In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
5.2 voeding en energie
Slide 1 - Tekstslide
5.2 voeding en energie
Slide 2 - Tekstslide
Vitamine D is goed voor...
A
Je ogen
B
Stevige botten en tanden
C
Om hard te kunnen lopen
D
Je spieren
Slide 3 - Quizvraag
Scheurbuik is de benaming voor een ziekte ten gevolge van een langdurig .................. tekort zoals dat in vroeger eeuwen op zeilschepen op de grote vaart veel voorkwam. Symptomen van scheurbuik zijn onder meer zwellingen en bloedingen van het tandvlees, slapte, stijve en pijnlijke ledematen en inwendige bloedingen. Onbehandelde scheurbuik is op lange termijn dodelijk, maar de behandeling is eenvoudig: ................. innemen. Dit zit o.a. veel in citrusvruchten.
Welke stof moet er op de puntjes worden ingevuld?
A
Vitamine A
B
Vitamine C
C
Voedingsvezels
D
Koolhydraten
Slide 4 - Quizvraag
Glucose wordt omgezet in Glycogeen en opgeslagen in de lever, waar wordt glycogeen nog meer opgeslagen?
A
In spieren
B
In je hart
C
In je longen
Slide 5 - Quizvraag
Weet je het nog?
Welke van de 6 voedingsstoffen geven je energie?
geeft energie
geeft geen energie
vetten
koolhydraten
vitamines
eiwitten
mineralen
water
Slide 6 - Sleepvraag
wat is ATP
A
een enzym dat betrokken is bij de aerobe dissimilatie
B
een receptor die de cel aanzet tot de verbranding van meer glucose
C
een chemische energiedrager voor de meeste processen in de cel
Slide 7 - Quizvraag
Transport waarbij ATP nodig is, is
A
diffusie
B
osmose
C
passief transport
D
actief transport
Slide 8 - Quizvraag
In het menselijk lichaam komt bij verbranding energie vrij in de vorm van:
A
Licht en warmte
B
Licht en chemische energie (ATP)
C
Warmte en chemische energie (ATP)
D
Warmte en bewegingsenergie
Slide 9 - Quizvraag
Waar of niet waar? ATP ► ADP + P + energie.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Wat eet je eigenlijk?
Bladeren
Stengels
Zaden
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Tekstslide
Assimilatie is...
A
opbouwen van eiwitten uit aminozuren
B
opbouwen van glycogeen uit glucose
C
opbouwen van vetten uit glycerol en 3 vetzuren
D
antwoorden A, B, en C zijn allemaal goed.
Slide 14 - Quizvraag
Kan wel
Kan niet
gewone aminozuren maken van andere aminozuren
essentiële aminozuren maken van andere aminozuren
gewone aminozuren maken van essentiële aminozuren
Slide 15 - Sleepvraag
Wat is de gezondste vorm van vet?
A
Verzadigd vet
B
Enkelvoudig onverzadigd vet
C
Meervoudig onverzadigd vet
D
Transvet
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Eiwitten
Koolhydraten
Vetten
Slide 18 - Sleepvraag
Slide 19 - Tekstslide
Is fotosynthese een voorbeeld van assimilatie? Is verbranding een voorbeeld van assimilatie?
A
Fotosynthese wel, verbranding niet
B
Verbranding wel, fotosynthese niet
C
Beide zijn voorbeelden van assimilatie
D
Beide zijn geen voorbeeld van assimilatie
Slide 20 - Quizvraag
Kan wel
Kan niet
gewone vetzuren maken van andere vetzuren
essentiële vetzuren maken van andere vetzuren
gewone vetzuren maken van glucose
Slide 21 - Sleepvraag
Wat wordt er vervoerd in de houtvaten van een plant?