7.1 - Organismen

Thema 7 - Ecologie en milieu
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 7 - Ecologie en milieu

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je al van ecologie?

Slide 2 - Woordweb

7.1 - Organismen

Slide 3 - Tekstslide

Doelen van deze paragraaf
Je kunt beschrijven wat een ecosysteem is en wat de kenmerken er van zijn
Je kunt biotische en abiotische kenmerken binnen een ecosysteem benoemen
Je kunt de invloed van de belangrijkste abiotische factoren op organismen benoemen

Slide 4 - Tekstslide

Ecologie
De wetenschap die de wisselwerking tussen organismen en hun omgeving bestudeert. Deze wisselwerking bestaat uit:
  • Organismen worden beïnvloed door hun omgeving
  • Organismen beïnvloeden hun omgeving

Slide 5 - Tekstslide

Organismen en hun milieu
  • Populatie
  • Levensgemeenschap
  • Ecosysteem (biotische en abiotische factoren)
      - Habitat 
Opdracht: Zoek de definitie in je boek op en schrijf deze in eigen woorden in je schrift.

Slide 6 - Tekstslide

Invloeden van het milieu





biotische factoren = 
invloeden afkomstig van de levende natuur
abiotische factoren = 
invloeden afkomstig van de levenloze omgeving

Slide 7 - Tekstslide

Abiotische factoren
(Bodem)
Licht
Water
Temperatuur
Zijn van invloed op soortensamenstelling in een gebied.

Slide 8 - Tekstslide

Bodem alleen is geen abiotische factor!
Eigenschappen van de bodem wel zoals:
  • Grootte van bodemdeeltjes
  • pH
  • Hoeveelheid water in de bodem
  • Hoeveelheid zuurstof
  • Hoeveelheid humus 

Slide 9 - Tekstslide

BODEM:



Soorten Bodems in NL

Slide 10 - Tekstslide

Elk bodemdeeltje is omgeven door een dun watervliesje. De holten tussen klei-deeltjes zijn klein, waardoor klei beter water en mineralen kan vasthouden. 
In klei is er wel minder zuurstof dan in zand. Ook is het moeilijk om voor wortels door te dringen door klei.

Slide 11 - Tekstslide

Humus:
= mengsel van organische, anorganische en micro- organismen. 
Hoe meer humus in de grond hoe beter.

Slide 12 - Tekstslide

Water
Eigenschappen van het water zoals:
  • Luchtvochtigheid
  • Zoutgehalte
  • Opgeloste stoffen
  • Variatie in hoeveelheid water
  • Nieuws van 7-4-2025: https://nos.nl/l/2562729 en https://nos.nl/l/2562666


Slide 13 - Tekstslide

Licht 
Eigenschappen van het licht zoals:
  • Daglengte
  • Lichtintensiteit
  • Golflengte van het licht

Slide 14 - Tekstslide

Temperatuur
Hoge of lage temperatuur

Slide 15 - Tekstslide

Tolerantie
Verspreidingsgebied (areaal) -> Waar komt een soort voor

Tolerantiegrens: welke waarde van een factor is het minimum/maximum om te kunnen overleven

Beperkende factor: bepaald of en hoeveel van een organisme kunnen overleven

Optimum: welke waarde is het gunstigst?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Optimumkromme

Slide 18 - Tekstslide

biotische factoren
A-biotische factoren
Sleep de woorden naar de juiste plek
licht
gras
soortgenoten
regen
konijnen
schimmels
Temperatuur
wind

Slide 19 - Sleepvraag

Een groep konijnen die in een gebied leven en zich onderling voortplanten noemen we een?
A
levensgemeenschap
B
populatie
C
ecosysteem
D
individu

Slide 20 - Quizvraag

Hoe passen planten zich aan als er weinig water beschikbaar is?

Slide 21 - Open vraag

Geef aan of het om een biotische of abiotische factor gaat:
Een boom zonder bladeren levert geen voedsel voor bladluizen.
A
biotische factor
B
abiotische factor
C
Allebei
D
Allebei niet

Slide 22 - Quizvraag

Vragen?

Slide 23 - Tekstslide

Aan het werk
7.1 - Opdracht 1 tot en met 8



Slide 24 - Tekstslide