Wat moeten we nu echt weten?
1. Nederland heeft een vestigings-/ vertrekoverschot. Er emigreren/ immigreren meer mensen.
2. Er komen drie groepen migranten naar Nederland, namelijk: 1...., 2.... en 3....
3. Seizoensmigranten zijn...
4. Duitsers verhuisden in 1990 van ... naar ....
5. Het zijn vooral jonge/ oude mensen die naar een nieuw gebied verhuizen.
6. Wanneer hoogopgeleide mensen wegtrekken uit een gebied noemen we dit ....
6. Welke groep migranten, die Nederland wel kent, ontbreekt in Duitsland?