4.3 deel 1 Ioniserend vermogen en Halfwaardetijd

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo b, k, g, vwo
• Leerjaar 3

Wat gaan we vandaag doen?

Opstarten	05 min
Simulatie radioactiviteit	05 min
Uitleg Ioniserend vermogen (4.3)	10 min
Maken opdr. 50 t/m 57	15 min
Uitleg Halfwaardetijd (4.3)	10 min
LessonUp	10 min
Maken opdr. 58 t/m 67	15 min
Lesafsluiting	05 min

Planning TM3NSK11

Woe 31-1:                      Paragraaf 4.2 deel 1

Ma 5-2:                          Paragraaf 4.2 deel 2

Woe 7-2:                        Paragraaf 4.3 deel 1

Ma 12-2:                         Paragraaf 4.3 deel 2

Woe 14-2:                      Paragraaf 4.4 deel 1  

Vakantie:                        VAKANTIE!

Ma 26-2:                         Paragraaf 4.4 deel 2

Woe 28-2:                      Paragraaf 4.5

Ma 4-3                            Herhalingsles

Woe 6-3:                       SO H4 Paragraaf 1 t/m 5

Planning TM3NSK16

Woe 31-1:                      Paragraaf 4.2 deel 1

Di 6-2:                            Paragraaf 4.2 deel 2

Woe 7-2:                        Paragraaf 4.3 deel 1

Di 13-2:                           Paragraaf 4.3 deel 2

Woe 14-2:                      Paragraaf 4.4 deel 1  

Vakantie:                        VAKANTIE!

Di 27-2:                           Paragraaf 4.4 deel 2

Woe 28-2:                      Paragraaf 4.5

Di 5-3                              Herhalingsles

Woe 6-3:                       SO H4 Paragraaf 1 t/m 5

Lesdoelen:

Na vandaag weet je:

1. Dat kernstraling schade kan veroorzaken in atomen en moleculen
2. Wat het verband is tussen de tijd en de sterkte van een radioactieve bron

phet.colorado.edu

Open je boek op blz. 245

We lezen samen de tekst Ioniserend Vermogen

Ioniserende straling

Straling die schade veroorzaakt aan atomen en moleculen van de stof waar het doorheen gaat. 

Ioniserend vermogen is hoeveel schade bepaalde straling aanbrengt. 

Hoe groter het ioniserend vermogen, hoe kleiner 

de dracht. 

Dracht

Een ander woord voor doordringend vermogen is dracht. 

Doordringend vermogen & dracht

Doordringend vermogen & dracht

Halveringsdikte

Gammastraling kan heel ver in een stof doordringen.

Een maat voor het doordringend vermogen van gammastraling is de halveringsdikte. 

Halveringsdikte

Na iedere halveringsdikte is de 

straling met de helft afgenomen. 

Aan de slag

• Wat? Maak opdracht 50 t/m 51 + 54 + 55 
• Hoe? Zelfstandig, overleggen mag fluisterend
• Tijd? 10 minuten
• Resultaat? Klassikaal bespreken

• Klaar? Maak opdracht 53, 56, 59, 58

Open je boek op blz. 246

We lezen samen de tekst Halfwaardetijd

Halveringstijd/halfwaardetijd

De activiteit van een radioactieve stof wordt steeds kleiner. 

Als de halveringstijd is verstreken, is nog de helft van de instabiele kernen over en is de hoeveelheid straling met de helft vermindert.

Let op, als de halveringstijd twee keer is verstreken, heb je nog een kwart van de instabiele kernen over.

Halveringstijd

Activiteit neemt af met tijd

Tijd waarin activiteit halveert wordt halveringstijd genoemd 

t​​2​​1​​​​

Halveringstijd

De tijd die de helft van de kernen nodig heeft om te vervallen.

LET  OP: 

Na de tweede halveringstijd de helft van de helft.

Na de derde halveringstijd de helft van de helft van de helft. etc

Welke straling heeft het grootste doordringend vermogen?

1. Alfastraling
2. Bètastraling
3. Röntgenstraling
4. Gammastraling

Welke straling heeft het kleinste doordringend vermogen?

1. Alfastraling
2. Bètastraling
3. Röntgenstraling
4. Gammastraling

Een stof met een groot ioniserend vermogen is erg schadelijk voor atomen en moleculen.

1. Juist
2. Niet juist

Alfastraling heeft een klein doordringend vermogen. Het ioniserend vermogen is dan

1. klein
2. groot

Welke straling is het minst gevaarlijk bij bestraling van buitenaf?

1. Alfastraling
2. Bètastraling
3. Gammastraling

Neon-24 heeft een halfwaardetijd van 15 uur.

Hoeveel radioactiviteit is er na 30 uur nog over?

1. de helft
2. een kwart
3. een achtste
4. niets meer

IJzer-55 heeft een halfwaardetijd van drie dagen.

Hoeveel radioactiviteit is er na zes dagen nog over?

1. de helft
2. een kwart
3. een achtste
4. niets meer

Aan de slag

• Wat? Maak opdracht 50 t/m 51 + 54 + 55 + 59 t/m 64 + 66
• Hoe? Zelfstandig, overleggen mag fluisterend
• Tijd? 15 minuten
• Resultaat? Klassikaal bespreken

• Klaar? Maak opdracht 53, 56, 59, 58, 65
• Ook daarmee klaar? Lees de rest van 4.3 en maak 4.3 af

Open je boek bij de opdrachten van 4.3

We bespreken opdracht 50, 51, 55, 60, 63, 64