Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H1L56 - 1HVD - Woensdag - Herhaling 2.3 Lezen
Welkom 1HVD
: )
Planning van dit uur
Tien minuten stillezen
Herhaling theorie 2.3 Lezen
Zelfstandig werken: maak opdracht 1 t/m 12 van de oefentoets
Eerste antwoorden alvast bespreken
Aan het einde van deze les
kan je feiten en meningen herkennen in een onbekende tekst;
kun je de moeilijkewoordenwijzer toepassen;
kun je het opsommend tekstverband, het tekstverband van tijdsvolgorde en het tegenstellend tekstverband in een onbekende tekst aanwijzen.
Nederlands
timer
10:00
Aankomende toetsen en opdrachten:
Repetitie H2 (toetsweek)
Fictie-opdracht 2 (vrijdag 7 februari)
1 / 15
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
15 slides
, met
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom 1HVD
: )
Planning van dit uur
Tien minuten stillezen
Herhaling theorie 2.3 Lezen
Zelfstandig werken: maak opdracht 1 t/m 12 van de oefentoets
Eerste antwoorden alvast bespreken
Aan het einde van deze les
kan je feiten en meningen herkennen in een onbekende tekst;
kun je de moeilijkewoordenwijzer toepassen;
kun je het opsommend tekstverband, het tekstverband van tijdsvolgorde en het tegenstellend tekstverband in een onbekende tekst aanwijzen.
Nederlands
timer
10:00
Aankomende toetsen en opdrachten:
Repetitie H2 (toetsweek)
Fictie-opdracht 2 (vrijdag 7 februari)
Slide 1 - Tekstslide
Hoe kan je herkennen dat iets een feit is?
- Het is
echt
- Het is werkelijk
gebeurd
- Je kunt het meestal
controleren
- Twee mensen vertellen hetzelfde als je ernaar vraagt
Voorbeeld:
'
De klimwand waar mevrouw Van Dam klimt is 17 meter hoog
'.
Slide 2 - Tekstslide
Hoe kan je herkennen dat iets een mening is?
- Het is wat iemand ergens van
vindt
of over
denkt
- Het kan
verschillen per persoon
: iedereen kan een andere mening hebben
Voorbeeld:
Mevrouw Van Dam vindt klimmen op een klimwand van 17 meter heel leuk, maar haar moeder vindt het eng.
Slide 3 - Tekstslide
Wat doe je met moeilijke woorden?
Slide 4 - Tekstslide
Leesstrategieën
Verkennend
lezen
Nauwkeurig
lezen
Zoekend
lezen - je hebt een vraag en je zoekt het antwoord op die vraag
Slide 5 - Tekstslide
Opsommend tekstverband
tekstgedeelte 1
signaalwoord
tekstgedeelte 2
een plak cake
en
een saucijzenbroodje
bovendien, verder, daarnaast, ook, tot slot
Slide 6 - Tekstslide
Tekstverband van een tegenstelling
Het zou vandaag mooi weer worden
maar
nu regent het
tekstgedeelte
(woord, zin of alinea)
tekstgedeelte
(woord, zin of alinea)
signaalwoord
Slide 7 - Tekstslide
Tekstverband van tijdsvolgorde
tekstgedeelte 1
signaalwoord
tekstgedeelte 2
Eerst
pak ik mijn spullen
daarna
stap ik op de fiets.
Slide 8 - Tekstslide
Tekstverbanden
tekstverband
signaalwoorden
opsommend
ten eerste, om te beginnen, ook, tevens, bovendien, daarnaast, niet alleen.... maar ook, verder, zowel... als, ten slotte
tegenstelling
maar, echter, evenwel, toch, daarentegen, integendeel, enerzijds .... anderzijds, daar staat tegenover
tijdsvolgorde
eerst, intussen, terwijl, toen vervolgens, daarna, nadat, zodra, ten slotte
Slide 9 - Tekstslide
Opbouw van een tekst
(samenhang, logische volgorde)
Inleiding
Aandacht trekken, onderwerp noemen
Kern
Langste gedeelte, informatie over onderwerp en deelonderwerpen
Slot
Samenvatting of conclusie, geen nieuwe informatie
slot
kern
inleiding
Slide 10 - Tekstslide
Opbouw tekst
Alinea
Alinea
Alinea
Alinea
Kernzin
Toelichting
Inleiding
Kern
Kern
Slot
Slide 11 - Tekstslide
Kernzin
Belangrijkste zin
van een alinea
De andere zinnen van de alinea zijn een
toelichting
(uitleg, cijfers of voorbeeld) bij de kernzin
Vaak de eerste zin, soms ook de laatste zin
Slide 12 - Tekstslide
Hoofdgedachte
Onderwerp
Hoofdgedachte
Waar de tekst over gaat
Het belangrijkste wat de schrijver over het onderwerp zegt
Duitse naamvallen
Veel Duitse kinderen maken fouten met de naamvallen
Slide 13 - Tekstslide
Hoe
formuleer
je de hoofdgedachte?
Zoek het onderwerp van de tekst (titel, inleiding, slot)
Bedenk wat het belangrijkste is wat de schrijver over het onderwerp zegt
Combineer het onderwerp en de belangrijkste mededeling erover tot één zin
inleiding
samenvatting vraag
slot
antwoord
samenvatting
conclusie
Slide 14 - Tekstslide
Verwijswoorden
Mijn broer Willem
spaart voor zijn rijbewijs.
Hij
wil zodra hij zeventien is rijles nemen.
Stel jezelf vragen die beginnen met
wie, wat, waar
of
welke
.
Wie wil zodra hij zeventien is rijles nemen?
Slide 15 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
H1L56 - 1THE - Woensdag - Herhaling 2.3 Lezen
1 dag geleden
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H1L32 - 1HVD - Donderdag - 2.3 Lezen - Tekstverbanden
November 2024
- Les met
29 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Campus 1 Les 13 Globaal lezen
November 2024
- Les met
16 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Tekstverbanden en signaalwoorden
November 2024
- Les met
11 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Hoofdzaken en bijzaken
Oktober 2022
- Les met
18 slides
Dutch
Secondary Education
M2: herhalen 1.3 (leesvaardigheid)
Mei 2024
- Les met
16 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
H2L4 - 1THE - Donderdag 16 november - 2.3 Lezen
November 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
Tekstverbanden en signaalwoorden
Februari 2024
- Les met
16 slides
Nederlands
Secundair onderwijs