De diversiteitscirkel bespreken met de studenten. Eerst jezelf als voorbeeld, daarna een aantal studenten vragen.
De theorie achter de identiteitscirkel
Identiteit is meervoudig en veranderlijk. De vraag wie je bent kun je ook op collectief niveau beantwoorden. Zo heeft het land waarin je woont invloed op wie je bent en kunt zijn, door regeringsbeleid en maatregelen die daaruit voortvloeien. Daarnaast zijn er verschillende groepen waar je bij hoort en die invloed hebben op je identiteit. Een groepering is een groep waar je bij hoort zonder dat je elk lid van deze groep kent. Alle groeperingen waar je bij hoort bepalen je identiteit.
We onderscheiden zeven identiteitsaspecten
1. Sekse en gender
2. Generatie en levensfase
3. Etniciteit
4. Ziekte, gezondheid, talenten en handicaps
5. Seksuele oriëntatie
6. Religie en levensbeschouwing
7. Sociale klasse en professionele socialisatie
Sommige dimensies van identiteit hebben meer invloed op jouw leven dan anderen. En, sommige hebben veel invloed op hoe anderen naar jou kijken en met je omgaan.
Misschien lijkt het wel alsof elk aspect van identiteit op zichzelf staat, maar de werkelijkheid is anders: alles heeft met elkaar te maken. Dit wordt ook wel gelijktijdigheid genoemd, omdat de verschillende aspecten in het leven van mensen gelijktijdig invloed hebben op elkaar.
Referenties:
Loeffen, T., & Tigchelaar, H. (2013). Retourtje Inzicht. Creatief met diversiteit voor sociale professionals. Uitgeverij Coutinho.
Hieronder wordt weergegeven uit welke dimensies de diversiteitscirkel bestaat. Daarbij worden vragen
gesteld die je op weg kunnen helpen bij het nader definiëren van de dimensies zelf. Deze vragen zijn ten
eerste gericht op jezelf. Het invullen van je eigen diversiteitscirkel strekt tot de aanbeveling. Uiteraard
kunnen de vragen ook houvast bieden bij het invullen van de diversiteitscirkel voor een ander.
Sekse en gender: wat heb jij geleerd over hoe vrouwen/mannen zich horen te gedragen? In hoeverre typeer je jezelf als man of vrouw? Welke invloed heeft je religie, klasse en etniciteit op je rol als man/vrouw?
Religie en levensbeschouwing: Wat voor levensvisie of religie heb je van huis uit mee gekregen? Hoe belangrijk is dit voor jou? Heeft het je gevormd? Wat is goed of slecht? Hoe zie je jouw
verantwoordelijkheid?
Etniciteit en nationaliteit: waar ben jij en/ of zijn je ouders geboren? Waar voel je je thuis? Welke tradities zijn belangrijk voor jou? Wat voor taal/dialect spreek je thuis?
Seksuele oriëntatie: hetero- of homoseksueel? Of biseksueel? Transseksueel? Aseksueel? Hoe open kun je zijn over wie je bent en hoe je je voelt? Kruist je seksualiteit met één van je andere aspecten?
Levensfase en generatie: hoe oud ben je? Hoe wordt je generatie getypeerd? Wat betekent je generatie voor jou? Hoe verhoud je je tot andere generaties?
Talent en handicap: Wat zie jij als je handicap of beperking? Wat zie jij als jouw talenten? Kan je je talenten inzetten in het beroep van pedagoog?
Klasse en professionele socialisatie: in welke sociale klasse ben je geboren? Welke waarden en normen zijn voor jou voortgekomen uit je klasse en sociale economische positie? Wat voor
opleiding heb je gevolgd? Wat voor opleiding hebben je ouders gevolgd? Word je geholpen door je maatschappelijke achtergrond?
Als je de verschillende dimensies van de diversiteitscirkel hebt ingevuld, kun je kijken naar de verbanden tussen de dimensies die samen jouw identiteit uitmaken. Onderstaande vragen kunnen
daarbij helpen.
Wie ben ik?
Wie of wat bepaalt wie ik ben?
Bij wie hoor ik, bij wie/wat voel ik me eigenlijk thuis?
Ben ik de afgelopen jaren veranderd? Hoe komt het dat ik veranderd ben?
Uitleg keuzetool
Welke gebeurtenissen hebben hieraan bijgedragen?
Hoe kan ik en wil ik betekenis aan mijn identiteit geven?
Hoe zien anderen mij? Hoe wil ik dat anderen mij zien? Kan ik hier invloed op uitoefenen?
Hoe hebben de verschillende dimensies invloed gehad op mijn identiteit?
Hebben de verschillende dimensies invloed op elkaar?
Welke dimensie speelt nu een grote rol in mijn leven?
Is er minimaal een vooroordeel verwerkt in jouw verslag?