2H les 1 week 7

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Het vliegtuig

Huren

vertellen

rester

bronzé

la terre

grâce à

essayer

de sneeuw

meer

moins

Regelmatige werkwoorden

In het Frans heb je 3 werkwoordsgroepen:

Groep 1 –ER  (donner)

Groep 2 –IR  (finir)

Groep 3 –RE  (vendre)

Regelmatige werkwoorden

Hoe vervoeg je deze werkwoorden in de présent?

Stappenplan vervoegen:

1. er/ir/re eraf halen

2. stam

3. stam + uitgang

Let op: iedere werkwoordsgroep heeft eigen uitgangen. 

Deze uitgangen moet je uit je hoofd leren.

Regelmatige werkwoorden

Groep 1 –ER  (donner)

Groep 2 –IR  (finir)

Groep 3 –RE  (vendre)

In chapitre 1 heb je geleerd hoe je de groep -ER moet vervoegen in de présent en passé composé.

                                                                         Weet je het nog? 

Regelmatige ww -er in présent

Combineer (sleep) op de volgende dia de persoonlijke voornaamwoorden met de juiste uitgangen.

Je/J'

Nous

Il/elle/on

Vous

Ils/elles

Tu

stam + es

stam + ent

stam + e

stam + ez

stam + e

stam + ons

Regelmatige werkwoorden

Groep 1 –ER  (donner)

1. ER eraf

2. Stam = donn

3. Donn + uitgang

je	donn	e
tu	donn	es
il/elle/on	donn	e
nous	donn	ons
vous	donn	ez
ils/elles	donn	ent

Had je ze allemaal goed?

Regelmatige ww -ir in présent

We gaan nu naar de 2de groep: groep -IR

Bijvoorbeeld finir (=eindigen) en choisir (=kiezen)

Kijk op de volgende dia goed naar de uitgangen van deze groep

Regelmatige werkwoorden

Groep 2 –IR  (finir)

1. IR eraf

2. Stam = fin

3. Fin + uitgang

je	fin	is
tu	fin	is
il/elle/on	fin	it
nous	fin	issons
vous	fin	issez
ils/elles	fin	issent

Deze uitgangen moet je uit je hoofd leren.

Regelmatige ww -re in présent

We zijn alweer bij de laatste groep. Groep 3: -RE

Bijvoorbeeld: vendre (=verkopen) en rendre (=teruggeven)

Kijk op de volgende dia goed naar de uitgangen van deze groep.

Regelmatige werkwoorden

Groep 3 –RE  (vendre)

1. RE eraf

2. Stam = vend

3. Vend + uitgang

je	vend	s
tu	vend	s
il/elle/on	vend
nous	vend	ons
vous	vend	ez
ils/elles	vend	ent

Deze uitgangen moet je uit je hoofd leren.

Samenvatting

Op de volgende dia zie je nog eens een samenvatting.

Regelmatige werkwoorden op ER/IR/RE in de présent

	-ER	-IR	-RE
Je	parl e	chois is	rend s
Tu	parl es	chois is	rend s
Il/elle/on	parl e	chois it	rend
Nous	parl ons	chois issons	rend ons
Vous	parl ez	chois issez	rend ez
Ils/elles	parl ent	chois issent	rend ent

Kleine check...

Hoe goed ken jij de regelmatige werkwoorden in de présent?

Hoeveel groepen regelmatige werkwoorden zijn er in het Frans?

1. deux
2. trois
3. quatre
4. cinq

Van welk regelmatig werkwoord is -issez een uitgang in de présent?

1. parler
2. vendre
3. choisir
4. descendre

Van welk regelmatig werkwoord is -s een uitgang in de présent?

1. rougir
2. écouter
3. réfléchir
4. perdre

Van welk regelmatig werkwoord is -issent een uitgang in de présent?

1. détester
2. attendre
3. réussir
4. rendre

Ik snap dit onderdeel heel goed:

JA

NEE

EEN BEETJE