Spelling Blok 3 (1/3)

Welkom!

timer
10:00
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

timer
10:00
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

- Terugblik (7')

- Lesdoelen doornemen (3')

- Instructie  (5')

- Zelf aan de slag (20')

- Evaluatie (3')

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik (3')
Bespreek met elkaar:
  • Wat is het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden?
  • Hoe moet je een werkwoord in de verleden tijd schrijven? (Wat zijn de       regels?)
  • Noem 2 kenmerken van een voltooid deelwoord.
  • Hoe moet je een voltooid deelwoord schrijven? (Wat zijn de regels?)

Klaar? Bedenk een zin met het werkwoord 'kijken' in de v.t., derde persoon, meervoud.

timer
2:30

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen (herhaling!)
Aan het eind van deze les...

  • ...kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd (t.t.) en verleden tijd (v.t.) vervoegen.
  • ...kun je het voltooid deelwoord vervoegen.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De persoonsvorm is ALTIJD een werkwoord.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Noteer de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd:
Emma (verzenden) een e-mail
A
verzend
B
verzendt
C
verzent
D
verzentd

Slide 7 - Quizvraag

Is het onderstreepte werkwoord de persoonsvorm tegenwoordige tijd (pv tt) of het voltooid deelwoord (vd)?

Dat is nog nooit gebeurd!
_______
A
pv tt
B
vd

Slide 8 - Quizvraag

Even oefenen..
 Infinitief                         PV TT                                        Voltooid deelwoord                   
  • Vermoeden            (ik)                                       

  • Pinnen                      (jij)                                           

  • Eten                           (wij)

  • Snowboarden       (hij)
vermoed
gepind
gegeten
gesnowboard
vermoed
pint
eten
snowboardt

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Zelf aan de slag!
- Maak opdr. 1 en 2 (blz. 135 - 136)
- Klaar? Kijk je werk na!


timer
20:00
Had je alles goed? 
--> Maak de plusopdrachten (paars)
--> Verder lezen in je leesboek

Had je een paar foutjes in de opdrachten?
--> Maak de extra oefeningen (blauw)
--> Maak één van de plusopdrachten

Slide 11 - Tekstslide

Evaluatie

Slide 12 - Tekstslide

Extra oefening 
1. De verleden tijd van sterke werkwoorden: oefening 1 & oefening 2
PV VT
Lees de theorie op blz. 72 - 73

Slide 14 - Tekstslide

Plusopdrachten
Zoek uit waar het ezelsbruggetje 't ex-kofschip vandaan komt. 




De medeklinkers in ’t ex-kofschip zijn niet zomaar een samenraapsel van willekeurige letters: deze medeklinkers zijn met een reden gekozen. Waarom zit de b niet erin, of de z? Jij gaat dit uitzoeken en geeft er zo veel mogelijk uitleg en voorbeelden bij. 

  • Werk de opdracht uit in Word of PowerPoint en deel dit met mij in OneDrive. 

Slide 18 - Tekstslide

Plusopdrachten
Vergelijk verschillende soorten uitleg en geef je mening.



Op internet staat op heel veel verschillende websites werkwoordspelling uitgelegd. Zoek minstens vier keer de uitleg en zet ze op volgorde: welke vind je het duidelijkst en welke het minst duidelijke? Leg uit waarom elke uitleg duidelijk/onduidelijk, handig/onhandig, volledig of niet is. Geef je mening zo duidelijk mogelijk.
  • Werk je opdracht uit in Word of PowerPoint en deel dit met mij in OneDrive.

Slide 19 - Tekstslide