Les 6 TNL eiwitten

Eiwitten
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
TNLMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Eiwitten

Slide 1 - Tekstslide

Programma
13:15 Start
13:20 Leerdoelen en een Quiz (terugblik naar koolhydraten en vetten)
13:30 Uitleg over Eiwitten 
13:45 Opdrachten tussendoor!
14:00 Leerdoelen check en evaluatie
14:00 Huiswerk 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt 3 producten of lichaam stoffen noemen waarin eiwitten zitten 
  • Je weet uit welke moleculen eiwitten zijn opgebouwd 
  • je weet waaruit eiwitten zijn opgebouwd
  • je kunt 1 toepassing noemen van eiwit 
  • je kunt 2 eigenschappen noemen van eiwit 


Slide 3 - Tekstslide

Wat heb je nodig? 
Telefoon
Pen/stift/potlood
Papier/schrift 
Goed humeur!

Slide 4 - Tekstslide

Quiz time!

Slide 5 - Tekstslide

Noem 2 eigenschappen van Koolhydraten

Slide 6 - Open vraag

wat is een Maillard reactie?
A
reactie tussen eiwit en koolhydraat
B
Reactie tussen koolhydraten en vetten
C
reactie tussen eiwit en vetten
D
reactie tussen koolhydraten, vetten en eiwitten

Slide 7 - Quizvraag

Vet en Koolhydraten bestaan uit:
A
Koolstof (c) Waterstof (H) stikstof (N)
B
Koolstof (C) Waterstof (H) zuurstof (O)
C
Waterstof en stikstof
D
zuurstof en koolstof

Slide 8 - Quizvraag

vet is opgebouwd uit triglyceriden (glycerol met 3 vetzuren)
ja
nee

Slide 9 - Poll

Proteïnen is een ander woord voor eiwitten
ja
nee

Slide 10 - Poll

Eiwitten
Eiwitten worden ook wel proteïnen genoemd. 
Proteïnen is het Engelse woord voor eiwitten. 
Eiwitten hebben we nodig als bouwstof voor ons lichaam. 

eiwitten vind je in: spierweefsel, steunweefsel, enzymen , hormonen en bloedcellen 
eiwitten vind je ook in: melk vlees, ei, graanproducten en peulvruchten. 

Slide 11 - Tekstslide

eiwitten komen voor in:
A
boter
B
bloemen
C
melk, vlees, ei, graanproducten
D
mandarijnen, bananen

Slide 12 - Quizvraag

Bekende eiwitten
Caseïne => een melk eiwit 
Albumine => in melk en eieren
Gluten => granen 

Slide 13 - Tekstslide

noem 1 bekende eiwit ?

Slide 14 - Open vraag

Bouw en soorten

eiwitten bestaan uit: Koolstof (C), Waterstof (H), zuurstof (O) en stikstof (N). sommige eiwitten bevatten ook nog zwavel (s). 


Slide 15 - Tekstslide

eiwit bestaat uit zuurstof, waterstof, koolstof en stikstof (soms zwavel)
das waar
das niet waar

Slide 16 - Poll

Aminozuren 
Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Voor de opbouw van een eiwitten zijn ruim 20 verschillende aminozuren nodig. alle eiwitten zijn opgebouwd op hun eigen manier (een koemelk eiwit is weer anders dan een spiereiwit) 

Er zijn ook essentiële aminozuren, 9 stuks, die kan het lichaam niet zelf maken dus die moeten we uit voedsel halen. De niet-essentiële aminozuren kan ons lichaam zelf aanmaken 

Slide 17 - Tekstslide

hoeveel essentiële aminozuren zijn er?
A
7
B
3
C
6
D
9

Slide 18 - Quizvraag

opbouw 
twee aminozuren kunnen samen een verbinding vormen. Hierbij komt water vrij. 
twee aminozuren bij elkaar heet een ; dipeptide 
drie bij elkaar heet: tripeptide 
heel veel aminozuren heet: polypeptide 

Slide 19 - Tekstslide

heel veel aminozuren aan elkaar heet een polypeptide
das waar
das niet waar

Slide 20 - Poll

bouw eiwit 

Slide 21 - Tekstslide

toepassingen 
eiwitten worden op de volgende manieren toegepast in de levensmiddelenindustrie; 
  • als vocht regulerend middel (instant soepen) 
  • als vochtbindend middel (worst, pasta) 
  • als schuimvormer (noga, schuimpjes) 
  • als emulgator (vleeswaren, sauzen bv mayonaise) 

Slide 22 - Tekstslide

noem 2 toepassingen

Slide 23 - Woordweb

Eigenschappen 
oplosbaarheid: hangt af van de soort en pH (bv zure melk klontert (dat zijn de eiwitten) 
opzwelbaarheid: eiwit kan opzwellen omdat het in het molecuul een deel water kan kome, daardoor zwelt eiwit op (denk maar aan een spons) 
opklopbaarheid: schuimvormend vermogen denk bv aan schuimpjes of het schuim op bier. 

Slide 24 - Tekstslide

Eigenschappen 
Maillard reactie : bruinkleuring, reactie van koolhydraten en eiwitten 

emulgerend vermogen: eiwit moleculen kunnen op het grensvlakgaan zitten van olie en water zodat die twee stoffen wel samen gaan (emulgator) 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Huiswerk 
Proteïne Next Top Model
De opdracht: Proteïne Next Top Model gaat over het beste eiwit van de klas. Je kiest een eiwit uit de  lijst. Met behulp van informatie op het internet verdiep je je in dit eiwit. Vervolgens maak je een poster over je gekozen eiwit en maak je daarom duidelijk waarom jouw eiwit het beste is en in aanmerking komt voor de titel ‘Proteïne Next Top Model’. Wij kiezen als docenten uiteindelijk het nieuwe ‘Proteïne Next Top Model’.
De poster:
De Poster mag je maken op papier met knippen/plakken/verven/bouwen lekker creatief zijn! Als je een poster met creatieve ideeën maakt maak je er een foto van en upload je het naar je mail. De poster mag ook in Word of iets anders gemaakt worden.

Slide 27 - Tekstslide

Leerdoelen check 
  • Je kunt 3 producten of lichaam stoffen noemen waarin eiwitten zitten
  • Je weet uit welke moleculen eiwitten zijn opgebouwd
  • je weet waaruit eiwitten zijn opgebouwd
  • je kunt 1 toepassing noemen van eiwit
  • je kunt 2 eigenschappen noemen van eiwit 

Slide 28 - Tekstslide

Samenvatting 
Eiwitten vind je in: spierweefsel, steunweefsel, enzymen , hormonen en bloedcellen
Eiwitten vind je ook in: melk vlees, ei, graanproducten en peulvruchten. 
Eiwitten bestaan uit: Koolstof (C), Waterstof (H), zuurstof (O) en stikstof (N). (soms zwavel (S))
Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren waarvan er 9 essentieel zijn. 
Eigenschappen van eiwitten: oplosbaarheid, opzwelbaarheid, maillard reactie, emulgerend vermogen en opklopbaarheid. 
 

Slide 29 - Tekstslide

wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Heb je nog suggesties voor een volgende keer?

Slide 31 - Open vraag