Creatief schrijven & spelling les 5: samengestelde woorden
Creatief schrijven & Spelling
les 5
Nederlands - jaar 1 - periode 2 - 2022/2023
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Creatief schrijven & Spelling
les 5
Nederlands - jaar 1 - periode 2 - 2022/2023
Slide 1 - Tekstslide
We starten met 10 minuten lezen.
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
0
Slide 3 - Video
Terugblik
Vorige les heb je geleerd welke regels je toepast bij de meervoudsvormen.
Slide 4 - Tekstslide
Wat is het meervoud van industrie?
A
industrieën
B
industriën
Slide 5 - Quizvraag
Wat is het meervoud van cd?
A
cd's
B
cd-s
C
cd'en
D
cds
Slide 6 - Quizvraag
Wat is het meervoud van politicus?
A
politici
B
politici's
C
politicussen
D
politicies
Slide 7 - Quizvraag
Wat is het meervoud van museum?
A
musea's
B
museums
C
musea
D
musea en museums
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het meervoud van abonnee?
A
Abonnees
B
Abonneën
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het meervoud van havik?
A
haviken
B
havikken
C
haviks
Slide 10 - Quizvraag
Wat is het meervoud van knie?
A
kniën
B
knieën
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het meervoud van logé?
A
logés
B
logees
Slide 12 - Quizvraag
Meervouden van zelfstandige naamwoorden
Woorden die eindigen op -e: krijgen -en en -s vb. seconde-secondes/secondenWoorden die eindigen op –s of f: krijgen z of v vb.grens-grenzen
Woorden die eindigen op –ee of –ie: krijgen ën of n met trema op de laatste e vb. idee-ideeën
Woorden die eindigen op klinker: krijgen een ‘s bij uitspraak verandering vb. oma-oma’s
Woorden die eindigen op onbeklemtoonde –el, -es, -et, -ik, of –it krijgen geen verdubbeling van de laatste medeklinker vb. dreumes-dreumesen
Woorden krijgen een klinkerverandering vb stad-steden
Woorden uit het Latijn: vb. museum-musea/museums
Woorden met alleen meervoud of enkelvoud vb. vee, zand, hersenen
Slide 13 - Tekstslide
Vooruitblik
Aan het eind van deze les...
...ken je de regels voor de spelling van samengestelde woorden.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
0
Slide 21 - Video
Aan de slag!
Je kunt nieuwe woorden vormen door twee bestaande woorden samen te voegen. Als je zo'n samenstelling maakt van twee zelfstandige naamwoorden, moet je soms een -n schrijven tussen de twee woorden.
Maak slide 24 t/m 48
Slide 22 - Tekstslide
Schrijf het eerste deel van de samenstelling op in het enkelvoud. Schrijf achter elk zelfstandig naamwoord de meervoudsvorm. Let op, sommige woorden hebben twee meervoudsvormen! Schrijf in dat geval beide vormen op. 'paardenstaart'
Slide 23 - Open vraag
Schrijf het eerste deel van de samenstelling op in het enkelvoud. Schrijf achter elk zelfstandig naamwoord de meervoudsvorm. Let op, sommige woorden hebben twee meervoudsvormen! Schrijf in dat geval beide vormen op. 'plantenspuit'
Slide 24 - Open vraag
Schrijf het eerste deel van de samenstelling op in het enkelvoud. Schrijf achter elk zelfstandig naamwoord de meervoudsvorm. Let op, sommige woorden hebben twee meervoudsvormen! Schrijf in dat geval beide vormen op. 'kippenhok'