Op -ER werkwoorden in het Frans

 Werkwoorden op -ER in het Frans & de ontkenning
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

 Werkwoorden op -ER in het Frans & de ontkenning

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je werkwoorden op -ER in het Frans vervoegen en toepassen in zinnen en begrijp je de ontkenning!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je nodig om werkwoorden op -ER in het Frans te vervoegen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn werkwoorden op -ER?
Werkwoorden op -ER zijn een van de drie groepen werkwoorden in het Frans. Ze zijn te herkennen aan hun infinitiefvorm die eindigt op -ER.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervoeging van -ER werkwoorden
Voor de meeste werkwoorden op -ER is de stam gelijk aan de infinitiefvorm. Bijvoorbeeld: 'parler' (spreken) -> 'je parle' (ik spreek).

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra oefeningen -ER werkwoorden:
Vul de juiste vorm van het werkwoord in: Je (parler) avec lui. -> Je parle 
1. Tu ................................ (aimer)
2. Elle ..................................(donner)
3. Pedro .......................... en ville ( marcher)
4. Sanne et Sadina .................... (adorer) ce parfum.
5. Je/ J' ............................. (aimer) la glace!
6. Nous ............................. (détester) l'école.
7. Vous .............................. (visiter) Paris, Madame Batist?

Zet alle bovenstaande zinnen nu in de ontkenning!

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontkenning
In het Frans wordt de ontkenning gevormd door 'ne... pas' rond het werkwoord = de persoonsvorm te plaatsen. 
Bijvoorbeeld: 'Je ne parle pas' (Ik spreek niet).

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefeningen ww-en op -ER & ontkenning
1. Tu aimes (aimer)
2. Elle donne (donner)
3. Pedro marche en ville ( marcher)
4. Sanne et Sadina adorent (adorer) ce parfum.
5. J' aime (aimer) la glace!
6. Nous détestons (détester) l'école.
7. Vous visitez (visiter) Paris, Madame Batist?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Tu n'aimes pas (aimer)
2. Elle ne donne pas (donner)
3. Pedro ne marche pas en ville ( marcher)
4. Sanne et Sadina n'adorent pas (adorer) ce parfum.
5. Je n'aime pas (aimer) la glace!
6. Nous ne détestons pas (détester) l'école.
7. Vous ne visitez pas (visiter) Paris, Madame Batist?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Werkwoorden op -ER vervoegen we op een specifieke manier in het Frans en we gebruiken 'ne...pas' voor de ontkenning.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.