Arbeidsomstandigheden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Startklaar

       

      Telefoon in het zakkie 

      Laptop dicht op tafel 
       Map en pen op tafel

       

      

Statement of Inquiry:

Technische innovatie creëert kansen en uitdagingen voor de mens.

Unit: Burgers en stoommachines

Learner Profile: Onderzoekend en goed geïnformeerd zijn.

ATL: bestaande kennis toepassen om nieuwe ideeën, producten of processen te genereren

Related concepts: Innovatie en revolutie. En causaliteit (oorzaak en gevolg)

Key concept: Verandering

Global context: Wetenschappelijke en technische innovatie

Programma

• Wat weten we al?
• Introductie
• Leerdoelen
• Instructie
• Aan de slag
• Evaluatie en reflectie

Overzicht periode 2

Week 1	Week 2	Week 3	Week 4
Voorkennis	Burgers en stoommachines	Een veranderende samenleving	De stoommachine

Week 5	Week 6	Week 7
Zwarte sneeuw	Kinderarbeid	Arbeids-omstandigheden

Wat weten we al?

Hieronder zie je weer de tijdbalk met de belangrijke periodes in de geschiedenis van Nederland. Deze unit gaat over de 19e eeuw. Dit tijdvak noemen we ook wel de tijd van burgers en stoommachines.          V

Wat weten we al?

Wat zijn de 3 belangrijkste 

redenen dat kinderarbeid 

nog steeds bestaat?

(What are the 3 main reasons 

that child labor still exists?)

De 3 belangrijkste redenen dat kinderarbeid bestond en nog steeds bestaat, zijn ...
(The 3 main reasons that child labor existed and still exists are…)

Denkvraag

Wat is het verschil tussen jouw leven en het leven van een kind dat in een mijn, op het land of in een textielfabriek werkt? 

(What is the difference between your life and the life of a child who works in a mine, in the fields or in a textile factory?)

Denkvraag

Waarom wilde minister Van Houten het Kinderwetje invoeren?

(Why did Minister Van Houten want to introduce the Children's Law?)

Wat hoort bij het tijdvak REGENTEN EN VORSTEN
(1600-1700)?
Kies 3 antwoorden: 18e eeuw - Bataafse Republiek - 17e eeuw - begin wereldhandel - Franse Revolutie - Gouden Eeuw

Wat hoort bij het tijdvak PRUIKEN EN REVOLUTIES
(1700-1800)?
Kies 3 antwoorden: 18e eeuw - Bataafse Republiek - 17e eeuw - begin wereldhandel - Franse Revolutie - Gouden Eeuw

Introductie van de les

Lees samen met de meester blz 116 en 117 

Kijkvraag

Hoe zie je aan deze afbeelding dat

de arbeidsomstandigheden slecht

zijn?

(How can you tell from this image 

that the working conditions are 

bad?)

Welke belangrijke veranderingen heb jij net in het filmpje gezien en gehoord in het Nederland van de 19e eeuw?

Leerdoelen: aan het eind van deze week

• kunnen we uitleggen waarom de leef- en arbeidsomstandigheden in de 19e eeuw leidden tot de sociale kwestie.
• kunnen we hier een debat over voeren.

• we can explain why living and working conditions in the 19th century led to the social issue.
• we can have a debate about this.

Aantekeningen

Schrijf de belangrijkste sleutelwoorden op je aantekenpapier:

Kijkvragen voor de volgende 

film: Welke 3 soorten 'pollution'

(= verontreiniging) zie je in dit 

filmpje?

Instructie concepten

Met arbeidsomstandigheden bedoelen we de situaties waarin mensen werken. Leefomstandigheden zijn de situaties waarin mensen hun vrije tijd doorbrengen. 

(By working conditions we mean the situations in which people work. Living conditions are the situations in which people spend their free time.)

Schrijf op je aantekeningenblad de definitie van arbeidsomstandigheden en leefomstandigheden.

Kijkopdracht

Kan je na de volgende video de tabel invullen?

(Can you fill in the table after the next video?)

Kijkopdracht

Kan je de tabel nu invullen?

(Can you fill in the table now?)

Leefomstandigheden

Arbeidsomstandigheden

Lees opdracht

We lezen nu samen een tekst over de oorzaken en gevolgen (about the causes and consequences) van de slechte arbeidsomstandigheden in de 19e eeuw. 

Lees samen met de meester Arm en rijk (blz 119)

Leesvraag: Waarom gaven de fabrieksbazen geen hogere lonen? 

(Why didn't factory bosses give higher wages?)

Lees opdracht

We lezen nu verder over De sociale kwestie (blz 120 en 121)

Leesvraag: Wat is de sociale kwestie? Waar ging het over?

(What is the social issue? What was it about?)

Verdiepingsvragen

Waarom zouden juist mensen als dokters, leraren en dominees zich zorgen maken over fabrieksarbeiders?

(Why would people like doctors, teachers and pastors worry about factory workers?)

Verdiepingsvragen

Wat was de relatie tussen de sociale kwestie en het Kinderwetje van Van Houten? Wat hadden ze met elkaar te maken?

(What was the relationship between the social issue and Van Houten's Children's Act? What did they have to do with each other?)

Debat

We gaan nu een debat voorbereiden over de Industriële Revolutie. Jullie mogen kiezen:

Stelling 1 is: De Industriële Revolutie is een goede ontwikkeling geweest! (tussen de fabrieksbazen en de arbeiders)

 of

Stelling 2 is: Kinderarbeid moet verboden worden!

(tussen de dokters en de arme ouders)

De 3 belangrijkste redenen dat kinderarbeid bestond en nog steeds bestaat, zijn ...
(The 3 main reasons that child labor existed and still exists are…)

Wat zou er moeten gebeuren om kinderarbeid in de hele wereld uit te bannen?
(What should be done to eliminate child labor worldwide?)

Welke woorden passen het best bij verontreiniging?
(Which words best describe pollution?)

1. fabrieken (factories)
2. 19e eeuw (19th century)
3. verboden (forbidden)
4. onvermijdelijk (inevitable)

In welke zin is het concept 'smog' juist gebruikt?
(In what sense is the concept of 'smog' correctly used?)

2. Omdat het in het dorp te gevaarlijk werd.
3. Omdat ze hun zelfgemaakte producten niet meer konden verkopen.
4. Omdat het in de stad rustiger was dan het dorp.

In welke zin is het concept 'smog' juist gebruikt?

(In what sense is the concept of 'smog' correctly used?)

Er zat een dikke laag smog in het water.

(There was a thick layer of smog in the water.)

Door de smog kregen veel burgers last van hun longen.

(The smog caused many citizens to suffer from lung problems.)

In de 19e eeuw was er nog geen smog.

(There was no smog in the 19th century.)

Reflectie

Pak je aantekeningen blad erbij.

Welke nieuwe woorden heb jij opgeschreven?

Welke woorden heeft je buurman/buurvrouw opgeschreven?

Is het duidelijk voor jezelf?

OPDRACHT:

Zorg dat je aantekeningen duidelijk staan omschreven. Welke woorden moeten er in terugkomen? Bespreek dit met de klas.

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Leerdoel 1: Ik kan uitleggen waar de sociale kwestie over ging. (I can explain what the social issue was about)

Ja

Nee

Een beetje

Leerdoel 2: Ik kan vertellen wáár in de wereld nog steeds sprake is van kinderarbeid (where there is still child labor in the world).

Ja

Nee

Een beetje

Volgende keer (next time)

Deze les ging over kinderarbeid, dat nog steeds voorkomt, maar niet goed is voor kinderen. Ze kunnen daardoor bijvoorbeeld niet naar school en dat is dus niet goed voor hun ontwikkeling. Het is ook vaak gevaarlijk, vies en ongezond. In de volgende les leren we meer over deze slechte arbeidsomstandigheden.

This lesson was about child labor, which still occurs, but is not good for children. For example, they cannot go to school and that is not good for their development. It is also often dangerous, dirty and unhealthy. In the next lesson we will learn more about these poor working conditions.