Lezen H4 les 2
1 / 20
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welke drie doelen kan een afbeelding hebben bij een activerende tekst?
Slide 4 - Open vraag
Noem drie voorbeelden van een activerende tekstvorm.
Slide 5 - Open vraag
Welk tekstverband kun je herkennen in de volgende zin?
Ik wil graag dat je meehelpt in het huishouden, zo zou je de vaatwasser leeg kunnen ruimen.
Ik wil graag dat je meehelpt in het huishouden, zo zou je de vaatwasser leeg kunnen ruimen.
Slide 6 - Open vraag
Welk tekstverband kun je herkennen in de volgende zin?
De schaakkampioen werd afgeleid, waardoor zijn tegenstander kon valsspelen.
De schaakkampioen werd afgeleid, waardoor zijn tegenstander kon valsspelen.
Slide 7 - Open vraag
Welk tekstverband kun je herkennen in de volgende zin?
Net als bij het bakken van een taart, moet je bij dit experiment nauwkeurig de stappen volgen.
Net als bij het bakken van een taart, moet je bij dit experiment nauwkeurig de stappen volgen.
Slide 8 - Open vraag
Welk tekstverband kun je herkennen in de volgende zin?
De cijfers laten zien dat de maatregelen effectief zijn, dus kunnen we ervan uitgaan dat ze werken.
De cijfers laten zien dat de maatregelen effectief zijn, dus kunnen we ervan uitgaan dat ze werken.
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Als je vandaag de opdracht nog inlevert, krijg je een bonuspunt.
A
voorwaardelijk verband
B
doel-middel verband
Slide 13 - Quizvraag
Om een goede conditie te krijgen, moet je regelmatig sporten.
A
voorwaardelijk verband
B
doel-middel verband
Slide 14 - Quizvraag
Hij zette een wekker om zeker te weten dat hij op tijd zou opstaan.
A
voorwaardelijk verband
B
doel-middel verband
Slide 15 - Quizvraag
Ze gebruikte een woordenboek om de tekst correct te vertalen.
A
voorwaardelijk verband
B
doel-middel verband
Slide 16 - Quizvraag
Je mag mee op schoolreisje, mits je het formulier op tijd inlevert.
A
voorwaardelijk verband
B
doel-middel verband
