Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Grammatica woordsoorten H2
Goedemorgen!
10 minuten in stilte lezen.
Grammatica woordsoorten H2.
Aan de slag.
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Goedemorgen!
10 minuten in stilte lezen.
Grammatica woordsoorten H2.
Aan de slag.
Slide 1 - Tekstslide
woordsoorten
Slide 2 - Woordweb
Als hij ZIJN boek toch weggooit, waarom geeft hij het dan niet aan jou?
A
pers.vnw
B
bez.vnw
C
andere woordsoort
Slide 3 - Quizvraag
Als hij zijn boek toch weggooit, waarom geeft hij het dan niet aan JOU?
A
pers.vnw
B
bez.vnw
C
andere woordsoort
Slide 4 - Quizvraag
Zullen wij ... even deze som even uitleggen?
A
hen
B
hun
Slide 5 - Quizvraag
Drie verschillende werkwoorden
- zelfstandig werkwoord (ZWW)
- koppelwerkwoord (KWW)
- hulpwerkwoord (HWW)
Slide 6 - Tekstslide
Zelfstandig werkwoord (ZWW)
- heeft een duidelijke betekenis in de zin
- geeft de handeling/actie aan (is een doe-woord)
- komt voor bij een WG
Als er meerdere werkwoorden in de zin staan, dan staat het ZWW meestal achteraan
Slide 7 - Tekstslide
Voorbeeld
Geert heeft de voordeur van het huis
geschilderd.
Jan
voetbalt
dagelijks op het veldje.
Slide 8 - Tekstslide
Koppelwerkwoord (KWW)
- komt voor bij een NG --> het onderwerp is/wordt iets.
- een koppelwerkwoord is een
zijn-woord
Slide 9 - Tekstslide
Koppelwerkwoord (KWW)
- vorm van:
Zijn
(heten)
Worden
(dunken)
Blijven
(voorkomen)
Blijken
Lijken
Schijnen (ezelsbruggetje: ZWaBBeLS)
Slide 10 - Tekstslide
Voorbeeld
Frits
is
ziek.
De serie
wordt
steeds spannender.
Slide 11 - Tekstslide
Koppelen
KWW koppelt aan onderwerp een eigenschap;
Onderwerp = iets (ZNW/BNW)
Vergelijk:
De tentoonstelling
is erg mooi.
De tentoonstelling
is
gisteren
afgerond.
Slide 12 - Tekstslide
Checklist KWW
- zit er een vorm van ZWaBBeLS in de zin?
- is/blijft/wordt etc. het onderwerp IETS? (is het een zijn-woord?)
- is eigenschap (IETS) een znw of bnw?
JA = KWW
Slide 13 - Tekstslide
Hulpwerkwoord (HWW)
Alle werkwoorden die nog over zijn, zijn hulpwerkwoorden
Kenmerken:
- komen voor in een zin met meerdere werkwoorden
- helpen het gezegde te maken
Slide 14 - Tekstslide
Werkwoorden
Elke zin heeft óf een ZWW óf een KWW.
Om dit te weten, moet je weten of de zin een WG of NG bevat.
Staan er meerdere ww in een zin, dan is het
belangrijkste
ww een
ZWW
of
KWW
. Alle overige ww zijn dan
HWW.
Slide 15 - Tekstslide
Lodewijk heeft de fiets gerepareerd.
gerepareerd = ???
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord
Slide 16 - Quizvraag
De winkel blijft twee weken dicht.
blijft = ???
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord
Slide 17 - Quizvraag
Romy blijft vannacht logeren.
blijft = ???
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord
Slide 18 - Quizvraag
Maak een zin met het koppelwerkwoord: blijkt
Slide 19 - Open vraag
Opdracht 1
Open je boek op blz. 60.
Maak opdr. 1.
Hierna bespreken we de opdracht via LessonUp, niet uitloggen dus!
timer
2:30
Slide 20 - Tekstslide
Met de nieuwe inrichting zal de woonkamer een stuk gezelliger worden. zal = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 21 - Quizvraag
Met de nieuwe inrichting zal de woonkamer een stuk gezelliger worden. worden = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 22 - Quizvraag
De liedjes van K3 zijn jarenlang geliefd geweest bij een jeugdig publiek.
zijn = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 23 - Quizvraag
De liedjes van K3 zijn jarenlang geliefd geweest bij een jeugdig publiek.
geweest = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 24 - Quizvraag
Gelukkig is het grootste werk gisteren al door vrijwilligers gedaan.
is = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 25 - Quizvraag
Gelukkig is het grootste werk gisteren al door vrijwilligers gedaan.
gedaan = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 26 - Quizvraag
In dit nieuwe eetcafé worden alle pizza's voor vijf euro verkocht.
worden = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 27 - Quizvraag
In dit nieuwe eetcafé worden alle pizza's voor vijf euro verkocht.
verkocht = ???
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 28 - Quizvraag
Aan de slag!
Maak nu van blz. 60/61 opdr. 2, 3 en 5.
Huiswerk voor morgen!
Slide 29 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
NN7 - Grammatica §6 - Zelfstandig-, hulp- en koppelwerkwoord - 2H
September 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
§6: koppel-, hulp- en zelfstandig werkwoord
September 2024
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2/3: koppel-, hulp- en zelfstandig werkwoord
Maart 2023
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2/3: koppel-, hulp- en zelfstandig werkwoord
September 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2/3: koppel-, hulp- en zelfstandig werkwoord
Maart 2023
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2: koppel-, hulp- en zelfstandig werkwoord
Januari 2022
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
grammatica werkwoorden woordsoorten
November 2021
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Naamwoordelijk gezegde
November 2020
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2