1HV week 46

Salut!
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Salut!

Slide 1 - Tekstslide

Programme
Les devoirs apprendre 2, 3
Uitleg bezittelijk voornaamwoord
ex. 16ABCD

Slide 2 - Tekstslide

le frère
A
de broer
B
de zus
C
de familie
D
de vader

Slide 3 - Quizvraag

meilleur
A
morgen
B
beste
C
zaterdag
D
eten

Slide 4 - Quizvraag

De hond is in het Frans...

Slide 5 - Open vraag

uitnodigen
A
la fête
B
danser
C
l'invitation
D
inviter

Slide 6 - Quizvraag

avoir
=
hebben
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
j'
avons
ont
ai
avez
as
a

Slide 7 - Sleepvraag

Wij hebben
A
nous avons
B
vous avez
C
ils ont
D
nous sommes

Slide 8 - Quizvraag

Jij bent
A
Tu es
B
Il est
C
Il a
D
Tu as

Slide 9 - Quizvraag

Programme

Uitleg bezittelijk voornaamwoord + quiz
Maken ex. 16BCD
Nakijken / bespreken opdrachten

Slide 10 - Tekstslide

Het bezittelijk voornaamwoord
Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. 

Voorbeeld in het Nederlands?

Slide 11 - Tekstslide

Nederlands...
Het is mijn broer.
Het is jouw zus.
Het is haar familie.

Slide 12 - Tekstslide

Nu in het Frans!
Het is mijn broer. = C'est mon frère
Het is jouw zus. = C'est ta soeur
Het is haar familie. = C'est sa famille

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Regels
Het bezittelijk voornaamwoord werkt hetzelfde als het lidwoord.
Het past zich aan naar het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.

Is het zelfstandig naamwoord mannelijk? Dan is het bezittelijk voornaamwoord dat ook!


Slide 15 - Tekstslide

Regels
Hem/haar = son, sa, ses
Kijk naar het Franse zelfstandige naamwoord! Niet naar de Nederlandse vertaling.

Elisa, comment s'appelle ton frère
Jonas, comment s'appelle ta soeur?


Slide 16 - Tekstslide

Uitzondering
Let op bij woorden in enkelvoud die beginnen met een klinker of stomme h...
Dan krijgt het woord altijd de mannelijke vorm van het bezittelijk voornaamwoord!
Waarom? Klinkerbotsing!

dus niet ma amie, maar mon amie (mijn vriendin)

Slide 17 - Tekstslide

mijn vader = .........
A
mon frère
B
mon père
C
ma père
D
ma frère

Slide 18 - Quizvraag

jouw zus = .........
A
ton soeur
B
tes soeur
C
ta soeur
D
sa soeur

Slide 19 - Quizvraag

haar ouders = .........
A
ses parents
B
son parents
C
sa parents
D
tes parents

Slide 20 - Quizvraag

zijn vriendin = .........
A
sa amie
B
son amie
C
sa ami
D
son ami

Slide 21 - Quizvraag

Haar halfbroer

Slide 22 - Open vraag

Zijn oom

Slide 23 - Open vraag

jouw buurvrouw

Slide 24 - Open vraag

Mijn slaapkamer

Slide 25 - Open vraag

Au travail
Maak ex. 16BCD op blz. 58-60
Te makkelijk? Maak dan 16CDE op blz. 59-60

Hulp nodig? Kijk bij de uitleg bovenaan blz. 59

Wat niet af is, is huiswerk.
Klaar? Leer apprendre 4 + 5

Slide 26 - Tekstslide

Programme

Uitleg bezittelijk voornaamwoord
ex. 16ABCD

Slide 27 - Tekstslide

Salut!

Slide 28 - Tekstslide

Programme
Quiz/herhaling bezittelijk voornaamwoord
Controleren 16ABCD
Dialogen p. 61 + ex. 18, 21, 
Je me présente (ex. 23)

Slide 29 - Tekstslide

mijn vader = .........
A
mon frère
B
mon père
C
ma père
D
ma frère

Slide 30 - Quizvraag

jouw zus = .........
A
ton soeur
B
tes soeur
C
ta soeur
D
sa soeur

Slide 31 - Quizvraag

haar ouders = .........
A
ses parents
B
son parents
C
sa parents
D
tes parents

Slide 32 - Quizvraag

haar vriendin = .........
A
sa amie
B
son amie
C
sa ami
D
son ami

Slide 33 - Quizvraag

Haar hond

Slide 34 - Open vraag

Zijn oom

Slide 35 - Open vraag

Jouw tuin

Slide 36 - Open vraag

Slide 37 - Tekstslide

Haar halfbroer

Slide 38 - Open vraag

Zijn oom

Slide 39 - Open vraag

jouw buurvrouw

Slide 40 - Open vraag

Mijn slaapkamer

Slide 41 - Open vraag

Parler

Slide 42 - Tekstslide

Regels
Het bezittelijk voornaamwoord past zich aan naar het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort, net als het lidwoord.

Is het zelfstandig naamwoord mannelijk? Dan is het bezittelijk voornaamwoord dat ook!


Slide 43 - Tekstslide

Uitzondering
Let op bij woorden in enkelvoud die beginnen met een klinker of stomme h...
Dan krijgt het woord altijd de mannelijke vorm van het bezittelijk voornaamwoord!

dus niet ma amie, maar mon amie (mijn vriendin)

Slide 44 - Tekstslide

Programme
Quiz/herhaling bezittelijk voornaamwoord
Controleren 16ABCD
Dialogen p. 61 + ex. 18, 21, 
Je me présente (ex. 23)

Slide 45 - Tekstslide