Hoofdstuk 1 paragraaf 2

Hoofdstuk 1 § 2 - 3 havo
Op tafel ligt:
Pen/Potlood
Boek
Laptop
Schrift 
Rekenmachine 

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1 § 2 - 3 havo
Op tafel ligt:
Pen/Potlood
Boek
Laptop
Schrift 
Rekenmachine 

Slide 1 - Tekstslide

Soorten uitgaven 
Vaste lasten 


Incidentele uitgaven 


Huishoudelijke uitgaven 

Slide 2 - Tekstslide

Soorten inkomsten
Inkomen uit arbeid 
Inkomen uit bezit 
Inkomen in natura 
Overdrachtsinkomen 

Slide 3 - Sleepvraag

Inkomen 
Inkomen uit arbeid 
Inkomen uit bezit 
= Primaire inkomen 
Belastingen 
Overdrachtsinkomen
= Secundaire inkomen 
+
-
+
Bruto inkomen 
Netto inkomen 

Slide 4 - Tekstslide

Je inkomsten en uitgaven 
Als je al je inkomsten en uitgaven op een rijtje zet noem je dit een begroting.



Het bedrag dat je in een bepaalde periode kan uitgeven heet een budget

Slide 5 - Tekstslide

Spreken we hier over een begrotingstekort of begrotingsoverschot?
A
Begrotingstekort
B
Begrotingsoverschot

Slide 6 - Quizvraag

Hoe kun je een begrotingstekort oplossen?

Slide 7 - Woordweb

Jaren, maanden en weken 
Noa verdient per maand 2.800 euro. Hoeveel verdien Noa per week? 
Patrick verdient per week 250 euro. Hoeveel verdient Patrick per jaar? 
Lelie verdient per jaar 48.000 euro. Hoeveel verdient Lelie per maand? 
2.800 X 12 = 33.600
33.600 / 52 = €646,15 per week
250 X 52 = €13.000 per jaar 
48.000 / 12 = €4.000 per maand 

Slide 8 - Tekstslide

Procentuele verandering 
(Nieuw - oud) / oud X 100%

Een blikje Red Bull kost €1,35. De supermarkt verhoogt de prijs naar €1,43. Wat is de procentuele verandering?



(1,43 - 1,35) / 1,35 X 100 %

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag 
Maken alle opgaven van §2
Of 
Samenvatten §2 en maken opgaven 13, 15, 19, 20, 21, 22 en 23 

Slide 10 - Tekstslide