Weer en klimaat par 2.2 Spanje

Weer en klimaat
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Weer en klimaat

Slide 1 - Tekstslide

FF herhalen..................

Slide 2 - Tekstslide

Wat is géén vorm van neerslag?
A
frontale neerslag
B
stijgingsneerslag
C
stuwingsneerslag
D
dalingsneerslag

Slide 3 - Quizvraag

Wat zorgt voor neerslag?
A
opstijgende lucht
B
dalende lucht

Slide 4 - Quizvraag

Stijgende lucht?
A
smelt
B
verdampt
C
ontdooit
D
condenseert

Slide 5 - Quizvraag

Condens zijn waterdruppels. Dit zorgt voor neerslag. Dus neerslag is bij:
A
lage druk
B
hoge druk

Slide 6 - Quizvraag

Soorten neerslag ->
  1. Stuwingsregen -> lucht moet opstijgen tegen gebergte.
  2. Stijginsregen -> warme lucht stijgt op en koelt meteen weer af, het gaat regenen.
  3. Frontale neerslag -> botsing warme en koude lucht.

Slide 7 - Tekstslide

Welke vorm komt vooral voor in Nederland
A
frontale neerslag
B
stijgingsneerslag
C
stuwingsneerslag

Slide 8 - Quizvraag

Waarom is het in Spanje warmer dan in NL?
A
hoogteligging
B
breedteligging
C
ligging aan zee

Slide 9 - Quizvraag

Waarom is het in Spanje warmer dan in Nederland?
  1. Breedteligging is lager dus de invalshoek van de zon is groter (kijk nog eens in hoofdstuk 1).
  2. Azoren-hogedrukgebied (dalende lucht, wolken lossen op) zorgt voor hete en droge zomers in grote delen van Spanje. Zie kaartje voor de ligging van dit hogedrukgebied.





Slide 10 - Tekstslide

Welke klimaatfactor maakt de Nederlandse winter relatief zacht?
A
hoogteligging
B
breedteligging
C
ligging aan zee

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Klimaten in Spanje
5 klimaten => Zie kaartje!
  1. Zeeklimaat (groen)
  2. Middellandse Zeeklimaat (geel)
  3. Landklimaat (oranje)
  4. Hooggebergteklimaat (blauw)
  5. Steppeklimaat (oranje)

Slide 14 - Tekstslide

Zeeklimaat noorden van Spanje: temperatuur hoger door lagere breedteligging. Hele jaar neerslag door aanlandige wind.
Middellandse Zeeklimaat aan de Spaanse "Costa's", Het is warm in de zomer en zacht in de winter. Neerslag valt in de winter. Je vindt hier veel massatoerisme. In de winter veel ouderen die overwinteren.
Landklimaat in het binnenland: hete, droge zomer en koude winter.
Hooggebergte klimaat in de bergen: Pyreneeen. Er zijn grote temperatuurverschillen op korte afstand.
Rond de stad Almeria is het heel droog: Steppeklimaat. Het regent er dus veel te weinig. Droogte is hier een groot probleem

Slide 15 - Tekstslide

Spanje
1. Mediterraan klimaat
2. gematigd zee klimaat
3. landklimaat
4. steppeklimaat
5. hooggebergteklimaat

Slide 16 - Tekstslide

Klimaat Canarische eilanden anders
Waarom???
- ligt zuidelijker
- vooral doordat het in de Atlantische oceaan ligt.

Daardoor:
In de winter warmer dan Spaanse Costa's
In de zomer koeler dan Spaanse Costa's

Slide 17 - Tekstslide

Spanje: ongelijke neerslag verdeling

Slide 18 - Tekstslide

Neerslag in Spanje
-noordwesten: veel neerslag
-zuidoosten: weinig neerslag


. Kleuren kaart:
-> hoe donkerder blauw, 
   hoe meer mm neerslag er valt.
-> Hoe donkerder geel,
    hoe minder neerslag er valt
Het binnenland van Spanje ligt in de regenschaduw: het is hier erg droog. Het binnenland is omringd door gebergten, hier komt bijna geen neerslag.

Slide 19 - Tekstslide

Waterproblemen in Spanje
  1. Teveel neerslag
  2. Te weinig neerslag
  3. Hoge verdamping

Slide 20 - Tekstslide

Wat is neerslagverdeling? de verdeling over.....
A
het jaar
B
het land

Slide 21 - Quizvraag

Wat is nuttige neerslag
A
neerslag - verdamping
B
verdamping - neerslag

Slide 22 - Quizvraag

Hoe onstaan deze problemen?
  • De neerslag is ongelijk over het land verdeeld.
  • Hoge neerslagintensiteit -> dit is de hoeveelheid neerslag die in 1 regenbui valt.
  • Hoge neerslagintensiteit = kans op overstroming
  • Hoge verdamping -> nuttige neerslag is laag
  • Nuttige neerslag is laag => neerslag _ verdamping


Slide 23 - Tekstslide

Nuttige neerslag = neerslag die beschikbaar is voor gebruik, dus de neerslag minus de verdamping.

Slide 24 - Tekstslide

neerslag verdeling
Almeria: nauwelijks neerslag

Cadiz: evenveel als in NL

Bilbao: meer neerslag als NL

Bilbao

Slide 25 - Tekstslide

Oplossingen?
  • Stuwdammen 
  • Aanvoer water via kanalen en pijpleidingen

Er moet daar wel water in
de buurt zijn!



                                                             Foto: stuwdam in de Pyreneeën

Slide 26 - Tekstslide

 oplossingen
Stuwdammen: 

grote stuwmeren zijn ontstaan. In droge tijden wordt dit water gebruikt voor landbouw (irrigatie) etc.

Slide 27 - Tekstslide

Irrigatie. Waarom daar?

Slide 28 - Tekstslide

Wat is neerslag intensiteit?
A
De schade van neerslag die valt
B
hoeveelheid neerslag die per uur of dag valt
C
De piekafvoer van de neerslag
D
ongelijke neerslag verdeling

Slide 29 - Quizvraag

Aan de slag!
1.5: opdracht 4, 5 en 7
1.6: opdracht 1 SAMEN!!, opdracht 4, 5, 7b, 7d, 8

Slide 30 - Tekstslide