3.3 - lezen-betoog-objectieve en subjectieve argumenten (les 1)
Talent 3.3 Lezen (blz. 186)
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Talent 3.3 Lezen (blz. 186)
Slide 1 - Tekstslide
3.3. lezen
- Wat is een betoog?
- objectieve/feitelijke en subjectieve/waarderende argumenten herkennen
Slide 2 - Tekstslide
Betoog
In een betoog geeft de schrijver zijn mening. Hij licht die toe met argumenten: informatie waarmee hij wil bewijzen dat hij gelijk heeft, dat zijn standpunt juist is.
Kan je toekomst gestolen worden? (schrijf een argument)
Slide 4 - Open vraag
beoordeling
In de tekstvorm beoordeling tref je vaak een tweedeling aan:
de beschrijving, bijvoorbeeld van een apparaat, een boek of een film:
de beoordeling: de schrijver beschrijft wat hij ervan vindt. Dit deel herken je meestal snel aan de beoordelingswoorden die de schrijver gebruikt. beschrijvingen en beoordelingen kunnen elkaar ook afwisselen
Slide 5 - Tekstslide
Leg uit dat in een boekbespreking altijd sprake is van twee tekstdoelen.
Slide 6 - Open vraag
Wat leer je?
Je kunt objectieve/feitelijke en subjectieve/waarderende argumenten (informatie) herkennen in een tekst.
Lees in stilte het blauwe theoriegedeelte op blz. 187!
Slide 7 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen objectieve/feitelijke en subjectieve/waarderende argumenten (informatie)?
Slide 8 - Open vraag
Kan in een betoog objectieve informatie staan? Leg je antwoord uit
Slide 9 - Open vraag
Talent 3.3 Lezen
Maak opdracht 1, 2, 3, 4. 5A, 6, 7, 8 & 9.
+ Lezen theorie over "Argument, tegenargument, weerlegging"