen zijn.
  2. Je begrijpt dat door verwering en erosie gebergten worden aangetast en grind, zand en klei ontstaan.
  3. Je kunt een rivierdal en een gletsjerdal herkennen aan de hand van kenmerken op een foto.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat voor soort verwering is dit?
A
Chemische verwering
B
Mechanische verwering

Slide 5 - Quizvraag

Wat voor soort mechanische verwering zien we hier?
A
Warmte/kou verschillen
B
Water dat in spleten bevriest en uitzet
C
Plantenwortels die gesteente uit elkaar duwen

Slide 6 - Quizvraag

Welke vorm van verwering zie je?
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering

Slide 7 - Quizvraag

Welke verwering?
A
Vorstverwering
B
Verwering door planten
C
Verwering door temperatuurverschil
D
Chemische verwering

Slide 8 - Quizvraag


Welk soort verwering?
A
Vorstverwering
B
Verwering door planten
C
Verwering door temperatuurverschil

Slide 9 - Quizvraag

Welke vorm van verwering zie je op de foto?
A
chemische verwering
B
Mechanische verwering

Slide 10 - Quizvraag

Plantenwortels zorgen voor
A
Verwering
B
Verwering door dikker te worden
C
Verwering en erosie
D
Erosie

Slide 11 - Quizvraag

Wat zie je?
A
Mechanische verwering
B
Erosie door water
C
Erosie door ijs
D
Chemische verwering

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen verwering en erosie?

(kies wat het beste past)
A
Verwering is slijten, Erosie is splijten
B
Verwering is splijten, Erosie is slijten
C
Verwering komt altijd pas na erosie
D
Verwering komt altijd voor erosie

Slide 13 - Quizvraag

Door erosie en verwering worden de bergen .........
A
lager
B
hoger

Slide 14 - Quizvraag

Welke verwering?
A
Vorstverwering
B
Biologische verwering
C
Verwering door temperatuurverschil
D
Chemische verwering

Slide 15 - Quizvraag

Welk begrip past bij de afbeelding?
A
erosie
B
verwering

Slide 16 - Quizvraag

Erosie=
Het afschuren of uitslijten van hard gesteente door:
- wind
- water
- ijs
met daarin verweringsmateriaal.

Slide 17 - Tekstslide

Erosie
Rivieren slijten het landschap af. In de rivier zitten sedimenten die tegen de bodem botsen en daarmee als een soort van schuurpapier de bodem steeds dieper uitschuren.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Benedenloop
Bovenloop
Middenloop

Slide 20 - Sleepvraag

Verweringsmaterialen
De rivier neemt materialen mee van de bovenloop naar de benedenloop. Gedurende deze reis wordt het materiaal steeds fijner:

Rotsblokken, keien, stenen, grof zand, fijn zand, klei.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Verwering
Boven aan de berg zullen door mechanische verwering (vorst) langzaam aan stukjes steen afbrokkelen. 
1
Massabeweging
Het stukje steen van de top is langs de helling naar beneden gerold. 
Dit naar beneden bewegen van het gesteente noemen we massabeweging.
2
Steile berg
Een stukje steent wat hier naar onder toe gaat zal vooral rollen of vallen. 
3
Flauwe helling
Een stukje steent wat hier naar onder komt, zal heel langzaam schuiven. Het stukje steen rolt of valt niet. 
4

Slide 23 - Tekstslide

Gesteente gaat van de bergen...
Gesteente puin

Slide 24 - Tekstslide

....naar het laagland
Grind
Hier is het gesteente puin uit de bergen veranderd in grind. 

Het uitschuren van materiaal door water (rivieren), wind en ijs (gletsjer) noemen we erosie.

Slide 25 - Tekstslide

Erosie door water -  V-dal

Slide 26 - Tekstslide

Beschrijvingen
V-dal
  • Oorzaak: water stroomt snel naar beneden.
  • Het neemt puin mee.
  • Gevolg: bodem wordt uitgeschuurd. 
  • Oorzaak: De steile hellingen van de rivier verweren.
  • Gevolg: verweringsmateriaal glijdt de helling af en een V-vorm ontstaat.

Slide 27 - Tekstslide

Erosie door ijs - gepolijst landschap

Slide 28 - Tekstslide

Beschrijvingen
U-dal: 
  • doordat sneeuw zich ophoopt hoog in de bergen ontstaat een dik pak ijs.
  • door de zwaartekracht schuift dit door de dalen naar beneden.
  • het ijs neemt verweringsmateriaal (puin) mee.
  • gevolg: een dal wordt uitgeschuurd met een U-vorm.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Winderosie
Wanneer de wind sterk genoeg is om zand mee te nemen dan kan zelfs de wind voor erosie zorgen. 

Slide 34 - Tekstslide

Dit dal is geërodeerd door een...
A
Rivier
B
Gletsjer

Slide 35 - Quizvraag

Dit dal is gevormd door een...
A
Gletsjer
B
Rivier

Slide 36 - Quizvraag

Leerdoelen
  1. Je weet wat massabewegingen zijn.
  2. Je begrijpt dat door verwering en erosie gebergten worden aangetast en grind, zand en klei ontstaan.
  3. Je kunt een rivierdal en een gletsjerdal herkennen aan de hand van kenmerken op een foto.

Slide 37 - Tekstslide

Zonder verwering geen erosie
Noteer in je schrift waarom dat zo is.

Slide 38 - Tekstslide


§1.4 Waar blijft alle grind, zand en klei?

Slide 39 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je weet op welke manier zandbanken, duinen en delta's worden gevormd.

- Je begrijpt dat er in een laagvlakte sedimentatie optreedt en dat uit samengeperste sedimenten na lange tijd sedimentgesteenten ontstaan.

- Je kunt met behulp van een foto de naam en aantal kenmerken van sedimentgesteenten benoemen.

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Video

1.4 Waar blijft alle grind, zand en klei?

Slide 42 - Tekstslide

Een laaggelegen en vlak gebied heet een laagvlakte.
Door de laagvlakte stroomt de benedenloop van de rivier.


Een laaggelegen en vlak gebied heet een laagvlakte
Door de laagvlakte stroomt de benedenloop an de rivier.


Slide 43 - Tekstslide

In een laagvlakte kom je metersdikke lagen zand, grind en klei tegen.

Sedimentatie: proces waarbij korrels blijven liggen.

Slide 44 - Tekstslide

Duinen: door de wind opgewaaide zandheuvel.

Door de wind opgewaaide zandheuvel.

Door de wind opgewaaide zandheuvel.


Slide 45 - Tekstslide

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
Delta

Slide 46 - Tekstslide

Delta
Nieuw land in zee dat ontstaat door sedimentatie waar een rivier in zee uitmondt.


Nieuw land in zee dat ontstaat door sedimentatie waar een rivier in zee uitmondt.

Slide 47 - Tekstslide

Estuarium



Trechtervormige monding van de rivier. 

Tijdens eb en vloed stroomt de zee de rivier in en uit en neemt sediment mee naar de zee. 

Slide 48 - Tekstslide

Delta
Estuarium

Slide 49 - Tekstslide

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop

Slide 50 - Tekstslide

0

Slide 51 - Video

Sedimentgesteente
Gesteente dat dat ontstaat uit samengeperst
sediment (laagjes).

- Zand --> Zandsteen
- Klei --> Schalie
- Schelpen --> Kalksteen (fossielen)

Slide 52 - Tekstslide