In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Botgroepen
schedel
borstkas
schoudergordel
bekkengordel
wervelkolom
voorpoot
achterpoot
Slide 3 - Tekstslide
Dieren met een geraamte
Slide 4 - Tekstslide
schedel
ribben
ellepijp
scheenbeen
heupbeen
vingerkootjes
borstbeen
opperarmbeen
knieschijf
schedelbeenderen
sleutelbeen
wervelkolom
spaakbeen
kuitbeen
teenkootjes
handwortelbeentjes
schouderblad
dijbeen
hielbeen
onderkaak
geraamte onderdelen
Slide 5 - Tekstslide
Een ander woord skelet is....
A
geraamte
B
ledematen
C
spieren
D
kraakbeen
Slide 6 - Quizvraag
Wat weet je over het skelet?
Slide 7 - Woordweb
Lichaam / Skelet
Je leert vandaag over:
Botten
Schedel
Wervelkolom
Ribbenkast
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Botten
Wel 206 botten en botjes verstevigen ons lichaam. Veel botten voel je zitten in je lichaam. Als je op je hoofd tikt voel je je schedel. De botjes in je handen kun je ook goed voelen.
Botten
206 botten en botjes verstevigen ons lichaam. Veel botten voel je zitten in je lichaam. Als je op je hoofd tikt, voel je je schedel. De botjes in je handen kun je ook goed voelen.
Slide 10 - Tekstslide
Wat is bot?
Botten zijn gemaakt van kalk en lijm.
Kalk zorgt voor stevigheid.
Lijm zorgt voor buigzaamheid.
Een baby is nog heel lenig en buigzaam. Baby's hebben veel lijm in hun botjes zitten.
Wanneer je ouder wordt, zit er steeds minder lijm in je botten en steeds meer kalk. Hierdoor breken oudere mensen veel makkelijker hun botten als ze vallen.
Slide 11 - Tekstslide
Kraakbeen
Kraakbeen
Bot met veel lijm heet kraakbeen. Kraakbeen zit op plekken waar je bot een beetje buigzaam moet zijn.
Slide 12 - Tekstslide
Botten groeien tot je volwassen bent.
Groei
Als het belangrijk is voor je gezondheid om vast te stellen hoe lang je ongeveer zult worden, maken artsen weleens een foto van je handen. Dan kunnen ze zien hoeveel groeiruimte er nog in je zit. En hoe groot je dan waarschijnlijk zult worden.
Wist je dat...
* de helft van je botten in je handen en je voeten zit.
* het skelet van een volwassen mens wel 10 kilo weegt.
* je allerkleinste botje in je oor zit.
Slide 13 - Tekstslide
Hoe zie je er van binnen uit?
Zoogdieren
Alle zoogdieren hebben een skelet. Mensen zijn ook zoogdieren. Je skelet geeft stevigheid en vorm aan je lichaam.
Skelet
We verdelen het skelet in:
de schedel
de wervelkolom
de ribbenboog
de schouders en het bekken
de ledematen
Slide 14 - Tekstslide
Het skelet
Het skelet
Al onze 206 botjes samen vormen ons skelet. Het is het deel van je lichaam dat het langst overblijft als je overlijdt.
Gewervelden
Dieren en mensen met een skelet noemen we gewervelden. Alle gewervleden hebben namelijk een wervelkolom.
Tent
Je lichaam krijgt vorm en stevigheid door je skelet. Het is een soort frame, net als bij een tent. Het houdt alles in je lichaam op zijn plaats en beschermt de organen.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Wervelkolom
Je wervelkolom is een serie botten van onderkant hoofd tot stuitje. Dit is de kapstok waar alles op of aan wordt gehangen. Schedel, ledematen, armen en benen.
Botjes
De wervelkolom bestaat uit allemaal losse botjes. Dit noemen we de wervels.
Bewegen
De wervelkolom helpt mee zodat je kunt staan en bewegen.
Slide 17 - Tekstslide
Ribbenkast
De ribbenkast is een buigzame, veerkrachtige kooi van ribben die je hart, longen en belangrijke bloedvaten beschermt.
Ribbenkast
De ribbenkast is een buigzame, veerkrachtige kooi van ribben die je hart, longen en belangrijke bloedvaten beschermt.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
Welke 2 stoffen vormen je botten?
A
Goud en Zilver
B
Kalk en Lijmstof
C
Gel en haarlak
D
Krijt en water
Slide 20 - Quizvraag
Wat kun je niet zonder geraamte?
A
Staan
B
Leren
C
Eten
D
Luisteren
Slide 21 - Quizvraag
Wat beschermen de botten?
A
Je huid
B
Kwetsbare organen
C
Ribben
Slide 22 - Quizvraag
Hoe noemen we de ruimte tussen onze schedel en hersenen?
Slide 23 - Open vraag
Deel maar in!
Wervelkolom
Kraakbeen
Botten
Schedel
Borstkast
Slide 24 - Sleepvraag
Maak een foto van je ingevulde werkblad (voorkant) en stuur deze in
Slide 25 - Open vraag
Maak een foto van je ingevulde werkblad (achterkant) en stuur deze in
Slide 26 - Open vraag
Maak een foto van je ingevulde werkblad (skelettekening) en stuur deze in