les 1mh 28 oktober 2021

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 1,2

Check in:

Hoe zit je er bij vandaag?

zinsdelen

Lesdoel

• Je leert was het lijdend voorwerp en het meewerkend voorwerp is en je leert het uit de zin te halen. (havo)
  
• Je leert wat een bijvoeglijknaamwoord is. (mavo)

Lesinhoud

• Vooruitblik,
  
• Lijdend voorwerp,
  
• Meewerkend voorwerp,
  
• Bijvoeglijk naamwoord,
  
• Volgende les,
  
• Check out

voorkennis

- lijdend voorwerp

- meewerkend voorwerp

- bijvoeglijk naamwoord

WEET JE NOG WAT HET IS OF BEDENK EEN VOORBEELD(ZIN)

lijdend voorwerp

Wie/wat + ww.gezegde + onderwerp = lijdend voorwerp.

Hij verft de deur.

Daan schopt de bal.

Ik geef de taart aan mijn moeder.

meewerkend voorwerp

Aan wie of voor wie + ww. gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp = meewerkend voorwerp

Hij verft de deur voor zijn buurman.

Daan schopt de bal naar de keeper.

Ik geef de taart aan mijn moeder.

bijvoeglijk naamwoord

Zegt iets over het zelfstandig naamwoord

de rode roos, de mooie liefde, de oude cola, de nieuwe fiets

oefeningen

Afronding

- herhaling lijdend voorwerp

- herhaling meewerkend voorwerp

- herhaling bijvoeglijk naamwoord

Check out

Hoe ver ben je met je bewijs?