46-1: Verbanden tussen zinnen-Signaalwoorden

Welkom!
Leg jouw huiswerk alvast open neer.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Leg jouw huiswerk alvast open neer.

Slide 1 - Tekstslide

'Verbanden tussen zinnen'

Blz. 232.
Lees de groene theorie bestuderend door.

Slide 2 - Tekstslide

Blz. 232

Doel:
Aan het einde van de les kun je verbanden tussen zinnen aangeven door de juiste signaalwoorden te gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

Signaalwoorden
Meest voorkomende signaalwoorden en verbanden

Slide 4 - Tekstslide

Wat is een signaalwoord?
• Verbindingswoorden 
•Signaalwoorden geven het verband aan tussen zinsdelen, zinnen en alinea’s = tekstverband

Slide 5 - Tekstslide

Tijdsverloop
Voordat, nadat, eerst, daarna, wanneer, vroeger.

Slide 6 - Tekstslide

Opsomming
En, ook, ten eerste, ten tweede, vervolgens

Slide 7 - Tekstslide

Tegenstelling
Echter, maar, toch

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaak – gevolg
Door, doordat, daardoor, zodat

Slide 9 - Tekstslide


Voorbeeld
 bijvoorbeeld, zoals

Slide 10 - Tekstslide

Reden
Want, omdat, namelijk, immers

Slide 11 - Tekstslide

Voorwaarde
Als, wanneer, tenzij

Slide 12 - Tekstslide

Samenvatting / conclusie
Samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar dat

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg Opdracht 5
- Drie teksten van ongeveer 30 woorden
- Steeds een ander tekstverband
- Minimaal twee signaalwoorden

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld
In de zomer was ik op vakantie, omdat ik aan ontspanning toe was. We gingen met het vliegtuig naar Spanje, zodat we er snel zouden zijn. We hebben daar veel gedaan, zoals zwemmen, uit eten en nog veel meer.

Slide 15 - Tekstslide

Uitwisselen
Omcirkel de signaalwoorden

Slide 16 - Tekstslide

Maken/huiswerk
Blz 232: opdracht 5.

Slide 17 - Tekstslide