MAW havo 4 6.2

Wat gaan we doen?
* Opdracht 15 bespreken
* Paragraaf 6.2
* Samenwerken aan opdracht 4
Huiswerk opdracht 3 en 8
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?
* Opdracht 15 bespreken
* Paragraaf 6.2
* Samenwerken aan opdracht 4
Huiswerk opdracht 3 en 8

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
Je kunt benoemen wat de  kernconcepten ´macht´en ´politieke instituties´ inhouden en deze toepassen.
Je kunt verschillende soorten machtsbronnen onderscheiden.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6.2 Macht en politieke instituties
Macht: Het vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen te beperken of te vergroten.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

macht
* Een actor met macht kan een andere actor beperken in zijn mogelijkheden of hem juist meer mogelijkheden geven.
*Een actor met macht heeft de mogelijkheid om hulpbronnen in te zetten om zijn doel te bereiken.

formele macht/informele macht

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is er sprake van formele of informele macht?
(Hugo de Jonge)
A
formele
B
informele

Slide 5 - Quizvraag

Formele macht:
Deze macht is officieel vastgelegd in wetten en regels (gezag)
Informele macht:
Macht die niet officieel is vastgelegd (invloed)
Is er sprake van formele of informele macht?
(Famke Louise)
A
formele
B
informele

Slide 6 - Quizvraag

Formele macht:
Deze macht is officieel vastgelegd in wetten en regels (gezag)
Informele macht:
Macht die niet officieel is vastgelegd (invloed)
Is er sprake van formele of informele macht?
(politieagent)
A
formele
B
informele

Slide 7 - Quizvraag

Formele macht:
Deze macht is officieel vastgelegd in wetten en regels (gezag)
Informele macht:
Macht die niet officieel is vastgelegd (invloed)
Macht
* Affectieve machtsbronnen
* Cognitieve machtsbronnen
*Economische machtsbronnen
* Politieke machtsbronnen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Polititieke instituties
Complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties rond politieke machtsuitoefening en politieke besluitvorming reguleren.


bijvoorbeeld onze parlementaire democratie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Politieke instituties
Om politieke instituties te kunnen uitvoeren zijn er instellingen of organisaties nodig.

Voorbeelden: de heemsraadschappen van de  boeren, de rechtbank, de Tweede Kamer.

Je kan naar instellingen een brief sturen en naar instituties niet.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies