Klas 2 Werkplek blauw les 1 en 2

Les 1 en 2 
Wassen, drogen & strijken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 1 en 2 
Wassen, drogen & strijken

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
- Ik herhaal de symbolen van wassen, drogen en strijken. 
- Ik oefen met was sorteren. 
- Ik oefen met hoe de wasmachine werkt. 
- Ik oefen met hoe de droger werkt. 
- Ik oefen met strijken. 

Slide 2 - Tekstslide

Aan de rechterkant zie je verschillende symbolen die je gebruikt bij het wassen, drogen en strijken. 


Slide 3 - Tekstslide

Op de volgende slides ga je een quiz maken. Wat betekenen de symbolen?

Slide 4 - Tekstslide


A
Normaal wassen op 60 graden
B
Voorzichtig wassen op 60 graden
C
Normaal wassen op 30 graden
D
Drogen op 60 graden

Slide 5 - Quizvraag


A
Drogen op 60 graden
B
Mild wassen op 60 graden
C
Voorzichtig wassen op 60 graden
D
Wasmachine half vullen

Slide 6 - Quizvraag


A
Met de hand sorteren
B
Handwas
C
Wassen op 30 graden
D
Met handwarm water

Slide 7 - Quizvraag


A
Strijken
B
Strijken op de tweede stand
C
Strijken op de middelste stand
D
Niet strijken

Slide 8 - Quizvraag


A
Drogen in het midden
B
Niet drogen
C
Wasdroger lage stand
D
Drogen

Slide 9 - Quizvraag


A
Niet in de wasdroger
B
Niet in de wasmachine
C
Opvouwen
D
Niet opvouwen

Slide 10 - Quizvraag

Hoe ging het was sorteren? Welke tips of tops kreeg je van de docent?

Slide 11 - Open vraag

Praktijkopdracht
1. Pak de volgende werkkaarten



2. Lees de kaarten eerst helemaal door. 
3. Vraag aan de docent welke was er gewassen mag worden. 
4. Doe de was in de wasmachine en stel de wasmachine helemaal in. 
5. Laat de docent de wasmachine controleren voordat je deze aan zet.
Werkportfolio
Mijn was 1: Kaart 4, 5 en 6

Slide 12 - Tekstslide

Praktijkopdracht
1. Pak de volgende werkkaarten



2. Lees de werkkaarten goed door. 
3. Wanneer de was is gewassen moet deze ook nog drogen. Niet alle kledingstukken mogen in de droger. Kijk op de labeltjes van de wasgoed. Gebruik de wasdroger en het droogrek. 
4. Laat de docent je opdracht controleren. 
Werkportfolio
Mijn was: kaart 10 en 11

Slide 13 - Tekstslide

Praktijkopdracht
1. Pak de volgende werkkaart


2. Lees de kaart goed door. 
3. Vraag aan je docent welke was je mag sorteren op vouw- en strijkgoed. 
4. Voer de opdracht uit en laat de docent je controleren. 
Werkportfolio
Mijn was: kaart 12

Slide 14 - Tekstslide

Praktijkopdracht
1. Je hebt net was gesorteerd in vouw- en strijkwas. Je gaat eerst de was opvouwen die niet gestreken hoeft te worden. Je gebruikt hiervoor de volgende werkkaarten:



2. Vouw de was op met behulp van de kaarten. 
3. Laat de docent controleren of je de was goed hebt opgevouwen. 
4. Ruim de was op in de kasten. 
Werkportfolio
Mijn was 1: kaart 13 t/m 20

Slide 15 - Tekstslide

Praktijkopdracht
1. Je hebt nog een stapel met strijkwas liggen. Je pakt eerst de volgende werkkaarten.


2. Lees kaart 21 + 22 door en zet de strijkplank neer. 
3. Pak per stuk was de juiste kaart en strijk het op de juiste manier. 


Werkportfolio
Mijn was 2: kaart 21 + 22
Mijn was 2: kaart 28 t/m 41

Slide 16 - Tekstslide

4. Als je klaar bent met de stapel was strijken pak je een overhemd en de volgende werkkaart: 


5. Lees de werkkaarten goed door en ga de overhemd strijken.
6. Laat al je strijkwerk controleren door de docent. 
Werkportfolio
Mijn was 3: kaart 48 + 49

Slide 17 - Tekstslide

Hoe ging het strijken? Welk kledingstuk was het makkelijkst en welke het moeilijkst?

Slide 18 - Open vraag

Wat ging er goed deze les?

Slide 19 - Open vraag

Wat ging er minder goed en zou je de volgende keer anders doen?

Slide 20 - Open vraag