Tussentijdse toets thema 1 - planten

Thema 1 - Planten
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Thema 1 - Planten

Slide 1 - Tekstslide

Welke stoffen heeft de plant nodig voor Fotosynthese?
A
Water Zuurstof
B
Zuurstof Koolstofdioxide
C
Water Koolstofdioxide
D
Water Glucose

Slide 2 - Quizvraag

Welke stoffen ontstaan bij de Fotosynthese?
A
Water Glucose
B
Glucose Koolstofdioxide
C
Glucose Zuurstof
D
Zuurstof Water

Slide 3 - Quizvraag

In welke letter vindt Fotosynthese plaats?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 4 - Quizvraag

Kijk naar stand 2.
Wat zullen de weersomstandigheden zijn?
A
Koel, droog en windstil weer
B
Warm, droog weer met veel wind
C
Warm, regenachtig en windstil weer

Slide 5 - Quizvraag

In welk onderdeel van een blad kan Fotosynthese plaatsvinden?
A
In de nerf
B
In de opperhuid
C
In de sluitcel van een huidmondje

Slide 6 - Quizvraag

3. Welke cellen uit de doorsnede van dit blad bevatten bladgroen?
A
1 en 2
B
2 en 4
C
2, 3 en 4
D
Alle cellen

Slide 7 - Quizvraag

Goed of Fout?
Bij warm en droog weer
gaat het huidmondje dicht.
A
Goed
B
Fout

Slide 8 - Quizvraag

Hoe heet nummer 4
A
Cytoplasma
B
Celkern
C
Vacuole
D
Celmembraan

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heet nummer 1
A
Celkern
B
Cytoplasma
C
Celmembraan
D
Bladgroenkorrel

Slide 10 - Quizvraag

In welk nummer vindt Fotosynthese plaats?
A
1
B
3
C
4
D
5

Slide 11 - Quizvraag

Je ziet hier een dwarsdoorsnede van een stengel met vaatbundels. Welke kleur hebben de houtvaten in de tekening?
A
Paars
B
Rood
C
Geel

Slide 12 - Quizvraag

Een plant neemt water en mineralen op via de wortelharen. In welke vaten gaat het water daarna gelijk?
A
Bastvaten
B
Houtvaten

Slide 13 - Quizvraag

Een plant maakt via assimilatie zetmeel en vetten van glucose. Welke stof maakt hij nog meer van glucose?
A
Water
B
Zuurstof
C
Eiwitten
D
Mineralen

Slide 14 - Quizvraag

Welke 2 stoffen heb je nodig voor verbranding?
A
Water en Glucose
B
Glucose en Koolstofdioxide
C
Zuurstof en Water
D
Glucose en zuurstof

Slide 15 - Quizvraag

Welke anorganische stoffen ontstaan bij verbranding?
A
Glucose en water
B
Water en koolstofdioxide
C
Water en zuurstof
D
Zuurstof en glucose

Slide 16 - Quizvraag

Welke stof toon je aan met helder kalkwater? En wat gebeurt er?
A
Zetmeel, het wordt blauw/zwart
B
Zetmeel, het wordt troebel
C
Koolstofdioxide, het wordt blauw/zwart
D
Koolstofdioxide, het wordt troebel

Slide 17 - Quizvraag

In welk deel van het blad zuigen bladluizen stoffen op? En aan welke kant van het blad zitten deze luizen?
A
In de bastvaten, aan de onderkant
B
In de houtvaten, aan de onderkant
C
In de bastvaten, aan de bovenkant
D
In de houtvaten, aan de bovenkant

Slide 18 - Quizvraag

Het zaad van een pruim ontkiemt in de grond.
Welke twee stoffen neemt het zaadje uit de omgeving op, vóórdat het kiemplantje boven de grond komt?

A
Glucose en zuurstof
B
Glucose en Koolstofdioxide
C
Water en Koolstofdioxide.
D
Zuurstof en Water.

Slide 19 - Quizvraag

In een oplossing vindt verbranding plaats. Daarbij komt koolstofdioxide vrij.
Welke stof komt nog meer vrij bij verbranding?

A
Glucose
B
Water
C
Zuurstof

Slide 20 - Quizvraag

Welke stoffen kan een plant opnemen via de wortelharen?

A
Glucose en Water
B
Mineralen en Water
C
Water, Mineralen en Glucose

Slide 21 - Quizvraag

Voor de vorming van welke organische stof is nitraat nodig?
A
Glucose
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Zetmeel

Slide 22 - Quizvraag

Organisch of Anorganisch?
Deze stof bevat veel energie.
A
Organisch
B
Anorganisch

Slide 23 - Quizvraag

Organisch of Anorganisch?
Zetmeel.
A
Organisch
B
Anorganisch

Slide 24 - Quizvraag

Organisch of Anorganisch?
Water
A
Organisch
B
Anorganisch

Slide 25 - Quizvraag

Organisch of Anorganisch?
Mineralen
A
Organisch
B
Anorganisch

Slide 26 - Quizvraag

Juist of Onjuist?
Nummer 2 in de tekening hiernaast is een bastvat.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

In buis 1 en 2 bevindt zich een plant.
In welke buizen vindt verbranding plaats?
A
Alleen in buis 1
B
Alleen in buis 2
C
In buis 2 en 3
D
In buis 1 en 2

Slide 28 - Quizvraag

In welke buis vindt verbranding plaats? En in welke buis vindt fotosynthese plaats?
A
In buis 4 Verbranding. In buis 5 Fotosynthese.
B
In buis 4 Verbranding. In buis 5 zowel Verbranding als Fotosynthese.
C
In buis 4 en 5 alleen fotosynthese.
D
In buis 4 en 5 alleen verbranding.

Slide 29 - Quizvraag

3. Kijk naar het schema hiernaast.

Wat is proces 1?
Wat is proces 2?
A
Proces 1 = Fotosynthese Proces 2 = Verbranding
B
Proces 1 = Fotosynthese Proces 2 = Assimilatie
C
Proces 1 = Verbranding Proces 2 = Assimilatie
D
Proces 1 = Assimilatie Proces 2 = Fotosynthese

Slide 30 - Quizvraag

Welke delen van een plant zitten huidmondjes?
A
In wortels
B
In bloemen
C
In bladeren

Slide 31 - Quizvraag