§7.2 Onstaan van nieuwe soorten

§7.2 Onstaan van nieuwe soorten
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§7.2 Onstaan van nieuwe soorten

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

evolutie
Charles Darwin: On the origin of species

  - (genetische)variatie in een populatie
- meer nakomelingen dan "nodig"
                     - selectiedruk door de natuurlijke omgeving
- overlevingskansen
- nakomelingen

Slide 3 - Tekstslide

aanwijzingen evolutie theorie van Darwin
- geologische vondsten
- homologe bouw, homologe organen
- rudimentaire organen
- embryologische ontwikkeling
- (neodarwinisme) DNA- onderzoek

Slide 4 - Tekstslide

co-evolutie
Bij soorten die een voedselrelatie hebben.
(predator/prooi of producent/consument)
Een verandering in een eigenschap bij de ene soort veroorzaakt een grotere selectiedruk op de andere soort.
Voorbeeld: betere schutkleur, betere ogen
Hard rennen

Slide 5 - Tekstslide

Soortvorming
Allopatrische soortvorming = in van elkaar gescheiden gebieden
Sympatrische soortvorming = in hetzelfde gebied

Slide 6 - Tekstslide

allopatrische soortvorming
In de loop van de tijd worden dit verschillende soorten (ander DNA) door genetic drift en/of verschil in natuurlijke selectiedruk.

Slide 7 - Tekstslide

genetic drift

verandering in allel frequenties in een populatie


in kleine populaties

toeval


Slide 8 - Tekstslide

sympatrische soortvorming
voorkeur voor bepaald voedsel


voorkeur voor dag of nacht

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Weide leeuwerik in de US

Slide 11 - Tekstslide

          evolutie door seksuele selectie
  • (voortplantings) gedrag is erfelijk + vaak kiezen vrouwtjes hun partner
  • bepaalde erfelijke eigenschappen hebben voordeel (bv lange staart)
  • nageslacht van vrouwtjes met voorkeur voor lange staart hebben meer kans.
  • Zonen hebben lange staart en dochters hebben een voorkeur voor lange staart.
  • = > zichzelf versterkend effect                                                           

Slide 12 - Tekstslide

natuurlijke selectie <=> kunstmatige selectie
veeteelt, plantenverdeling
Niet de natuurlijke omgeving, maar de mens bepaalt welke individuen zich mogen voortplanten.

Slide 13 - Tekstslide