Visie digitale geletterdheid

Visie digitale geletterdheid
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
InformatievaardighedenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 6

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Visie digitale geletterdheid

Slide 1 - Tekstslide

https://thispersondoesnotexist.com/
Dall 2  e
Schoolplan 2022-2027

"We bevorderen gelijke kansen. Op Groevenbeek streven we naar onderwijs waar alle leerlingen zich thuis voelen en het beste uit zichzelf halen. Ongeacht het inkomen of opleidingsniveau van hun ouders."
Nldigital.nl (26/4/2021)

"De digitale kloof loopt dwars door de generaties heen. De coronacrisis heeft dit nog eens vergroot. Kinderen die van huis uit niet de vaardigheden of middelen hebben om digitaal onderwijs te volgen, lopen verdere achterstand op. Zo lang digitale geletterdheid niet verplicht is, zal de kloof zo alleen nog maar groeien."

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen 
Je kunt benoemen uit welke 4 delen digitale geletterdheid bestaat
Je kunt aangeven wat je belangrijk vindt bij digitale geletterdheid
Er kan een start gemaakt worden met het schrijven van een visiestuk

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoud
11.10 Quiz over de 4 gebieden van digitale geletterdheid 

11.30 Visiespel van het SLO spelen 



Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bron: Kennisnet.nl

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bron: SLO.nl
ICT-basisvaardigheden – kennis en vaardigheden nodig om met digitale technologie om te gaan
Computational thinking – denkvaardigheden en strategieën die helpen bij het (her)formuleren van complexe problemen zodat een computer kan bijdragen aan het oplossen
Digitale informatievaardigheden – (onderzoeks-)proces om systematisch, effectief en efficiënt digitale informatie te zoeken, vinden en delen
Mediawijsheid – kennis, vaardigheden en mentaliteit die nodig zijn om bewust, kritisch en actief om te gaan met digitale media

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De leerling herkent wanneer een mediaboodschap gekleurd is door politieke, ideologische of levensbeschouwelijke overtuigingen.



A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling maakt gebruik van een tool om informatie te rangschikken. Bv excel
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan een sorteeralgoritme in het dagelijks leven toepassen.


Zonder computer: een reeks boeken in een boekenkast sorteren door gebruik van een sorteeralgoritme. 
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling maakt gebruik van een geschikt platform in de samenwerking met anderen. Bv email, Teams, WhatsApp
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan een hypothese of een hoofdvraag opstellen.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan een proces of stappenplan representeren.
Zonder computer: beweging van het zonnestelsel namaken, een routebeschrijving maken. Python: een dobbelsteen namaken met geschreven code. 
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling weet dat bedrijven gebruik maken van data om reclame te maken.
Zoals de persoonlijke advertenties die je op je sociale media account te zien krijgt.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kent effecten van de verschillende technieken in het produceren van (digitale) media.
Zoals het manipuleren van filmbeelden. 
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan kenmerken van betrouwbare online bronnen benoemen.

Bv vlees.nl
Wanneer is een website accuraat, wanneer is up-to-date informatie belangrijk etc.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan een lijst met opdrachten opdelen in kleinere opdrachten.
Een planning maken voor het leren voor een proefwerk, in welke stukken kan de stof die geleerd moet worden worden verdeeld?
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aantal actieve gebruikers van TikTok wereldwijd
A
200 miljoen
B
500 miljoen
C
800 miljoen
D
1.000 miljoen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan analyseren hoe de eigen mediaconsumptie van invloed is op de eigen kijk op de wereld.
Alexander Klöpping
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan verschillende zoekstrategieën omschrijven.
Zoals een inhoudsopgave van een boek gebruiken om benodigde informatie te vinden, kernwoorden en kernzinnen herkennen door een tekst te skimmen en te scannen. Maar ook weten welke bronnen er online en offline beschikbaar zijn en welke hulpmiddelen hier gebruikt kunnen worden: Overzicht van de bibliotheek van welke boeken zij hebben, een inhoudsopgave van een boek, online zoekmachines, digitale databases, bibliothecarissen die vragen kunnen beantwoorden etc.).
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan online inhoud delen met een klasgenoot.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling begrijpt hoe verschillende soorten data gerepresenteerd en gemanipuleerd worden.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan het proces evalueren en aangeven waar het de volgende keer beter kan.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerling kan uitleggen wat het Internet of Things is en noemt hier voorbeelden van.
Denk aan smart homes, connected toys etc.
A
Computational thinking
B
Mediawijsheid
C
ICT-basisvaardigheden
D
Informatievaardigheden

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Start visiespel
  1. Leg individueel in stilte kaartjes neer in de pizzapunt die jij belangrijk vindt. De rest laat je op de stapel. Je mag meer pizzapunten vullen.  Maximaal 4 stellingen per punt. (5 minuten)
  2. Een ander gaat een pizzapunt bekijken en kijkt of hij het er mee eens is. Hij mag kaartjes wegleggen (die blijven in het spel, leg je onder de punt) en zijn kaartjes er neerleggen. Dit ook in stilte. (5 minuten)
  3. Bespreek in tweetallen waarom je de kaartjes gelegd hebt bij jouw oorspronkelijke pizzapunt (zie punt 1)

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervolg visiespel
  1. Nu moet er gezorgd worden dat er maximaal 4 kaartjes totaal per punt overblijven. Kijk naar consistentie en tegenstrijdigheden. Dit in overleg.
  2. Leg nu de kaartjes op de juiste volgorde. Bij de kern is het belangrijkst daarna minder. 
  3. Deze eindopstelling kan gebruikt worden voor het opstellen van een visiedocument. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies