Meervoudsvormen in het Engels

Meervoudsvormen in het Engels
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Meervoudsvormen in het Engels

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de meervoudsvormen in het Engels begrijpen en toepassen.

Slide 2 - Tekstslide

Vertel de studenten wat ze kunnen verwachten van de les en wat ze aan het einde moeten weten.
Wat weet je al over het maken van meervoudsvormen in het Engels?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn meervoudsvormen?
Meervoudsvormen zijn het veranderen van een enkelvoudig zelfstandig naamwoord in een meervoudig zelfstandig naamwoord.

Slide 4 - Tekstslide

Geef een definitie van meervoudsvormen en leg uit waarom ze belangrijk zijn in het Engels.
Regelmatige meervoudsvormen
Regelmatige meervoudsvormen worden gevormd door simpelweg een 's' aan het einde van het zelfstandig naamwoord toe te voegen.

Slide 5 - Tekstslide

Geef voorbeelden van regelmatige meervoudsvormen en laat de studenten oefenen met het maken van regelmatige meervoudsvormen.
Onregelmatige meervoudsvormen
Onregelmatige meervoudsvormen hebben geen vaste regel en moeten uit het hoofd worden geleerd.

Slide 6 - Tekstslide

Geef voorbeelden van onregelmatige meervoudsvormen en laat de studenten oefenen met het maken van onregelmatige meervoudsvormen.
Veelvoorkomende uitzonderingen
Er zijn enkele veelvoorkomende uitzonderingen op de regelmatige en onregelmatige meervoudsvormen, zoals woorden die eindigen op een medeklinker + 'y'.

Slide 7 - Tekstslide

Geef voorbeelden van veelvoorkomende uitzonderingen en laat de studenten oefenen met het maken van meervoudsvormen voor deze woorden.
Werkwoorden in meervoudsvormen
Werkwoorden moeten ook in meervoudsvormen worden gebruikt als het onderwerp meervoudig is.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit hoe werkwoorden in meervoudsvormen moeten worden gebruikt en laat de studenten oefenen met het maken van correcte zinnen.
Oefeningen
Laat de studenten oefenen met het maken van meervoudsvormen en het gebruik van werkwoorden in meervoudsvormen.

Slide 9 - Tekstslide

Geef enkele oefeningen die de studenten individueel of in groepen kunnen doen om hun begrip te testen.
Samenvatting
Herhaal de belangrijkste punten van de les en laat de studenten vragen stellen.

Slide 10 - Tekstslide

Sluit de les af met een korte samenvatting en geef de studenten de kans om eventuele vragen te stellen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.