Bloed met alcohol gaat via de poortader naar de lever
De lever haalt alcohol uit het bloed
Alcohol komt in de dunne darm in het bloed terecht
Je drinkt een biertje
Bloed zonder alcohol verlaat de lever via de leverader
Slide 5 - Sleepvraag
De nieren hebben een belangrijke taak in je lichaam: ze zuiveren je bloed. Tot welk orgaanstelsel horen de nieren?
A
Ademhalingsstelsel
B
Bloedvatenstelsel
C
Uitscheidingsstelsel
D
Verteringsstelsel
Slide 6 - Quizvraag
Welke letter geeft de nierschors aan?
A
A
B
B
C
C
Slide 7 - Quizvraag
Waarom gebruiken sommige sporters doping?
Doping zijn middelen om de sportprestaties te verhogen
Amfetaminen zijn stimulerende stoffen: deze geven een oppeppende werking
Anabole steroïden zijn stoffen die zorgen dat de spieren groeien
Bloeddoping zorgt ervoor dat het aantal rode bloedcellen kunstmatig wordt verhoogd
Slide 8 - Tekstslide
Wat is het effect van meer rode bloedcellen op de sporprestatie?
Slide 9 - Open vraag
Hoe beïnvloeden drugs je lichaam?
Drugs kunnen worden gerookt, gesnoven, gespoten of gedronken worden.
Drugs komen altijd in je bloed terecht.
Stimulerende middelen versnellen je zenuwstelsel
Verdovende middelen vertragen je zenuwstelsel
Bewustzijnsveranderende middelen beïnvloeden de werking van je hersenen
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Wat zijn de gevolgen van drugsgebruik?
Bij lang gebruik van drugs kan je verslaafd raken.
Lichamelijk afhankelijk: Je lichaam kan niet meer goed werken zonder de drugs. Als je stopt krijg je ontwenningsverschijnselen.
Geestelijk afhankelijk: Je hebt het gevoel dat je niet meer zonder kunt. Je denkt er steeds aan en voelt je naar als je niet kunt gebruiken. Slecht humeur en vergeetachtigheid gaan hiermee gepaard.
Sociaal afhankelijk: Je mist het contact met mensen waarmee je gebruikt.
Slide 12 - Tekstslide
Wat zijn de gevolgen van drugsgebruik?
Een verslaving kan leiden tot de volgende problemen:
Gezondheidsproblemen
Psychische problemen
Sociale problemen
Financiële problemen
Slide 13 - Tekstslide
Aan het werk!
Wat: Paragraaf 5 van H8
Hoe: Fluisteren met je buur
Tijd: 15 minuten
Hulp: Steek je vinger op, ik loop rond
Klaar: Nakijken en verbeteren
Uitkomst: t/m 4 alles nagekeken, 5 is af
timer
15:00
Slide 14 - Tekstslide
In een enkel geval heeft een drug een positieve uitwerking. Cannabis wordt in sommige gevallen als medicijn gebruikt als pijnbestrijder. Welke eigenschap van drugs geeft hier de positieve werking?
A
De bewustzijnsveran-derende werking
B
De stimulerende werking
C
De verdovende werking
Slide 15 - Quizvraag
Drugs kunnen ingeademd, opgesnoven, ingespoten of gedronken worden. In alle gevallen komen de drugs in het bloed terecht. Op welk orgaanstelsel werken drugs vooral?
A
Adehmalingsstelsel
B
Bloedvatenstelsel
C
Uitscheidingsstelsel
D
Zenuwstelsel
Slide 16 - Quizvraag
Sporters worden regelmatig gecontroleerd op het gebruik van doping. Welke lichaamsvloeistoffen worden hiervoor gebruikt?