Les 8: Beeldvorming


MEDIAWIJSHEID



Basis/Kader 3 - Periode 2
Les 8: Beeldvorming
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


MEDIAWIJSHEID



Basis/Kader 3 - Periode 2
Les 8: Beeldvorming

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar



Doe je telefoon in je zakkie

Pak je laptop

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...ken je de begrippen: selectieve waarneming, rolpatronen,  beeldvorming, vooroordelen, stereotype, (R)
...weet je dat beeldvorming door de media een rol speelt in onze samenleving.
(T1)
...weet je dat selectieve waarneming invloed heeft op onze beeldvorming. (T1)
...kan je uitleggen wat rolpatronen en stereotypen zijn en hiervan voorbeelden kunnen noemen.
(T1)
...kan je uitleggen wat roldoorbrekend gedrag is en hiervan voorbeelden kunnen noemen.
(T1)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is wat?
Dikgedrukt = een begrip
schuin = moeilijk woord

uitleg van begrip
Hierin staat de uitleg van het begrip. Schrijf het begrip en de betekenis op in je schrift.
uitleg van moeilijk woord
Hierin staat de uitleg van het moeilijke woord. Schrijf het op in je schrift.
uitleg
Hierin staat de uitleg over een bepaald onderwerp.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

02:20
Hoe denk je dat de film afloopt?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

05:23
Is de film afgelopen zoals je dacht bij de vorige vraag? Leg je antwoord uit.

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Van welke trucs maakt de filmmaker gebruik om jou op andere gedachten te brengen?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Beeldvorming
De media zijn een van de socialiserende instituties. De media bepalen voor een deel hoe jij naar andere mensen en de wereld kijkt. Je kunt bijvoorbeeld een beeld vormen van een Amerikaan of een Japanner, zonder dat je ooit maar in Amerika of Japan bent geweest. Je vormt je beeld bijvoorbeeld uit films, tijdschriften of series. Dit noemen we beeldvorming.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldvorming vs. werkelijkheid
Onze beeldvorming komt alleen niet altijd overeen met de werkelijkheid. Het beeld dat vrouwen vooral mooi moeten zijn, zorgt ervoor dat veel meiden en jongen vrouwen vaak onzeker zijn over hun uiterlijk. Zij baseren het ideale uiterlijk op beelden uit de media. Maar zijn deze beelden wel zo eerlijk?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vooroordelen
De media creëren onbedoeld vooroordelen. Maar de werkelijkheid is anders. Een meisje dat geen make-up draagt, is niet lelijk. Een jongen met een bril is geen nerd en een man met een witte jas hoeft geen dokter te zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie kenmerken van een "echte" man.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie kenmerken van een "echte" vrouw.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Rolpatronen
Media maken graag gebruik van bestaande beeldvorming. We noemen dit ook wel rolpatronen. Een rolpatroon is het gedrag laten zien dat wordt verwacht: Jongens zijn stoer, meisjes zijn lief. Mannen zorgen voor geld, vrouwen zorgen voor het huishouden. Deze traditionele ideeën zijn in werkelijkheid anders, maar de media houden dit stereotype beeld mede in stand.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rolpatronen
Een rolpatroon bepaalt niet alleen je gedrag, maar ook je kleding, lichaamshouding en taalgebruik. Een huisarts kleedt zich op haar werk anders dan in haar vrije tijd. En een politieagent spreekt zijn kinderen op een andere manier aan, dan hij doet wanneer hij een verdachte aanhoudt. Mensen vinden een rolpatroon prettig. Het zegt je namelijk hoe je je moet gedragen: een politicus moet een net pak aan, het restaurantpersoneel doet altijd heel vriendelijk en als grote broer of zus voel je je verantwoordelijk wanneer je met je broertjes of zusjes op pad bent.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Denk terug aan de vraag over "echte" mannen en vrouwen. Heb je rolpatronen gebruikt?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke rollen heb jij in je dagelijks leven? Noem er minimaal 3!

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kan je bij iedere rol helemaal jezelf zijn? Waarom wel of niet?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zouden de media graag gebruik maken van rolpatronen?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zouden mensen het toch fijn kunnen vinden om rolpatronen te hebben?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stereotypes
Hoewel rolpatronen zorgen dat verwachtingen kloppen, leveren ze ook een probleem op. Rolpatronen geven namelijk een veel te simpel beeld van hoe iemand zich in een bepaalde rol moet gedragen. Hierdoor ontstaan stereotypes. Een stereotype is een simpele en niet altijd kloppende verwachting van een persoon of groep. Bijvoorbeeld door één eigenschap extra uit te vergroten.
stereotype
Een vast beeld of verwachting dat ontstaat van een persoon of groep door bijvoorbeeld één eigenschap te laten zien. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Stereotypes
In een tv-serie is een homoseksueel vaak een uitbundig type, een blond meisje niet altijd de slimste en iemand die goed kan leren wordt vaak uitgebeeld als een sulletje. In de werkelijkheid is dat natuurlijk helemaal niet zo. Toch wordt het stereotype beeld hardnekkiger naarmate je het vaker ziet. Op die manier hebben de media invloed op de manier waarop wij naar andere mensen kijken.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Raadsel
Vader en zoon rijden in de auto, en krijgen een ongeluk. De vader is op slag dood, de zoon gaat per ambulance naar het ziekenhuis. De chirurg buigt zich over het slachtoffer, maar zegt niet te kunnen opereren: ‘Het is mijn zoon.’ Rara, hoe kan dat?

