In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
BONJOUR !!!
Adjectif qualificatif
Ofwel: het bijvoeglijk naamwoord
Slide 1 - Tekstslide
Vertel in het Frans in volledige zinnen: - Dat je een kleine broer hebt. - Dat hij aardig is. - Dat jullie een kat hebben.
Slide 2 - Open vraag
Vul de juiste vorm van het woord in: La ...... (bon) glace.
Slide 3 - Open vraag
Vul de juiste vorm van het woord in: Les filles ..... (malade).
Slide 4 - Open vraag
Vul de juiste vorm van het woord op de juiste plek in. Schrijf alle woorden op. Les ...... lapins ..... (grand)
Slide 5 - Open vraag
Vul de juiste vorm van het woord op de juiste plek in. Schrijf alle woorden op. La ...... femme ..... (actif)
Slide 6 - Open vraag
Traduis: vieux
Slide 7 - Open vraag
Welk woord past het best? L'oiseau est très actif/ beau: il chante pendant des heures.
Slide 8 - Open vraag
Traduis: Mijn kleine zus is aardig
Slide 9 - Open vraag
Remplis: C'est une ... maison (grand)
Slide 10 - Open vraag
Traduis: Ik heb twee schattige katten
Slide 11 - Open vraag
Traduis: Het is een geweldige (formidable) familie
Slide 12 - Open vraag
Vertaal mijn bed is groot en mooi
Slide 13 - Open vraag
Quelle est la forme masculine plurielle de 'bonne' ?
A
bonnés
B
bon
C
bonnes
D
bons
Slide 14 - Quizvraag
Quelle est la forme féminine de 'grand' ?
A
granda
B
grando
C
grande
D
grandé
Slide 15 - Quizvraag
Lesdoelen:
Je geheugen opfrissen:
wat is een adjectif ?
hoe pas je het aan aan het zelfstandig naamwoord?
wat is de plaats in de zin?
en welke uitzonderingen zijn er ook al weer?
Dan: oefenen!
Slide 16 - Tekstslide
Adjectif - bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
C'est une robebleue.
Het komt ook vaak na een koppelwerkwoord (en dan vooral vaak na een vorm van het werkwoord 'zijn').
La robe est bleue.
Slide 17 - Tekstslide
Het adjectif past zich aan
In het Frans verandert het bijvoeglijk naamwoord zodat het bij het zelfstandig naamwoord past (dat mannelijk, vrouwelijk en/of meervoud is).
Le jean est bleu.
La robe est bleue.
Slide 18 - Tekstslide
BASIS = REGELMATIG
mannelijk vrouwelijk
enkelvoud - e
meervoud -s -es
MAAR: (1) als er al een e staat op het eind, komt er GEEN extra e achter: un jeunegarçon - une jeunefille
MAAR: (2) als er al een s staat op het eind, komt er GEEN extra e achter: un éléphantgris - deux éléphantsgris
Slide 19 - Tekstslide
dus...
We nemen als voorbeeld GROEN = VERT
le sac vert -> mannelijk enkelvoud
la voiture verte -> vrouwelijk enkelvoud
les sacs verts -> mannelijk meervoud
les voitures vertes -> vrouwelijk meervoud
Slide 20 - Tekstslide
Cherchez l'adjectif:
Zoek het bijvoeglijk naamwoord en leg uit (of in stilte in je hoofd, of hardop samen met je buurman/-vrouw) hoe het is aangepast aan het zelfstandig naamwoord.
Ma chambre est petite.
Mon père est intelligent.
Utrecht est une grande ville.
Le prof a les cheveux blonds.
Tu as aussi les yeux bleus?
Slide 21 - Tekstslide
Le chat est ....
A
grand
B
grande
Slide 22 - Quizvraag
Les filles sont ...
A
joli
B
jolis
C
jolie
D
jolies
Slide 23 - Quizvraag
ONREGELMATIG
-ON WORDT -ONNE BON / BONNE
-EN WORDT -ENNE ITALIEN / ITALIENNE
-EUX WORDT -EUSE HEUREUX / HEUREUSE
-IF WORDT -IVE SPORTIF / SPORTIVE
-ER WORDT -ÈRE PREMIER / PREMIÈRE
Dit geldt voor alle woorden met deze letters op het einde!
Slide 24 - Tekstslide
NOG ONREGELMATIGER
M V MMV VMV
beau (mooi) -> belle -> beaux -> belles
nouveau (nieuw) -> nouvelle -> nouveaux -> nouvelles
long (lang) -> longue -> longs. -> longues
vieux (oud) -> vieille -> vieux -> vieilles
Slide 25 - Tekstslide
C'est une (...) idée!
A
bon
B
bonne
C
bons
D
bonnes
Slide 26 - Quizvraag
C'est une (...) histoire
A
long
B
longue
C
longs
D
longues
Slide 27 - Quizvraag
PLAATS VAN HET ADJECTIF
Meestal staat het bijvoeglijk naamwoord ACHTER het zelfstandig naamwoord.
C'est une personnegentille.
Maar er zijn een aantal uitzonderingen die VOOR het zelfstandig naamwoord komen.