Les 4 Verslaving Vitaal

Verslaving
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Verslaving

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
  • Doornemen soorten verslaving
  • Effecten verslaving
  • uitleg opdracht Pitch

Slide 2 - Tekstslide

Aan welke middelen kun je verslaafd raken?

Slide 3 - Open vraag

Je kunt verslaafd zijn aan Middelen: 
  • Alcohol
  • Roken
  • Drugs
  • Medicijnen
  • Eten
  • Suiker

Slide 4 - Tekstslide

Wat is verslaving?

Verslaving betekent dat je niet meer zonder een bepaald genotsmiddel kunt. Je weet dat het slecht is, maar toch ga je door met consumeren. Het 'willen' drinken, verandert in 'moeten' drinken. Verslaving is een hersenziekte, waarbij de één gevoeliger is voor genotsmiddelen dan de ander.

Slide 5 - Tekstslide

Welke kenmerken van verslaving zie jij in het volgende filmpje?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Welke kenmerken van verslaving heb je in dit filmpje gezien?

Slide 8 - Woordweb

Invloed van drugs
Drugs kunnen op verschillende manieren invloed hebben:

  • Stimulerend
  • Verdovend
  •  Bewustzijns veranderend (trip middelen)

Slide 9 - Tekstslide

Stimulerend
- je hartslag gaat omhoog
- je wordt actiever
- spieren spannen zich aan
- bloeddruk gaat omhoog/ grote pupillen

we noemen dit UPPERS 
(cocaïne, amfetamine, XTC, tabak, koffie)

Slide 10 - Tekstslide

Verdovend
Deze middelen werken kalmerend. 
Je wordt er rustiger van. 
Ademhaling en hartslag gaan omlaag. 

we noemen deze drugs DOWNERS
(heroïne, GHB, alcohol, slaapmiddelen, lachgas)

Slide 11 - Tekstslide

Verandering van bewustzijn
Sommige middelen hebben invloed op je bewustzijn. 
Het bewustzijn neemt dingen waar. 
Deze drugs zorgen ervoor dat je dingen anders waarneemt. 

Dit soort drugs noemen we TRIPPERS
(denk aan LSD, Hasj, wiet, MDMA, paddo's)

Slide 12 - Tekstslide

Ga naar jellinek.nl 
1. Test je kennis (kennistesten alcohol en drugs)
2. Je maakt de testen (1x alcohol, 1x cocaïne, 1x tabak, 1x slaapmiddelen en 1x energiedrank)




Slide 13 - Tekstslide

wat is hallucineren?
A
dingen zien of horen die er niet echt zijn
B
veel praten
C
diep nadenken
D
het kweken van wiet

Slide 14 - Quizvraag

3

Slide 15 - Video

00:08
Iets te vieren? Doe jij dit met of zonder alcohol?

Slide 16 - Open vraag

00:47
Welke orgaan zorgt ervoor dat de alcohol in je lichaam afgebroken wordt?
A
Darmen
B
Lever
C
Nieren
D
Slokdarm

Slide 17 - Quizvraag

01:45
Wat is alcoholvergiftiging?
A
Zoveel alcohol drinken dat je niet meer kan ademhalen en bewusteloos raakt.
B
Als je dronken bent.
C
Zoveel alcohol drinken dat je een bloedneus krijgt.
D
Als je moet braken.

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Wat kun je doen tegen
een telefoonverslaving?

Slide 23 - Woordweb

Slide 24 - Link

Verslaving Opdracht 
1    Je kiest een middel of gedragsverslaving uit.
2. Je benoemt op 1 A4 bladzijde wat deze verslaving inhoudt  (Kenmerken/risico's/waarom mensen het gebruiken en gevolgen omgeving) Let op: je beschrijft alles in eigen woorden dus geen kopiëren/plakken
3.   Je zoekt foto's/plaatjes die bij de verslaving passen
4.   Je beschrijft 2 mogelijke oplossingen tegen de verslaving

  Inleveren via Teams chat: zet de naam van je klas er bij.

Slide 25 - Tekstslide