Slide 26 - Tekstslide

Oplossing: De chirurg is zijn moeder.
Stereotypes
Het raadsel bevestigt het probleem van stereotypes. Stel je in je hoofd maar eens een politieagent, huisarts of directeur voor. Waarschijnlijk is de politieagent een man, draagt de huisarts een witte jas en is de directeur een man in pak. Dit zijn allemaal stereotypes, de werkelijkheid kan heel anders zijn dan het beeld dat je had.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem twee voorbeelden van stereotypes die je vaak tegenkomt in de media.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stereotypes
We kijken ook met stereotypes naar mannen en vrouwen. Een vrouw is zorgzaam, een man is stoer. De vrouw doet het huishouden, de man zorgt voor het inkomen. Maar in de praktijk hoeft dit helemaal niet zo te zijn:

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Artikel:
 ‘Ik wil de eerste vrouwelijke commando worden’
Larissa Bieringa (20) uit Duiven heeft maar één droom: commando worden. Ze kan de eerste vrouw ooit met een groene baret worden. Bieringa kreeg een startbewijs voor de selectietraining. Tot het korps besefte dat ze een vrouw is en haar om die reden afwees. Dat besluit wordt tot haar vreugde nu teruggedraaid.
Bron: AD, 2013

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Teken jouw stereotype beeld van de volgende groepen:
vluchtelingen, oma's, moslims, Amerikanen en brandweerlieden.

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Doorbreek met een nieuwe tekening het stereotype beeld van deze groepen:
vluchtelingen, oma's, moslims, Amerikanen en brandweerlieden.

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Roldoorbrekend gedrag
Soms gedragen mensen zich anders dan je bij hun rol vindt passen. Dan ontstaat er een rolconflict, of roldoorbrekend gedrag. Larissa die commando wil worden, werd in eerste instantie afgewezen omdat ze een vrouw was. “Vrijwel geen enkele vrouw zou kunnen voldoen aan de zware fysieke eisen.” Zij werd afgewezen omdat ze een vrouw was, niet omdat ze niet voldeed aan de eisen, die kans heeft ze niet eens gekregen. Larissa’s verhaal is een voorbeeld van een rolconflict. Wanneer je ouders opeens raar door de kamer springen en dansen of de leraar opeens in straattaal zijn les begint, is er sprake van roldoorbrekend gedrag.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is er in de video sprake van roldoorbrekend gedrag?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef nog een voorbeeld van roldoorbrekend gedrag dat je zelf bent tegengekomen.

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Selectieve waarneming
We worden dagelijks overspoeld met beelden. We proberen groepen en mensen te versimpelen met behulp van stereotypes, maar dan nog is het onmogelijk om alle informatie die je dagelijks tot je krijgt, op te nemen. Ieder mens heeft “last” van selectieve waarneming. Je maakt onbewust keuzes in welke informatie je tot je neemt. Ben jij, net als je vader, een enorme fan van Max Verstappen? Dan zal informatie daarover je eerder opvallen. Je ziet vooral datgene wat past binnen je referentiekader. Een voorbeeld van selectieve waarneming is de volgende reclamevideo van het automerk SKODA.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Selectieve waarneming
Je ziet dus lang niet alles. Veel van onze keuzes over wat we willen waarnemen, maken we zelf. Die keuze is dan gebaseerd op wat mensen verwachten of van ons vragen. Vaak onthouden we datgene wat we al kennen en valt dat ons eerder op. Dat is veel makkelijker om te begrijpen dan nieuwe informatie.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenwerkingsopdracht
Ga naar de website van de Telegraaf.
Besteed 2 minuten om door de website te bladeren en artikelen te zien (LET OP: NIET TE LEZEN). 
Ga van de website af en beantwoord de volgende vragen. 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf minimaal 5 onderwerpen op die je bent tegengekomen.

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijk de onderwerpen met elkaar. Kijk naar de verschillen. Wat valt je op?

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen uit deze les
  • Beeldvorming
  • Selectieve waarneming
  • Rolpatronen
  • Stereotype
  • Vooroordelen
  • Roldoorbrekend gedrag

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe hebben media invloed op de manier waarop wij naar mensen kijken?
A
Ze gebruiken beelden uit het echte leven.
B
Ze bepalen onze beeldvorming.
C
Ze gebruiken verkeerde stereotypes.
D
Ze bedenken heel aparte beelden.

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een vader in pak die om 18u thuiskomt van zijn werk is een voorbeeld van:
A
Selectieve waarneming
B
Rolpatroon
C
Beeldvorming
D
Vooroordeel

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voorbeeld van roldoorbrekend gedrag is:
A
De burgemeester in zijn zwembroek.
B
Een brede en sterke militair.
C
Een technicus met een bril.
D
Een klein meisje die met poppen speelt.

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De beste omschrijving van selectieve waarneming is:
A
Mensen hebben last van rolpatronen.
B
Mensen proberen een volledig beeld te vormen.
C
Mensen krijgen niet altijd alles mee.
D
Mensen proberen een eigen beeld te vormen.

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 49 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over de lesstof die je niet goed hebt begrepen.

Slide 50 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies