Hoofdletters en leestekens

Hoofdletters en leestekens
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolMBOvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdletters en leestekens

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters 
Op de volgende slides zie je de regels m.b.t. hoofdlettergebruik. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het begin van een zin
Aan het begin van een zin, schrijf je een hoofdletter.

Als een zin begint met een afgebroken woord, schrijf je het eerstvolgende volledige woord met een hoofdletter.

's Avonds liep ik naar huis. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Namen
Namen worden met een hoofdletter geschreven. 

Dirk Dijkhuizen 
Jan 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tussenvoegsels in achternamen
Een tussenvoegsel in een achternaam krijgt alleen een hoofdletter als er géén naam of initiaal voor staat. 
Mevrouw Te Brink  
Familie El Idrissi 
Als er een naam of initiaal voor een achternaam staat, wordt het tussenvoegsel met een kleine letter geschreven. 
Nienke ter Hage
Mevrouw A. van der Sloot 
Let op, staat mevrouw of familie aan het begin van een zin, dan natuurlijk met een hoofdletter. Anders heeft het een kleine letter.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat krijgt nog meer een hoofdletter?
  • Aardrijkskundige namen (Brabant, Spanje, Maas, de Alpen etc.)
  • Merknamen (Coca-Cola, Heineken, Philips etc.)
  • Feestdagen, religieuze dagen (Pasen, Offerfeest etc.)
  • Titels van boeken en films (Star Wars, Titanic etc.)
  • Hemellichamen (Pluto, Mars, Grote Beer etc.)
  • Straatnamen en gebouwen (Vondelstraat, De Mariakerk etc.)
  • Historische gebeurtenissen (De Tweede Wereldoorlog etc.)
  • Namen van volkeren (Eskimo's, Palestijnen, Belgen etc.)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer GEEN hoofdletter?
  • Informele feestdagen en afleidingen (kerst, kerstmuts etc.)
  • De maanden en dagen (augustus, donderdag etc.)
  • Namen van religies en aanhangers hiervan (jodendom, christen etc.)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanhalingstekens  :
  • Bij een citaat (je laat iemand letterlijk iets
      zeggen):

      Mijn begeleider zei: 'Volgende keer beter!'

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
Het noorden
B
Het norden
C
Het Norden
D
Het Noorden

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
Dhr. a. van der star
B
Dhr. A. van der Star
C
Dhr. A. van Der Star
D
Dhr. A. Van der Star

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
Volvo
B
volvo
C
Volvoo
D
volvoo

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
De golfoorlog
B
De Golvoorlog
C
de golfoorlog
D
De Golfoorlog

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
's Middags begin ik..
B
'S Middags begin ik..
C
'S middags begin ik..
D
's middags begin ik..

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
pasen
B
Paasen
C
Pasen
D
paasen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Herschrijf de zin en voeg hoofdletters toe:
mijn vader, paul, reed in zijn audi langs de waal, toen hij eskimo's moederdag zag vieren.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra aandacht voor een komma! 
Wanneer gebruik je er één?!
Als je een korte pauze hoort in een zin (en bijzaak is).
Mieke, het zusje van Gaby, gaat volgende week voor het eerst naar school.

Tussen de delen van een opsomming in een zin en tussen meerdere bijvoeglijke naamwoorden. (Behalve bij en/of).
Wil je koffie, thee of iets anders? Ik heb nieuwe, mooie kopjes om het in te schenken.

Tussen twee persoonsvormen in een zin die niet bij elkaar horen.
Als het goed is, komt Lindsey zo.

Als iemand met zijn naam wordt aangesproken. Voor of na de naam komt dan een komma.
Jeroen, kom je zo? / Kom je zo, Jeroen?

Voor een signaalwoord.                    
Gisteren was ik mijn huiswerk vergeten te maken, maar vandaag heb ik het wel af.
                                                                                

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek de fout 

Waar ontbreekt de komma?

Wat doet dit met de betekenis van de zin?

Slide 18 - Tekstslide

De komma ontbreekt in de volgende zin:
'Ben je minimaal 15 jaar beschikbaar op twee avonden en op zaterdag.'
 
De komma moet achter '15 jaar'. Zo dus: Ben je minimaal 15 jaar, beschikbaar op twee avonden en op zaterdag?

 In de huidige vorm (zonder komma) betekent de zin eigenlijk dat je 15 jaar lang beschikbaar zou moeten zijn.


Dubbele punt  :
  • Bij een opsomming:
      Dit zijn mijn kwaliteiten: gastvrij, behulpzaam en stressbestendig.
  • Als iemand iets gaat zeggen (citaat):                                                                         Toen zei mijn begeleider: 'Jammer, volgende keer beter!'
  • Voor een uitleg:                                                                                                                         Zo bedien je de oven: ...

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herschrijf de volgende zin met de goede hoofdletters en leestekens.
pas op voor de sloot jan zei jans moeder

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Herschrijf de volgende zin met de goede hoofdletters en leestekens.
bij dit thema viel het op dat veel mensen bereid waren te helpen zei van der helm

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Herschrijf de volgende zin met de goede hoofdletters en leestekens.
de prijs van de koffie is incl belasting toch

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Les 23
opdracht 1, 2, 4, 6, 7, 8

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies